Direct naar artikelinhoud

Rechts-nationalisten rukken op, maar blijven in de minderheid

Vlnr. Geert Wilders, Matteo Salvini en Marine Le Pen tijdens een manifestatie van Europese populistische partijen in Milaan, afgelopen zaterdag.Beeld AP

Hier staan geen racisten, fascisten of extremisten, zei de Italiaanse Lega-leider Matteo Salvini afgelopen weekeinde op het Domplein van Milaan. “De extremisten zijn degenen die Europa de afgelopen twintig jaar hebben bestuurd.” 

De uitspraak behoort inmiddels tot het standaardrepertoire van Salvini, wiens populariteit een hoge vlucht heeft genomen sinds hij als vicepremier en minister van binnenlandse zaken een streng antimigratiebeleid voert.

Op het podium in Milaan werd hij omringd door rechts-nationalistische leiders uit tien andere EU-landen, onder wie Marine Le Pen (Rassemblement National), Geert Wilders (PVV) en de Europese vertegenwoordiger van Alternative für Deutschland, Jörg Meuthen. Een groot deel van die partijen vormt al een groep in het Europees Parlement: Europa van Naties en Vrijheid. Onder een nieuwe naam hoopt Salvini – die als minister overigens nog nooit een EU-raadsvergadering bijwoonde in Brussel – een grote klapper te maken bij de Europese verkiezingen, zodat de ‘European Alliance of Peoples and Nations’ stevig voet aan de grond krijgt in het parlement.

Het potentieel van de rechts-nationalisten zou veel groter kunnen zijn dan die 74 zetels, als de partijen niet zo versnipperd waren

In de laatste opiniepeilingen staat deze groep-Salvini op 74 van de 751 zetels, waarmee ze in grootte de vierde fractie zou vormen. De campagne heeft afgelopen week een fikse deuk opgelopen door de Oostenrijkse regeringscrisis, waarin Salvini’s geestverwanten van de FPÖ totaal door het ijs zakten.

Het potentieel van de rechts-nationalisten in het Europees Parlement zou veel groter kunnen zijn dan die 74 zetels, als hun partijen niet zo versnipperd waren over meerdere groeperingen. Alle aanstaande rechts-nationalistische Europarlementariërs bij elkaar opgeteld – in verschillende gradaties van eurosceptisch tot extreem eurofoob – kunnen ruw geschat, uitkomen op tussen de 175 en 250 zetels.

Grote afwezigen in Milaan waren de Hongaarse Fidesz-partij van Viktor Orbán, de Poolse PiS van Jaroslaw Kaczynski en de Brexit Party van Nigel Farage. Orbán en Le Pen kunnen nu eenmaal niet door één deur. En zo zijn er onder de rechts-nationalisten meer botsende ego’s. Ook standpunten, over onder meer economisch beleid in de eurozone en de relaties met Israël en Rusland, lopen uiteen.

Rechts-nationalisten rukken op, maar blijven in de minderheid
Beeld Trouw

Doeltreffend

Toch lijkt de campagne van Salvini c.s. doeltreffender te zijn dan wat de rechts-nationalisten vijf jaar geleden lieten zien. Toen kondigden Le Pen en Wilders vooraf grootse plannen aan over de vorming van een groep, die uiteindelijk moeizaam en pas ruim een jaar na de verkiezingen tot stand kwam. “Nu is de samenwerking succesvoller omdat de partijen meer succes hebben”, zei de vooraanstaande Nederlandse rechts-nationalisme-expert Cas Mudde deze week tijdens een praatje op de Nederlandse EU-ambassade in Brussel. “Maar de media-aandacht is disproportioneel. De bijeenkomst van Salvini in Milaan ging nergens over. Hij stond daar met partijen waarmee hij al jarenlang samenwerkt. Het enige verschil met vroeger is dat Salvini nu in de regering zit. En zelfs dan slaagt hij er niet in om zijn beweging groter te maken. Eigenlijk zou dat het verhaal moeten zijn.”

