Direct naar artikelinhoud
Interview

Soumaya Ahouaoui: ‘Ik zou een ver­nederlandste Marokkaan zijn’

Actrice Soumaya Ahouaoui is de theaterbelofte van dit moment. Ze speelt dit weekend in Melk & Dadels op Lowlands en later op het Nederlands Theater Festival. ‘Het is belangrijk dat nieuwe verhalen met het grote publiek worden gedeeld.’

Soumaya Ahouaoui: ‘Ik ben een Nederlander, maar ook een trotse Marokkaan’Beeld Lisa Zilver

Met haar frisse, energieke en brutale theaterpersoonlijkheid is Soumaya Ahouaoui (1986) een opvallende verschijning op het toneel. Ze speelt zaterdag op Lowlands in Melk & ­Dadels, een theatervoorstelling over hoe vier Marokkaans-Nederlandse vrouwen zich verhouden tot de twee culturen waartussen ze zich begeven. 

De voorstelling is geselecteerd als een van de beste voorstellingen van het afgelopen seizoen en staat dus ook op het Nederlands Theater Festival in september. Daarna begint Ahouaoui als vast ensemblelid bij Het Nationale Theater, een van de grootste toneelgezelschappen van het land.

Ze twijfelde niet toen regisseur Daria Bukvic haar voor Melk & Dadels vroeg. “Een voorstelling over Marokkaanse vrouwen, in de grote ­zalen, dus dat het een keer goed werd neer­gezet: dat vond ik heel erg belangrijk.”

Was dat nodig dan?

“Ja, dat moest gewoon. En juist in de grote zaal, alleen al omdat dat nog niet eerder was gebeurd. Vier Marokkaans-Nederlandse vrouwen die in première gaan in een volgepakte Koninklijke Schouwburg in Den Haag, dat was fantastisch. Wat daar gebeurde, heb ik nog nooit eerder meegemaakt. Die première ontplofte bijna. Er is veel herkenning en verbondenheid met wat wij doen. Na afloop wil het publiek op de ­foto, we worden onthaald als supersterren.”

Komt er een ander theaterpubliek op af dan gebruikelijk?

“Er komen veel biculturele mensen. Veel Marokkanen natuurlijk, maar ook mensen met ­andere biculturele achtergronden. Want dat is natuurlijk hetzelfde idee: je kampt met twee culturen, hoe gaat dat samen? Juist nu is dat belangrijk: die nieuwe verhalen moeten worden gedeeld, op het grote toneel en voor het grote publiek.”

“Ter voorbereiding gingen we een week naar Marrakesh. Daar hebben we elkaar geïnterviewd over ons leven. We zijn allemaal opgevoed tussen twee culturen. Ik ben in Nederland geboren en allebei mijn ouders zijn Marokkaans.”

Hoe zag uw opvoeding eruit?

“Ik ben altijd in witte omgeving opgegroeid. Ik heb op een witte basisschool gezeten, het vwo was ook redelijk wit, de Theaterschool natuurlijk ook. Dus ik ben veel omringd geweest door mensen zonder biculturele achtergrond. Dat is een belangrijke lijn in mijn leven.”

“Behalve thuis natuurlijk: daar had ik een ­familie die traditioneel Arabisch was, ik kreeg Marokkaanse waarden mee. En vanaf mijn ­geboorte ging ik elke zomer zes volle weken naar Marokko. Zodra ik vrijdagmiddag klaar was met school, was het: huppakee, de auto in. Tijdens die vakanties kreeg ik alles mee over wat het is om Marokkaans te zijn.”

Waarin merkte u als kind de verschillen met uw omgeving?

“Op de basisschool speelde ik natuurlijk veel bij vriendjes en vriendinnetjes. Ik herinner me bijvoorbeeld nog dat ik een keer bij iemand bleef eten, maar daar hadden ze een ‘broodavond’.

’s Avonds vertelde ik mijn moeder dat we brood hadden gegeten als avondeten, zij snapte daar helemaal niets van. Eten is in onze cultuur natuurlijk superbelangrijk.”

De voorstelling begint met een opsomming van Marokkaanse archetypes, waaronder de ­family first-Marokkaan, de Gucci-Marokkaan en de ‘verkaasde’ Marokkaan. “Ik zou dus een ver­nederlandste Marokkaan zijn, omdat ik goed Nederlands spreek, zonder accent.”

Krijgt u dat vaak te horen?

“Ik heb vaak gehoord dat mensen mij ‘niet echt een Marokkaan’ vonden. ‘Jij bent zo’n goeie.’ Omdat ik studeerde bijvoorbeeld, zou ik de ­gelukte versie van een Marokkaan zijn. Ik heb zo vaak gehoord dat ik anders was dan andere Marokkanen, soms geloofden mensen bijna niet dat ik Marokkaan ben. Veel mensen hebben een specifiek beeld van wat een Marokkaan is – en als je daar niet aan voldoet, dan klopt het niet.”

“Dat is ook vermoeiend, want ik ben hier ­gewoon geboren, dus het is logisch dat ik een beetje ben vernederlandst. De Gucci-Marokkaan zou dan de straatjongen zijn met veel blingbling, maar dat ben ik net zo goed. Ik hou ook van mooie spulletjes. Ik ben eigenlijk een beetje van al die archetypes. Ik ben een Nederlander, maar ik ben ook echt een volle, trotse Marokkaan.”

‘Melk & Dadels’ van Rose Stories & Stichting Daria Bukvic, in alliantie met Het Nationale Theater. 17/8 Lowlands, 5-7/9 DeLaMar (Nederlands Theater Festival), 9/10 Haarlem, 12/10 Meervaart. Meer informatie en speeldata: melkendadels.nl

Krijgt u dat vaak te horen?
Beeld © kurt van der elst