Strategieën om vaccinweigeraars te overtuigen

Het verzet tegen vaccins baart artsen zorgen. Discussies met zogenoemde 'antivaxxers' lijken vaak hopeloos. Hoe overtuig je achterdochtige ouders?

Op het VTM-nieuws mocht huisarts Kris Gaublomme onlangs zijn bedenkingen bij vaccinaties verkondigen. Hij pleitte tegen inenting voor mazelen en steunde hiermee de zogenoemde 'antivaxxers'. Ophef volgde. Inmiddels is er een klacht tegen de arts ingediend. Wereldwijd krijgen vaccinatietegenstanders een stem.

In september 2015 kruiste toenmalig presidentskandidaat Donald Trump op de Amerikaanse nieuwszender CNN nog de degens met een andere kandidaat voor de Republikeinen, kinderneurochirurg Ben Carson. De moderator vroeg Carson toen of hij vond dat Trump moest ophouden met beweren dat vaccins gelinkt zouden zijn met autisme. ‘Er zijn meerdere studies die hebben aangetoond dat er geen verband is tussen vaccins en autisme’, antwoordde die op de vraag van de moderator. ‘Ik denk dat een intelligente man als Mr. Trump de juiste beslissing zal nemen als hij die leest en de feiten onder ogen ziet.’

‘Tegenstanders van vaccins weten nauwelijks iets over de ziektes die ze voorkomen. Vaccins zijn het slachtoffer van hun eigen succes’

Vervolgens vroeg Trump het woord. ‘Autisme is een epidemie geworden’, stak hij van wal. ‘Het loopt totaal uit de hand. Je neemt een prachtige baby, en je pompt … Ik bedoel: het lijkt alsof het bedoeld is voor een paard, niet voor een baby. Ik zie het ook bij mensen die voor mij werken. Onlangs nog. Een kind, 2,5 jaar oud, een mooi kind, ging om een vaccin, keerde terug, kreeg een week later verschrikkelijke koorts, werd erg, erg ziek, en is nu autistisch.’

Neurowetenschapper Tali Sharot haalt de discussie aan in haar boek The Influential Mind. Sharot, zelf ook moeder, herinnert zich dat ze naar het debat zat te kijken, en hoe het beeld van de enorme spuit en het zieke kind haar bang maakten. Al wist ze maar al te goed dat die spuit in werkelijkheid heus niet zo groot is. En ze kende het wetenschappelijk onderzoek. Tegen het horrorbeeld dat Trump had geschetst kon Carson met zijn studies niet op. ‘Omdat Carson zich op mijn hersenen richtte, en Trump op de rest van mijn lijf’, beseft Sharot.

Mikken op emoties

Als feiten en cijfers zo weinig indruk maken op iemand als Sharot, die al overtuigd was van het nut van vaccins, dan is hun impact op vaccin­­weigeraars vast nog beperkter. Brecht Decoene kan erover meespreken. Decoene, moraalfilosoof en auteur van het boek Achterdocht tussen feit en fictie. Kritisch omgaan met complottheorieën, gaat geregeld de discussie aan met al wie in complotten en pseudowetenschap gelooft. Ook met tegenstanders van vaccinatie.

Op Facebook wordt hij om de oren geslagen met argumenten als: ‘Mijn kinderen hebben mazelen gehad en zijn niet gestorven’, ‘De dochter van een vriendin raakte gehandicapt na vaccinaties’ en ‘Vaccins zitten vol vergif’. Decoene wijst op het dodental van ziektes zoals mazelen, de beperkte bewijskracht van anekdotes en studies die de veiligheid van vaccins aantonen. Reactie: ‘Elk zijn mening.’ Het stemt niet bepaald hoopvol. ‘De beste aanpak lijkt mij om met correcte informatie, veel geduld en respect kleine barstjes in de firewall proberen aan te brengen’, zegt Decoene.

