Direct naar artikelinhoud
Een kolencentrale in Neurath, ten westen van Keulen.
Column

In Duitsland staan kolencentrales plotseling heel vaak te niksen

De CO2-uitstoot van elektriciteitscentrales in Duitsland is de eerste zes maanden van dit jaar spectaculair gedaald. Vooral omdat bruinkool- en steenkoolcentrales heel vaak werden stilgelegd, met dank aan onder meer de CO2-taks. Een les voor Nederland?

In Nederland worstelen we met de vraag of steenkoolcentrales definitief moeten worden gesloten. Waar de overheid dan een miljardenvergoeding tegenover zou moeten stellen. Maar Duitsland laat zien dat het verlagen van de CO2-uitstoot ook op een heel andere manier kan.

Eerst even wat gortdroge cijfers. De stroomproductie door bruinkoolcentrales, de veruit meest vervuilende vorm van stroom, is in het eerste halfjaar in Duitsland met 21 procent gedaald vergeleken met vorig jaar,  met 14 TWh naar 53 TWh (terawattuur, oftewel 53 miljard kilowattuur). En steenkoolcentrales leverden 24 procent minder stroom, oftewel een daling van 8 TWh naar 24 TWh. Tegenover in totaal 22 TWh minder kolenstroom, staat nog wel 3 TWh meer stroom van gascentrales, maar die zijn zoals bekend een stuk schoner dan kolencentrales. Al met al daalde de CO2-uitstoot van de Duitse fossiele stroomsector met 19 procent.

Spectaculair minder CO2

Kijk je alleen naar de maand juni, dan zijn de ontwikkelingen nog veel opmerkelijker. Bruinkoolcentrales produceerden 38 procent minder stroom, steenkoolcentrales 41 procent, terwijl gas 62 procent meer leverde. Maar omdat bruinkool de, tot voor kort, veruit grootste stroombron was en gas juist een heel bescheiden bijdrage leverde, is  de CO2-uitstoot van de fossiele centrales samen toch met een spectaculaire 33 procent gedaald vergeleken met juni vorig jaar. 

De Duitse stroommix: in juni 2018 was bruinkool nog veruit de belangrijkste stroombron, dit jaar leverden zonnepanelen voor het eerst de meeste stroom.Beeld Fraunhofer ISE Energy Charts

In principe zijn er drie oorzaken die deze enorme daling verklaren. De vraag naar stroom slonk in het eerste halfjaar licht, met 3 procent, en tegelijkertijd nam de productie van wind- en zonnestroom juist toe, met respectievelijk 19 en 1 procent . Die twee ontwikkelingen zorgden voor een dalende kWh-prijs. Tegelijkertijd zorgde een stijgende prijs van CO2-certificaten voor hogere kosten, met name voor de zeer vervuilende bruinkoolcentrales. 

Kolenstroom verliest op prijs

Zo moest per kWh-bruinkoolstroom in juni 3,2 cent aan CO2-rechten worden betaald en nog eens 1 cent voor de brandstof en andere bedrijfskosten, samen 4,2 cent. Maar de stroom leverde in juni meestal minder dan 4 cent op en geregeld ook minder dan 3 cent. Om te voorkomen dat er met forse verliezen zou worden geproduceerd, werden de bruinkoolcentrales dus gewoon om bedrijfseconomische redenen vaak helemaal uitgeschakeld. Dat betekent dat ze niet standby stonden, en dus ook niet snel konden worden ingezet als de stroomprijs toch weer boven de 4,2 cent uitkwam. 

Al met al leidde dat tot een voor Duitsland historische ontwikkeling. Het land dat voor zijn stroomvoorziening altijd leunde op het goedkope bruinkool, zag die vervuilende brandstof in juni naar een tweede plaats zakken. Met 7,0 TWh leverden bruinkoolcentrales net iets minder stroom dan de Duitse zonnepanelen met hun 7,2 TWh. Zonne-energie was vorige maand dus de grootste leverancier van Duitse stroom. Ik zou zeggen: veel aansprekender kun je de Energiewende toch niet in beeld brengen.

In zijn weblog ‘Vincent wil zon’ belicht Vincent Dekker innovaties en ontwikkelingen op het gebied van groene energie, dichtbij en ver van huis. Lees meer afleveringen op trouw.nl/vincentwilzon.