Eerste Friezen kwamen van Texel

Lange tijd is beweerd dat de eerste Friese kustbewoners uit Drenthe kwamen. De steun voor een andere theorie groeit: de oudste Friezen kwamen van Texel.

Het overgrote deel van de huidige provincie Friesland was 700 jaar voor onze jaartelling moerassig en onbewoond. De eerste Friese boeren moeten dus kolonisten uit andere streken zijn geweest, die hier op zoek gingen naar bewoonbare locaties, zoals zandtoppen en kwelderwallen.

Waar kwamen die kolonisten dan vandaan? Uit het oosten, stelde hoogleraar Tjalling Waterbolk in de jaren vijftig. Hij ontwikkelde een invloedrijke theorie, op basis van oude ijzertijdscherven uit de terp Tritsum in Wommels. De potten in dit gebied bleken dezelfde geometrische versieringen te hebben als aardewerk uit Drenthe.

Het lastige is echter dat op verschillende plekken in zuidelijk Westergo en ook elders langs de Fries-Groninger kust scherven zijn opgedoken uit een iets vroegere periode. Deze vondsten uit de zevende eeuw voor onze jaartelling hebben duidelijk andere versieringen dan het Drentse aardewerk. Archeoloog Herre Halbertsma opperde in 1982 dat er een relatie zou bestaan met de Noord-Hollandse kustcultuur. Die opmerking kreeg destijds weinig navolging, maar andere wetenschappers zitten nu toch op ditzelfde spoor.

Ook de vooraanstaande Groninger aardewerkdeskundige Ernst Taayke is inmiddels ‘om’: ,,Waarom zouden er geen mensen van Texel het kweldergebied hebben bezocht?’’ vraagt hij zich af op basis van vergelijkend onderzoek. „Het is aannemelijk dat de kwelders in de zevende eeuw voor Christus bezocht werden door voortrekkers en verkenners uit verschillende streken, vermoedelijk met scheepjes, maar misschien deels ook te voet, eventueel met kleine sleden, langs de kustlijn.’’

Lees ook Zonde, een kerk op vruchtbare akkers .