Volgens onderzoekers aan de KU Leuven kan het helpen om af en toe een andere strategie te gebruiken. Ze analyseerden pro- en antivaccinatieboodschappen op het internet. Waar de eerste doorgaans focussen op feiten en cijfers, maken de tegenstanders vaak gebruik van verhalen die inspelen op emotie, en de angsten van ouders in het bijzonder. Dat kan omgekeerd ook.

Neem bijvoorbeeld het verhaal over William*. William werd geboren in 2017, maar overleed nog datzelfde jaar aan de mazelen. Hij raakte besmet door een buur­jongetje met ouders die tegen v­accinatie waren gekant. Een tragedie die makkelijk had kunnen worden voorkomen door vaccinatie. Net als de dood van een zes jaar oud Italiaans leukemiepatiëntje, dat in 2017 overleed aan long- en hersencomplicaties van een mazelenbesmetting.

Beide verhalen illustreren het belang van wat wetenschappers groepsimmuniteit noemen. Wanneer een voldoende grote groep mensen is gevaccineerd, worden ze zelf niet meer ziek en kunnen ze de ziekte ook niet meer doorgeven aan anderen. Wie niet gevaccineerd kan worden – omdat hij of zij nog te jong of te verzwakt is – is daardoor ook beschermd.

In het geval van mazelen is dat zodra 95 procent van de mensen gevaccineerd is. ‘Je kan dat aantonen met mooie grafiekjes’, zegt vaccinatie-expert Corinne Vandermeulen (KU Leuven). ‘Maar uit gesprekken met ouders blijkt dat die een verhaal zoals dat van William vaak overtuigender vinden. Met studies, cijfers en grafieken overtuig je niet iedereen. Dan kan het helpen anders te communiceren.’

Klein maar mondig

‘Luisteren naar de bezorgdheden en vragen van ouders is cruciaal’, zegt vaccinatie-expert Pierre Van Damme (UAntwerpen). ‘Om vervolgens een communicatiestrategie op maat te kiezen. We mogen de twijfelaars niet allemaal over dezelfde kam scheren.’

‘Het is een erg heterogene groep’, bevestigt Vandermeulen. ‘Je hebt de hoogopgeleiden, die alles in vraag stellen, en je hebt laagopgeleiden, die makkelijker geloof hechten aan allerlei onheilsberichten over vaccins.’ Volgens Vandermeulen is de groep die radicaal tegen vaccinatie is gekant klein, maar erg mondig. ‘Die groep is vrijwel niet te overtuigen. De meeste andere mensen staan nog open voor dialoog.’

Nagenoeg alle twijfelaars delen een bezorgdheid om de gezondheid van hun kinderen. Wijzen op de soms desastreuze gevolgen van infectieziekten kan dan een goede start zijn. ‘Bezorgde ouders zijn vaak heel goed op de hoogte van alle mogelijke nadelen van vaccins. Maar ze weten nauwelijks iets over de ziektes die ze voorkomen’, weet Van Damme uit ervaring. ‘Vaccins zijn het slachtoffer van hun eigen succes.’

‘Ouders denken vaak dat het om vrij onschuldige kinderziektes gaat’, aldus Vandermeulen. ‘Niets is minder waar. Eén op 200 patiënten met polio (de enige ziekte waartegen een vaccin verplicht is, red.) houdt daar een vorm van verlamming aan over. Bof kan tot hersenvliesontsteking en eenzijdige doofheid leiden. Aan kinkhoest en meningokokkeninfectie kan je overlijden. Eén op 1.000 mazelenpatiënten ontwikkelt een hersen- of hersenvliesontsteking met mogelijk blijvende schade. Eén op 2.500 patiënten sterft aan de ziekte. In 2018 overleden in Europa 72 mensen aan de mazelen.’

Bedreiging voor volksgezondheid

De Wereldgezondheidsorganisatie rekende ‘twijfels over vaccinatie’ eerder dit jaar tot de tien grootste bedreigingen voor de volksgezondheid. In Vlaanderen blijft de vaccinatiegraad vooralsnog hoog. Toch is er nog ruimte voor verbetering. Voor het MBR-vaccin (tegen mazelen, bof en rode hond) is een vaccinatiegraad van 95 procent nodig om de ziekte te elimineren. Die graad halen we nog niet bij adolescenten.

