Een amateur-paleontoloog heeft een spectaculaire ontdekking gedaan in Nieuw-Zeeland. Hij vond de fossielen resten van een pinguïn van zo'n 1,60 meter groot en zeker 80 kilo zwaar. Het gaat om de nog onbekende soort Crossvallia waiparensis, die zeker vier keer zo zwaar en 40 centimeter groter is dan de keizerspinguïn, de grootste nog levende pinguïn.
Het is een van de vele soorten gigantische vogels, die miljoenen jaren geleden voorkwamen in Nieuw-Zeeland, maar nu zijn uitgestorven. Zo leefde daar ook 's werelds grootste papegaai, met een spanwijdte van 3 meter en een hoogte van 3,60 meter.
Opwarming zeewater
De grote pinguïns leefden tussen 66 en 56 miljoen jaar geleden en konden door het verdwijnen van de dinosauriërs waarschijnlijk snel groter worden.
Ook het verdwijnen van grote reptielen door de opwarming van het zeewater, zorgde ervoor dat de eieren van de dieren minder werden bedreigd en de soort kon floreren.
Komst zeehonden
De botten van de grote pinguïns werden gevonden door de Nieuw-Zeelandse amateur-paleontoloog Leigh Lee bij de plaats Waipera op het Zuidereiland. Duitse en Nieuw-Zeelandse wetenschappers hebben vastgesteld dat het om een nieuwe soort gaat.
Het is onduidelijk waarom ze uiteindelijk zijn uitgestorven. Mogelijk heeft het te maken met de komst van grote zeedieren zoals zeehonden en walvissen.