Direct naar artikelinhoud
Waarom vroeg de man in de stiltecoupé alleen aan de zwarte vrouwen of ze stil wilden zijn?
ColumnBabah Tarawally

Waarom vroeg de man in de stiltecoupé alleen aan de zwarte vrouwen of ze stil wilden zijn?

Afgelopen zondag zat ik in de trein richting Enschede naar het jaarlijkse Hertme Festival. Voor degenen die dit festival niet kennen, het is Afrika voor gevorderden, waar beginners ook van harte welkom zijn. Kortom, een Afrikaans festival met lekker eten, heerlijke muziek, gezellige, hartelijke mensen en kramen vol Afrikaanse snuisterijen. Opvallend genoeg is meer dan negentig procent van de bezoekers wit.

Ik was in de stiltecoupé gaan zitten, alleen is stilte de komende maanden binnen noch buiten de trein bijna niet te vinden. Met het inluiden van de zomervakantie is ook het culturele seizoen geopend en nemen steeds meer mensen de trein. 

Neem het Kwaku Festival dat morgen van start gaat in Amsterdam. Vier weken lang staat het weekend in het teken van cultuur, muziek, dans, eten en drinken. Na Kwaku volgt het zomercarnaval in hartje Rotterdam waar kleurrijk Rotterdam drie dagen de scepter zwaait met passie, vuur, pracht en praal. En dan zijn er nog het Chinese Hellefeest, festival Noorderzon in Groningen, het Offerfeest van moslims, Pride Amsterdam en vele andere. Kortom, genoeg multiculturele feesten om verbindingen te leggen.

Twee donkere vrouwen

Zo ook in de stiltecoupé waar twee donkere vrouwen geanimeerd praten. Het Nederlands dat ze spreken klinkt kleurrijk; zoet en zwoel, doorspekt met humor en gelach. Ik vermoed dat ze uit het Nederlandse Caribisch gebied komen. In een ander treindeel had ik hun geroezemoes fijn gevonden. Nu wekt het niet alleen bij mij irritatie. 

Onze witte buurman staat op en snauwt kortaf en nadrukkelijk dat we ons in een stiltecoupé bevinden. De vrouwen lijken nauwelijks van hun stuk gebracht. Wellicht zijn zij überhaupt niet gecharmeerd van mannen die hen autoritair de les lezen en dus kwetteren ze vrolijk verder. Pas na enige tijd stoppen ze en keert de stilte terug in de coupé.

Twee witte vrouwen

Bij station Apeldoorn stapt een aantal nieuwe passagiers in. Zij houden blijkbaar ook van kleurrijk Nederlands en spreken onophoudelijk met elkaar. Ik probeer de blik te vangen van de man die graag mensen terecht wijst, maar dit keer blijft hij opvallend stil. Ik sta op en loop naar hem toe: “Meneer, waarom spreekt u deze mensen niet ook aan. Het is tenslotte een stiltecoupé en zij praten achter elkaar door.”

“Ik heb eerder mijn best gedaan”, is zijn afwijzende antwoord. “Maar meneer, u maant wel op autoritaire wijze twee zwarte dames hun mond te houden, maar deze witte Apeldoorners laat u vrolijk kwetteren!”

Hij zwijgt, wat voor mij ook een antwoord is. Ik loop naar de Apeldoorners en vraag vriendelijk of ze wat stiller kunnen zijn. Ze bieden hun excuses aan en stoppen met praten. Terug in mijn stoel vraag ik mij af wat deze man nu anders heeft gedaan dan ik. Misschien heeft hij zich laten leiden door de boreale indoctrinatie die het afgelopen jaar de structuur van ons denken heeft laten wankelen. Misschien voelt hij zich daardoor geroepen om indringers te manen om zich aan onze regels te houden. In dit geval de twee zwarte vrouwen waarvan ik vermoed dat ze gewoon een Nederlands paspoort hebben. 

Vergetend dat ik zwart ben

Laten we wel wezen. We mogen elkaar zeker corrigeren en aanspreken, maar doe het op een respectvolle manier. Je spreekt om gehoord te worden, dus hoe je iets zegt is daarom minstens zo belangrijk als wat je zegt.

Ik arriveer bij het festival, meng me in het swingende, witte gezelschap en vergeet dat ik zwart ben. Net als bij al deze witte mensen hier die een wereldbril dragen, speelt kleur geen rol meer. Wat ons hier verbindt is muziek, lekker eten, de liefde voor Afrika en het gevoel dat we allemaal mens zijn.

Babah Tarawally is schrijver, columnist en programmamaker. Voor Trouw schrijft hij om de week over (verborgen) discriminatie en racisme, maar vooral over manieren om elkaar op dit thema te kunnen verstaan.