Daarnaast blijkt uit enquêtes dat een vijfde tot een kwart van de ouders gelooft dat vaccins niet meer nodig zijn als de ziektes waartegen ze beschermen niet meer voorkomen. Terwijl dat net deels aan vaccinatie is te danken. ‘Proactief communiceren over het nut en de veiligheid van vaccins blijft dus noodzakelijk’, vindt Van Damme. ‘Dat moet deel uitmaken van de artsenopleiding. Uit onderzoek dat we recent uitvoerden, blijkt dat 30 procent van de Europese artsen afstudeert zonder informatie te hebben gekregen over vaccins en vaccinatie­programma’s. We mogen absoluut niet op onze lauweren rusten.’

 

*William is een fictieve naam.

 

Je vindt dit artikel ook in het mei-nummer van Eos dat vanaf donderdag in de winkel ligt!

Vier zorgen over vaccins weerlegd

1. Vaccins veroorzaken autisme

In 1998 suggereerde de Britse arts Andrew Wakefield in het medisch tijdschrift The Lancet een verband tussen het MBR-vaccin (tegen mazelen, bof en rode hond) en autisme. Het artikel werd teruggetrokken wegens fraude en Wakefield werd uit het artsenregister geschrapt. Meerdere studies hebben sindsdien aangetoond dat er geen verband is tussen vaccineren en autisme. Dat alles kon niet voorkomen dat de mythe nog steeds de ronde doet.

2. Vaccins hebben vreselijke bijwerkingen

‘Er kunnen bijwerkingen zijn’, zegt vaccinatie-expert Corinne Vandermeulen (KU Leuven). ‘Vaccins kunnen lichte koorts veroorzaken, en in zeldzame gevallen koortsstuipen. Dat komt bij het MBR-vaccin ongeveer twee keer per tienduizend gevaccineerde kinderen voor. Maar de gevolgen van de ziektes waartegen ze beschermen zijn veel ernstiger.’ Het is precies die afweging die aan de basis ligt van de huidige vaccinatieprogramma’s.

3. Er zitten giftige stoffen in vaccins

Vaak genoemd zijn kwik, formaldehyde en aluminium. De kwikverbinding thiomersal voorkomt contaminatie van vaccins die verschillende dosissen in één verpakking bevatten. Thiomersal zou autisme veroorzaken. ‘Dat verband is er niet’, zegt Vandermeulen. ‘En sinds de overschakeling op individueel verpakte dosissen wordt de stof niet eens meer gebruikt.’

Ook formaldehyde doet dienst als een soort bewaarmiddel. Tijdens het productieproces van vaccins wordt het gebruikt om virussen ongevaarlijk te maken. ‘De hoeveelheid formaldehyde in het bloed van een acht weken oude baby ligt tien keer hoger dan de hoeveelheid in vaccins’, zegt vaccinatie-expert Pierre Van Damme (UAntwerpen). ‘Wat je binnenkrijgt via een vaccin ligt duizend keer lager dan de potentieel schadelijke dosis. Een peer eten brengt ruim twintig keer meer formaldehyde in het lichaam.’

Aluminium verbetert de reactie van ons immuunsysteem op het vaccin. Ook in dit geval ligt de dosis ruim onder de veiligheidsgrens. Via onze voeding nemen we er veel hogere dosissen van binnen dan via een vaccin.

4. Vaccins overbelasten het jonge immuunsysteem

‘Ons immuunsysteem wordt al vanaf de bevalling overladen met microben uit het geboortekanaal. Op ons lichaam bevinden zich miljarden micro-organismen. Wat vaccins daar nog aan toevoegen, valt te vergelijken met een lepeltje water in een zwembad’, zegt Vandermeulen.