Terug naar de krant

Kabinet praat zo min mogelijk over medische ethiek

Leeslijst achtergrond

Nederlandse politiek D66 en de ChristenUnie samen in één kabinet: dat betekent balanceren over medische ethiek. Over abortus is het stil, al proberen linkse partijen de druk op te voeren.

Leeslijst

Een non-aanvalsverdrag over medische ethiek. Dat was de enige manier voor VVD, CDA, D66 en ChristenUnie om samen te gaan regeren. Want hoe sluit je compromissen als de levensvisies van partijen zó verschillend zijn? Hoe kom je er samen uit als de ene partij (D66) de 24-wekengrens voor abortus wil handhaven en de andere partij (ChristenUnie) die zoveel mogelijk wil verlagen?

Dat kan niet. Daarom werd de afspraak in het regeerakkoord: „Bestaande wet- en regelgeving blijft voor alle partijen het uitgangspunt.” En mocht er tóch discussie komen, dan wordt rekening gehouden met „de overtuiging van alle partijen die het kabinet dragen.” Het resultaat: in Den Haag praat de coalitie zo min mogelijk over medische ethiek. En zéker niet over abortus.

Te veel mensen in Den Haag hebben nog de ‘embryocrisis’ van 2008 (kabinet Balkenende-IV) op het netvlies. PvdA-staatssecretaris Jet Bussemaker stelde, zonder overleg met coalitiepartner ChristenUnie, een wijziging voor van de Embryowet: ze wilde dat vrouwen met een ernstige vorm van (genetische) kanker embryo’s zouden kunnen laten controleren op een genetische afwijking. Alleen gezonde embryo’s zouden worden teruggeplaatst bij vrouwen met een kinderwens.

Lees ook een reconstrucie over de ‘Embryocrisis’
Vicepremier Rouvoet en minister Bussemaker samen op de tribune bij de EK-wedstrijd tegen Roemenië in juni 2008, vlak na de dreigende kabinetscrisis rond embryoselectie.

Bussemaker had het idee een „nuanceverschil” te maken, omdat controle op embryo’s voor andere genetische ziekten al mocht. Maar Balkenende-IV viel er bijna over. Bewindslieden uit dat kabinet waarschuwden het huidige kabinet in NRC: ga prudent met elkaar om. Bussemaker zei: „Politici van de ChristenUnie voelen zich snel bedreigd. Ze hebben oprecht de angst dat hun levensvisie niet serieus wordt genomen.”

Ruzie uitlokken

De oppositie probeert zo’n onderlinge ruzie in Rutte III voortdurend uit te lokken. Anderhalf jaar geleden kwamen GroenLinks en de PvdA bijvoorbeeld met een initiatiefwet die het voor huisartsen mogelijk zou maken om de ‘abortuspil’ voor te schrijven tot een zwangerschap van negen weken. Nu mogen alleen gespecialiseerde klinieken en poliklinieken gynaecologie dat.

Het argument van de linkse oppositie was sterk: er lág al een plan om de abortuspil bij de huisarts onder te brengen, van het vorige kabinet. VVD en vooral D66 zijn er principieel voor. Maar de druk leverde niets op. Tweede Kamerlid Pia Dijkstra van D66 zei „serieus” naar de initiatiefwet te gaan kijken. Carla Dik-Faber, Tweede Kamerlid van de ChristenUnie, counterde dat het „niet denkbaar” was dat het plan werd aangenomen. Geen harde woorden. Einde discussie.

Het is precies hoe de coalitie het wil. Sterker nog, Dik-Faber is er trots op dat er niet meer voortdurend wordt gebekvecht over medische ethiek. Eind vorig jaar zei ze in NRC: „Als politicus is het misschien gek om te zeggen, maar ik ben altijd zoekende. Kwetsbaarheid van mensenlevens moet je niet politiek willen maken.” Pia Dijkstra, haar politieke tegenstander nummer één, sprak waardering uit voor die woorden.

Lees ook interview met Carla Dik-Faber
„Christenen kunnen de neiging hebben om bij medisch-ethische kwesties meteen te roepen: onbespreekbaar. Maar je kunt ook je principes hoog houden én luisteren naar het verhaal van de ander”

Zo nu en dan, zoals tijdens een debat in de Kamer dinsdagavond over demonstraties bij abortusklinieken, herhalen D66 en ChristenUnie hun bekende standpunten over abortus, maar tot een botsing komt het daarbij niet. Eén keer lukte het de ChristenUnie en D66 niet om elkaar te gedogen. Dat was toen er ophef ontstond over een organisatie, Siriz, die ‘keuzehulp’ biedt aan vrouwen die twijfelen over een abortus. Siriz heeft sterke bestuurlijke en financiële banden met de VBOK, een christelijke organisatie die er „alles” aan wil doen het aantal abortussen – dat zijn er ieder jaar ongeveer 30.000 in Nederland – terug te dringen.

Dat vonden – opnieuw – GroenLinks en de PvdA niet kunnen. Ze wilden van Siriz af. Na een politieke discussie dienden ook de VVD en D66 een motie in die moest zorgen dat er voortaan geen voorkeur werd uitgesproken voor of tegen abortus tijdens een keuzehulpgesprek.

Dat was, een beetje, tegen het zere been van de ChristenUnie. Siriz beloofde onafhankelijker te gaan adviseren, maar blijft subsidie ontvangen. Daarmee was de politieke discussie gesloten. Die ging bovendien alleen over de invulling van de huidige regels. Daarover, en over demonstratie bij klinieken, kan worden gepraat. Over abortus zélf is geen discussie mogelijk.

Een versie van dit artikel verscheen ook in NRC Handelsblad van 12 juni 2019.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in