Ook afwezig in Milaan: Forum voor Democratie (FvD). Dat wordt onderdeel van de eurokritische Europese Conservatieven en Hervormers (ECR) waarin nu nog de Britse Conservatieven zitten, maar ook de Poolse PiS en de ChristenUnie/SGP.

De vraag is of de rechts-nationalisten straks hun verkiezingsbelofte kunnen waarmaken en echt zand in de EU-machine kunnen gooien. Zelfs met 250 zetels blijven ze in de minderheid. Op zijn website kondigt FvD aan dat het straks ‘blokkerende minderheden’ wil vormen ‘tegen begrotingen en wetgeving’. Blokkerende minderheden bestaan echter niet in het Europees Parlement. Alleen op vergaderingen van de Europese ministerraad kunnen ministers blokkerende minderheden vormen.

Traditionele partijen raken de regie kwijt

De rechts-nationalisten mogen dan ver verwijderd blijven van een meerderheid in het komende Europees Parlement, hun zetelwinst draagt er wel toe bij dat de machtsverhoudingen op hun kop komen te staan.

Het is nagenoeg zeker dat de twee traditionele machtsblokken in het parlement, de christen-democraten (EVP) en de sociaal-democraten (S&D), straks geen meerderheid meer hebben. Dat is voor het eerst sinds de eerste Europese verkiezingen van veertig jaar geleden.

Tot frustratie van andere partijen bekokstoofden die twee groeperingen decennialang akkoorden over van alles en nog wat, van concrete wetgeving tot de verdeling van de topbaantjes. Het zal hen nu niet meer lukken de regie te houden.

Glazen-bol-kijkers in Brussel zijn al druk aan het puzzelen over de mogelijke meerderheden in het nieuwe parlement. Dat zullen steeds gelegenheidsmeerderheden zijn, afhankelijk van het onderwerp.

Sleutelrollen daarin zijn weggelegd voor enerzijds de liberalen – met VVD en D66, en straks versterkt met de in Europa debuterende partij van de Franse president Macron – en anderzijds de Europese Groenen.

EVP, S&D en de liberalen (tot nu toe Alde geheten, maar er komt een nieuwe naam) behalen straks makkelijk een meerderheid. Als de Groenen daarbij aanhaken, is de democratische basis zelfs stevig (volgens schattingen 475 van de 751 zetels). Wat al die partijen gemeen hebben, is een uitgesproken pro-EU-houding. Maar op veel thema’s hebben de Groenen andere standpunten dan de traditionele grote partijen. Alleen als de rechts-nationalisten de boel echt dreigen te saboteren, zijn die verschillende pro-EU-geluiden wellicht bereid elkaar tegemoet te komen.

Boegbeeld Frans Timmermans van de S&D hoopt op krachtenbundeling van links, maar dat wordt een lastig verhaal. De Europese groeperingen waarin PvdA, GroenLinks en SP zitten, zijn in de peilingen ver verwijderd van een meerderheid (momenteel 253, van de benodigde 376 zetels). Zelfs met de liberalen erbij (105) halen zij geen meerderheid. Maar ook het centrumrechtse blok komt niet aan een meerderheid, al komen EVP en alle eurosceptische krachten samen (inclusief de extreemste eurofoben) wel in de buurt.

De gevolgen van die nieuwe machtsverhoudingen zullen al snel na de verkiezingen aan de oppervlakte komen, als het parlement een meerderheid moet vinden voor de keuze van zowel de eigen voorzitter als de nieuwe voorzitter van de Europese Commissie. 

Lees ook:Het is geen wonder dat de kiezer in de war raakt, maar houd het hoofd koel

Toegegeven: het Europees Parlement is een raar ding. Maar het maakt praktische keuzen met grote gevolgen, schrijft Brussel-correspondent Christoph Schmidt. De kiezer moet daarom het hoofd koel houden.

In de campagne ging het over van alles, maar niet over de politieke inhoud

Donderdag wordt er in Nederland gestemd voor het Europees Parlement, maar de campagne gaat vooral over binnenlandse politiek. Europese politieke knelpunten worden gemeden en het dreigt uit te draaien op een ‘nexit, ja of nee-debat’.