Direct naar artikelinhoud

Voor de Neder-Somaliër lijkt de Britse droom voorbij

Tienduizenden Nederlandse Somaliërs zijn de laatste jaren uitgeweken naar Groot-Brittannië. Weg van de regeltjes en formulieren. Maar met de Brexit op komst overwegen steeds meer een terugkeer. Een rondgang door Neder-Somalisch Birmingham.

Naima MohamedBeeld Aurélie Geurts

'Ga maar naar binnen hoor, allemaal Nederlanders hier', de man knikt vanaf zijn plastic stoeltje voor het Somalische theehuis Al-Uruba naar de deur. Het is binnen bomvol, net als op straat zo vlak na het vrijdagmiddaggebed in de moskee om de hoek. 'Kijk, hoe ge-zel-lig.' Opgetogen wijst de 57-jarige Ali naar de kletsende mannen en vrouwen die passeren, de meesten traditioneel gekleed met gebedsmuts, sluier of helemaal bedekt in zwarte gezichtsbedekkende nikab.

In het Britse Birmingham kunnen Nederlandse Somaliërs zichzelf zijn, ze zijn onder elkaar en kunnen hun religie en cultuur uiten. Nog belangrijker: het is er makkelijker een bestaan op te bouwen, een bedrijfje te beginnen en kinderen door te laten leren.

De in keurige zwarte overjas en gleufhoed geklede Ali vertrok acht jaar geleden uit Soest naar Birmingham. 'Mijn kinderen gaan hier naar de universiteit, de een leert voor advocaat, de ander is psycholoog', vertelt hij trots.

Nederland is mooier, mensen zijn aardiger maar alles is zo moeilijk, vindt Ali. 'Je hebt overal stapels papieren voor nodig; voor de bank, voor de verzekering, de belasting, een lening. Als je een bedrijf wil beginnen, moet je eerst een cursus doen of een diploma halen. Hier kun je meteen aan de slag.'

Het resultaat van die ondernemersvrijheid is overal zichtbaar in de wijk Small Heath, het centrum van de Somalische gemeenschap in Birmingham. Langs de hoofdstraat Coventry Road zijn talloze eet- en koffiehuizen en bazaars met piepkleine winkeltjes vol stoffen, lange gewaden, glinsterende shawls en glimmende snuisterijen uit het thuisland.

Achter de toonbank of naaimachine te midden van de kleurrijke boetiekjes zitten vooral vrouwen, hoofdzakelijk Nederlandse Somaliërs net als hun klanten. 'Hai, hoe gaat het. Goed?', zeggen ze tegen elkaar in gebroken Nederlands als ze binnenkomen. 'Doei, doei', als ze weggaan met wapperende sluiers.

Amal AhmedBeeld Aurélie Geurts

Verstrikt in bureaucratie

In Groot-Brittannië wonen naar schatting 30 duizend Nederlandse Somaliërs. De uitstroom begon rond 2000 vanuit Tilburg en piekte tien jaar geleden toen Somaliërs vanuit heel Nederland het voorbeeld volgden. De toen nog kersverse oorlogsvluchtelingen uit de hoorn van Afrika kwijnden eenzaam weg in de kleine Hollandse provinciestadjes en dorpen waar ze verspreid waren gehuisvest om hun integratie te bevorderen. Maar ze integreerden niet. Ze raakten juist meer geïsoleerd en hopeloos verstrikt in de bureaucratie.

In Nederland moet je zijn zoals Nederlanders, anders kom je er als buitenlander gewoon niet tussen, zo klinkt het in Small Heath.

'Institutioneel racisme', zo omschrijft Ayan Abokor de behandeling van migranten in Nederland in de korte amateurdocumentaire Africa is you, die begin december werd vertoond in Small Heath door de drie Nederlandse makers. Het drietal volgde de gemeenschap twee jaar en nodigde de Volkskrant uit om het verhaal uit de wijk zelf te komen optekenen voor de vertoning van de korte film in Nederland deze maand.

Miski OmarBeeld Aurélie Geurts

Zachte landing

Engeland vormde voor Somalische vluchtelingen een zachte landing in Europa. Ze konden voorzichtig wennen in de bescherming van hun vertrouwde gemeenschap rondom de moskee. 'De generatie van mijn ouders beleefde een cultuurshock toen ze uit Afrika arriveerde, hier vonden ze veiligheid bij elkaar', zegt Abdi-Dani Hassan (28), die op 10-jarige leeftijd uit Den Haag naar Birmingham kwam. Dat zij destijds bij elkaar wilden klieken, begrijpt hij.

