Direct naar artikelinhoud
Column

Er is een heldere oplossing voor de segregatie: Stuur God van school

Er is een heldere oplossing voor de segregatie: Stuur God van school

Als kind moest ik elke zondag naar de kerk. Aanvankelijk sloegen we zelfs tijdens onze vakanties geen mis over. Ik herinner me een kerkje in Bretagne waar een bejaarde priester in het Latijn de mis prevelde, zijn rug naar de gelovigen gekeerd. Mijn ouders moesten toegeven dat we hier geestelijk weinig van hadden opgestoken, maar we waren toch maar mooi ter communie geweest.

Aan het begin van de jaren zeventig was het opeens voorbij. Het ging razendsnel van ‘we hoeven niet élke week naar de kerk’ via ‘één keer per maand is ook goed’ naar ‘als je geen zin hebt, hoef je helemaal niet meer’. In een half jaar tijd was er niets meer over van een levensstijl die kort daarvoor nog solide verankerd leek.

Sindsdien dacht Nederland, niet zonder enige zelfgenoegzaamheid, dat het zijn verhouding met God had geregeld. We waren fier en seculier, op een restcategorie in de Biblebelt na, maar daar maakte niemand zich druk over.

Nu wordt seculier Nederland in verlegenheid gebracht door een nieuwe bevolkingsgroep die God wél serieus neemt, en dankbaar gebruikmaakt van de oude structuren van de verzuiling. Zoals protestanten en katholieken voorheen, zo willen nu ook moslims hun eigen scholen oprichten. De politiek heeft het er moeilijk mee. Minister Slob probeert in Amsterdam het bestuur van het Cornelius Haga Lyceum naar huis te sturen, terwijl hij in Naaldwijk de gemeente juist wil dwingen een islamitische basisschool toe te staan.

Is het erg dat moslims hun eigen scholen oprichten? Godsdienstwetenschapper Maartje Beemsterboer concludeerde vorig jaar dat de meeste islamitische scholen hun leerlingen juist goed voorbereiden op de Nederlandse samenleving. Een docent van een islamitische school zou overtuigender voor acceptatie van homoseksualiteit kunnen pleiten dan een docent van een openbare school. Op een islamitische school is het een boodschap van binnenuit, op een openbare school van buitenaf, zei Beemsterboer.

Dat klinkt plausibel, maar het blijft moeilijk controleren of er in de lessen inderdaad een boodschap van tolerantie wordt gepredikt. Van de 52 islamitische basisscholen bestempelde Beemsterboer er drie als ‘gesloten’: hoofddoekjes waren verplicht, jongens en meisjes zaten in aparte rijen, muziek was taboe. Geen perfecte voorbereiding op de Nederlandse samenleving.

Toch wil ik wil best geloven dat de meeste islamitische scholen van goede wil zijn. Het grootste bezwaar tegen islamitische verzuiling ligt elders. De maatschappelijke positie van hedendaagse moslims is niet te vergelijken met die van de katholieken en protestanten van weleer. Die hoefden niet te integreren – ze behoorden getalsmatig en cultureel tot de mainstream van de samenleving.

Basisschool de Lukasschool in Utrecht.Beeld Marcel van den Bergh

Moslims vormen een veel kleinere groep die met een economische achterstand en culturele afstand kampt. Het lijkt me geen goed idee om kinderen uit deze groep op een aparte school te zetten. De toch al zo sterke segregatie wordt alleen maar vergroot door een islamitische zuil, zeker als er meer islamitische middelbare scholen komen. Kinderen uit achterstandsgroepen worden geschoold in een orthodoxie die, hoe je het ook wendt of keert, op gespannen voet staat met de hoofdstroom in de Nederlandse samenleving.

Er is een heldere oplossing. Stuur God van school. Alle kinderen naar het openbaar onderwijs, waar ze les krijgen over alle mogelijke levensbeschouwingen en kritisch leren nadenken, zodat ze zelf kunnen kiezen als ze volwassen zijn.

Ik ben er helemaal voor, maar de praktische uitwerking is een groot probleem. Het vaak genoemde voorbeeld van Frankrijk is verre van inspirerend. De éducation nationale is een moloch die zwak presteert, maar nauwelijks in beweging te krijgen is. Bij rellen in de banlieue wordt vaak de school in brand gestoken omdat zij het symbool van een gehate staat is. Bovendien is het de Fransen allerminst gelukt de radicale islam te bestrijden.

In Nederland gaat ruim 70 procent van de kinderen naar bijzondere scholen. Al die scholen zouden op een of andere manier moeten worden ondergebracht in een nieuw stelsel van openbaar onderwijs. Een enorme bureaucratische operatie die ten koste gaat van de voordelen van het Nederlandse onderwijsbestel: vrijheid, flexibiliteit, particulier initiatief, de mogelijkheid om met nieuwe onderwijsvormen te experimenteren.

Als het allemaal zo moeilijk is, waarom wordt dan niet simpelweg de islamitische school verboden? De meeste mensen hebben geen moeite met de vrijheid van onderwijs, maar met islamitische scholen. Dat is in feite de opstelling van de gemeente Naaldwijk.

Uiteraard is dat een onbegaanbare weg, en niet alleen omdat die voor geen enkele rechter zal standhouden. Islamitisch onderwijs is misschien niet bevorderlijk voor integratie, juridische discriminatie is dat zeker niet. Als moslims minder rechten hebben dan katholieken of protestanten, worden ze als tweederangsburgers behandeld.

Ziedaar de complexiteit van de situatie: een principiële oplossing, de school zonder God, die op praktische bezwaren stuit en politiek onhaalbaar is, zolang er christelijke partijen nodig zijn om een regering te vormen. Een praktische oplossing, moslimscholen verbieden, die juridisch onmogelijk en moreel onaanvaardbaar is. Daarom zit er niet veel anders op dan de regels rond de stichting van nieuwe scholen te verscherpen, zoals PvdA-leider Asscher heeft voorgesteld. Met het risico dat moslims zich gepest voelen en de scholen er toch komen. Het is een catch 22, wat je ook probeert.