Direct naar artikelinhoud
tv-recensie

Sylvana Simons beukt dwars door alle ironie van Tim den Besten met een Oprah-waardig moment

Sylvana Simons beukt dwars door alle ironie van Tim den Besten met een Oprah-waardig moment

Afgelopen weekend was het weer tijd voor wat we inmiddels een oer-Hollandse traditie mogen noemen: het grote Sylvana-bashen. Vrijdag werd bekend dat de gemeente Amsterdam een training wil geven om ambtenaren bewust te maken van hun witte privilege, op initiatief van Sylvana Simons’ partij Bij1. Reden voor anoniem twitterend Nederland om Simons weer eens door een gierkuil vol rot-op-naar-je-eigen-land etcetera te slepen. Zoals ze zelf zei in de eind vorig jaar uitgezonden documentaire Sylvana, Demon of Diva: ‘Ik ben een symbool geworden. Over Sylvana Simons mag je alles zeggen. Want Sylvana Simons is geen mens meer.’ 

Sylvana Simons beukt dwars door alle ironie van Tim den Besten met een Oprah-waardig moment
Beeld Tims ^ Tent maar dan in een bungalow met sterren

Maar daar was plots de mens Sylvana, zondagavond in de vierde aflevering van Tims ^ Tent maar dan in een bungalow met sterren (het vervolg op Tims ^ Tent). Onder begeleiding van zo’n klassiek muziekje dat klinkt naar gearriveerde BN’er, knipoogt presentator Tim den Besten hevig naar deftige voorgangers als Villa Felderhof: ‘Hier ontvang ik de groten der aarde, voor een gesprek met een lach en een traan’. In het goddeloze vakantiehuisinterieur, extra lullig aangekleed met emojikussens van een hond en een drolletje, ontving Den Besten in eerdere afleveringen Pepijn Lanen, Roxeanne Hazes en Eva Jinek. Maar waar Den Besten bij Lanen eindeloos moest prikken in jaren van aangekoekte ironie, lijkt Simons haar ziel gewillig op de pijnbank te leggen. 

Den Besten weet met zijn losse interviewstijl, springend tussen ironie en ernst, steeds de juiste toon te vinden. Niet hard, maar ook niet te lief. Zo vraagt hij aan Simons: ‘Ben jij een zeikwijf?’, en daar peinst Sylvana dan even over. Den Besten wil ook weten wat ze van zichzelf vindt, en waarom ze van zichzelf houdt. Simons antwoordt: ‘Als je nou eens alles wat je van anderen nodig hebt aan jezelf zou kunnen geven? Dat je tegen jezélf kunt zeggen: ik ben waardig.(...) Why not love myself?’ Zo veel non-ironische, plechtige self empowerment, dat herinnert Den Besten aan de vrouw waarvan ze allebei groot fan zijn: ‘Kleine Oprah die je d’r bent!’. 

Ook het mooiste moment van hun ontmoeting is Oprah-esque. Simons houdt namelijk elke dag een spiegelritueel, ‘om de lelijkheid van buiten van me af te schudden’. Den Besten grijpt zijn kans en vraagt of Simons het samen wil doen. Eenmaal in de badkamer kijkt Simons zichzelf zo lang doodernstig aan in de spiegel, dat ook Den Besten zijn grijns laat zakken. Dan vraagt Simons aan Den Besten wat hij ziet. Voor de presentator is zo veel introspectie duidelijk onwennig – daar sta je dan, of je even in je blote ziel wil roeren. ‘Ik zie dat ik een beetje verbrand ben?’, zegt hij. Dan grijpt hij de regie weer terug: ‘Doe het eens even alsof je alleen bent.’ En Simons, dat is het mooie, dóét dat. Ze kiest doodleuk voor kwetsbaarheid. 

‘Ik complimenteer mezelf vandaag voor het feit dat ik kwetsbaar ben geweest. Dat ik eerlijk ben geweest. Ik complimenteer mezelf met het vertrouwen dat ik heb gehad dat Tim daar netjes mee om zou gaan.’ Oprah zou trots zijn op hen allebei – de mediapersoonlijkheid en de interviewer.