Het Openbaar Ministerie wil niet zeggen waarom het zo lang duurt om een beslissing te nemen over het al dan niet vervolgen van castingdirecteur Job Gosschalk. Al meer dan een jaar loopt het onderzoek naar de man, die vanwege een onthullend #MeToo-verhaal flink in opspraak kwam. Door emigratie van de officier die de zaak zou behandelen, is er een nieuwe officier aangesteld.
"Het gaat om een juridisch complexe zaak"
Op 7 november 2017 onthulde onder andere RTL Boulevard dat allerlei vermeende slachtoffers Gosschalk beschuldigen van machtsmisbruik, intimidatie en zedendelicten. Bij de politie werd zeker één keer aangifte gedaan tegen de mede-eigenaar van Kemna Casting, de vorige naam van Post Castelijn Casting. Bijna een jaar later, vorig jaar november, maakte het Openbaar Ministerie bekend de zaak te onderzoeken en te gaan beslissen over een eventuele vervolging.
Al bijna een jaar na de bevestiging van het OM dat men de zaak onderzoekt is er nog altijd niets bekend. In juni meldde een woordvoerder dat het dossier van de zaak complex is en dat "een zorgvuldige bestudering vereist is om de beslissing over al dan niet vervolgen te maken". Tot dan bleef het stil, totdat Shownieuws dinsdagavond bekendmaakte dat de emigratie van een officier de reden was van de vertraging.
Een zegsman van het OM bevestigt aan RTL Boulevard dat de officier die op de zaak stond inderdaad is geëmigreerd, maar ontkent dat dit voor vertraging zorgt. “Het gaat om een juridisch complexe zaak. Als het OM tot een eindoordeel is gekomen, zal het OM dit melden. Op dit moment is nog niet duidelijk wanneer dit eindoordeel komt”, laat de organisatie weten. “We snappen de belangen van alle betrokkenen, maar het OM wil in ieders belang deze zaak zorgvuldig afhandelen.”
"Het is heel beroerd voor de betrokkenen"
Advocaat Peter Plasman, die eerder met dit soort ‘complexe zaken’ te maken had, verbaast zich niet over de gang van zaken. “Dit komt wel vaker voor. Dat komt omdat er geen termijn op zit voor het Openbaar Ministerie, behalve een redelijke termijn waarbinnen de verdachte duidelijkheid moet krijgen. Die termijn is twee jaar inclusief berechting. Dat kan eventueel consequenties hebben voor een eventueel op te leggen straf”, zegt de raadsman.
Volgens Plasman dient het Openbaar Ministerie haast te maken. “Het duurt echt lang. Het is heel beroerd voor de betrokkenen die hierdoor zo lang in onzekerheid zitten”, zegt hij. “Het lijkt me niet zo ingewikkeld. Maar soms schuift het OM, ook vanwege de media-aandacht voor de zaak, de zaak vooruit."