Maar er is een kentering gaande. Steeds meer Nederlandse Somaliërs overwegen terug te keren naar Nederland. Zaken gaan al lang niet meer zo goed als vroeger, veel jongeren belanden in de criminaliteit en nu hangt ook de Brexit als een donkere wolk boven de gemeenschap.

'Ineens zijn we buitenlanders', zo klagen de vrouwen in de bazaar. 'Gelukszoekers', zo beaamt een Brits-Somalische vrouw in een boetiek aan de overkant gekscherend. 'Ze komen hier alleen maar om geld te verdienen, maar in april zijn ze weg hoor.' Haar vroegwijze dochter van 11, Naima Mohamed, sust haar opgewonden moeder. 'Zo'n vaart loopt het niet met de Brexit. Er komt een nieuwe stemming, echt. Ze denken wel twee keer na.'

IshiBeeld Aurélie Geurts
Steeds meer Nederlandse Somaliërs overwegen terug te keren naar Nederland

Nomaden

Hoewel de Britse regering heeft gezegd dat de 3,3 miljoen Europeanen er niet voor hoeven te vrezen dat ze het land worden uitgezet, zijn de zorgen onder de Nederlandse Somaliërs groot. Velen hebben geen verblijfsvergunning of reguliere baan en zijn bang te worden gedeporteerd als ze geen officiële loonstrookjes kunnen laten zien.

Memet is zo'n geval. Werken doet hij al jaren niet omdat hij zorgt voor zijn twee jongste autistische kinderen. Maar zijn oudste kinderen gaan naar de universiteit dus hem hoor je niet klagen. 'Ik heb eruit gehaald, wat er hier te halen viel. Als ze me wegsturen, zijn er 27 Europese landen waar ik met mijn Nederlandse paspoort terecht kan.'

Somaliërs zijn nomaden; ze gaan waar de regen is, zo zeggen ze over zichzelf. Als de 'regen' voorbij is in Groot-Brittannië verkassen ze weer zonder al te veel problemen; migratie zit in hun genen. Maar zo flexibel als ze voor zichzelf zijn, zo bezorgd zijn ze over de toekomst van hun nageslacht.

Het Nederlandse stapelen van onderwijs bijvoorbeeld pakt funest uit voor migrantenkinderen, weten ze. Nog steeds arriveren daarom nieuwe Somalische Nederlanders in Birmingham. Ismaël (40) verhuisde pas twee maanden geleden uit Amsterdam om zijn twee jongens van 8 en 10 kans op een betere schoolcarrière te geven.

Maar veruit de meeste Somaliërs - en in hun kielzog Soedanezen en een enkele Eritreeër - komen nog steeds omdat ze in Nederland geen baan kunnen vinden. 'Zelfs met een diploma op zak is het 'hopeloos', vertelt een verongelijkte jongen in een geparkeerde auto op de stoep. Hij is pas een maand in Birmingham. 'Ik heb hbo bedrijfskunde gedaan en me suf gesolliciteerd. Nu zoek ik hier verder. Zodra het is gelukt, laat ik mijn gezin uit Beverwijk overkomen.'

Mannen in gesprek voor theehuis Al-Uruba in Birmingham. Hier kunnen Nederlandse Somaliërs zichzelf zijn.Beeld Aurélie Geurts

Jeugdcriminaliteit

Boven een tl-verlicht koffiehuis in de hoofdstraat is een knusse shisha-tent verborgen, een meisje in naveltruitje bedient. Een groep jongens kijkt voetbal terwijl ze op warm beklede oosterse banken aan de waterpijp lurken. Volgens de Brits-Somalische Isha is Birmingham 'te vol' geworden. 'Er zijn hier te veel buitenlanders, te veel problemen op straat. Laat ze alstublieft teruggaan.'

De jongeren weten hoe het leven op straat is: gevaarlijk. Vanaf de speeltuin worden kinderen al geronseld als drugskoerier. 'En dan gaat het van kwaad tot erger. De gevangenissen zitten vol met Somalische jeugd', weten ze. Overigens is dat dan wel weer de schuld van de Pakistanen. 'Die runnen hier de drugshandel.'

De hoge jeugdcriminaliteit in Birmingham vormt voor steeds meer Nederlands-Somalische migranten een reden om terug te verlangen naar Nederland. Ze hebben hun kinderen een goede schoolcarrière kunnen geven, de oudsten zitten op de universiteit en de jongsten zien ze liever niet afglijden.

Ook Miski Omar heeft na 13 jaar genoeg van Birmingham. 'De buurt is overgenomen door Indiërs en Pakistanen. Kinderen kunnen niet meer veilig op straat spelen', zegt ze te midden van haar 'exclusieve' modewinkeltje in de bazaar. De meeste stoffen haalt ze zelf in Italië, Dubai of Parijs, vertelt ze schijnbaar achteloos.

Ik heb schoon genoeg van het racisme in Europa. Mensen zeiden dat het hier beter zou zijn, maar Engelsen zijn nog veel erger
Amal Ahmed

Door een megafoon schalt de stem van de imam als het namiddaggebed wordt aangekondigd. In de lange gang van de bazaar haasten de mannen zich naar de uitgang, de veelal in zwart gesluierde vrouwen gaan verder met winkelen. Vanachter een naaimachine in een van de vele boetiekjes maakt Jama Deega (50) zich hardop zorgen over de Brexit en haar toekomst.

'Het lijkt wel alsof iedereen gek geworden is. Ineens zijn we allochtonen en moeten we hier weg, terwijl ik al die jaren keihard heb gewerkt en keurig belasting heb betaald.' Deega wil best terug naar Nederland. 'Maar hoe kom ik aan een huis? Ik bel steeds met de gemeente Zutphen, waar ik woonde, maar ik begrijp niet wat ze zeggen', zegt ze in gebroken Nederlands.

In het kantoortje van de Dutch Community Centre in Birmingham in een bouwvallig pand achter de moskee staat de telefoon roodgloeiend, zegt directeur Abdinasir Ahmed. 'Mensen proberen hier nog snel een verblijfsvergunning te regelen, maar de wachttijden zijn heel lang.'

Zelf hangt hij dagelijks aan de telefoon met Nederlandse gemeenten om problemen op te lossen voor zijn landgenoten en navraag te doen, vooral over huisvesting. 'Ik heb miljoenen euro's verdiend voor Nederland door mensen te assisteren bij de schuldsanering', vertelt hij trots in Africa is you.

'Maar wat doet Nederland voor ons?', vraagt hij zich af na de vertoning van de film in een Somalisch restaurant, waar voor de gelegenheid 'patatje oorlog' wordt geserveerd. 'Ik begrijp het niet. Mensen hier houden van Nederland, maar omgekeerd krijgen we niets terug', zegt hij als hij verontwaardigd een blokje kaas in zijn mond propt.

Sommige Nederlandse Somaliërs dromen daarom verder: over terugkeer naar Afrika of zelfs Somalië waar het in het noorden weer enigszins veilig is. Amal Ahmed (21), die haar oudere zuster vanuit Tilburg naar Birmingham volgde, spaart nu voor haar vertrek. Ze wil naar Nairobi waar de rest van haar familie is. 'Ik heb schoon genoeg van het racisme in Europa. Mensen zeiden dat het hier beter zou zijn, maar Engelsen zijn nog veel erger.'

Ook Miski Omar van de stoffenwinkel wil eigenlijk niets liever dan terug naar de Somalische hoofdstad Mogadishu, haar geboorteplaats. 'Als het daar ooit weer veilig wordt, ben ik meteen vertrokken.'

Migranten vrezen Brexit

De Brexit bedreigt zo'n 3,3 miljoen EU-burgers die in het Verenigd Koninkrijk wonen en werken. De Britse regering heeft gezegd dat burgers die langer dan vijf jaar in het land wonen en in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien zich geen zorgen moeten maken. Naar schatting zouden dan maximaal 4 op de 5 EU-burgers een verblijfsstatus kunnen krijgen, maar waarschijnlijk mogen veel minder EU-ingezetenen blijven.

Ineens zijn we allochtonen en moeten we hier weg, terwijl ik al die jaren keihard heb gewerkt en keurig belasting heb betaald
Jama Deega