Direct naar artikelinhoud
NieuwsIMF en Wereldbank

De Navo en VN moeten het ontgelden, maar Trump koestert IMF en Wereldbank

Het IMF en de Wereldbank houden hun voorjaarsvergadering. President Trump is vaak kritisch, maar niet op de twee 75-jarige instituten die twee nieuwe kopstukken kregen.

De Duitse bondskanselier Angela Merkel, IMF-directeur Christine Lagarde en de Amerikaanse president Donald Trump vorig jaar juni bij een G7-top in Canada.Beeld EPA

De handelszone Nafta blies hij op, de wereldhandelsorganisatie WTO verkeert in een diepe slaap, de VN kan geen goed doen, de Navo krijgt er veelvuldig van langs, voor de G7 en G20 haalt hij zijn neus op. Alleen het IMF en de Wereldbank worden door Donald Trump in ere gehouden.

De Amerikaanse president heeft niet gedreigd ze op te blazen of de bijdrages te verminderen. Ze zijn gevrijwaard gebleven van zijn twittertirades. Mogelijk valt hij voor de charme van de Franse directeur Christine Lagarde. Misschien heeft het ermee te maken dat ze kantoor houden op steenworp afstand van het Witte Huis.

Maar het  belangrijkste is dat ze bruikbaar zijn. Zo heeft Trump al ingestemd met een kapitaalverhoging van 15 miljard dollar voor de Wereldbank die de extreme armoede in de wereld wil uitbannen. Ook het IMF draagt hij een warm hart toe. Hij was de eerste die vorig jaar een IMF-krediet van 50 miljard dollar aan het opnieuw in financiële problemen geraakte Argentinië verwelkomde.

Susan Schadler, voormalig IMF-directeur en nu onderzoeker van het Centre for International Governance Innovation (Cigi) in Washington, begrijpt Trumps houding. ‘Het strookt helemaal met de belangen van zijn America First-beleid. Hij wil stabiliteit in een land als Argentinië, het mag geen tweede Venezuela worden. Maar als het land in problemen raakt en Washington gaat er zich alleen mee bemoeien, dan spant hij het paard achter de wagen. De Argentijnen moeten niets van hem hebben. Dat het IMF de ijzers uit het vuur haalt en voor die stabiliteit zorgt, is alleen maar een voordeel.’

De verwachting was dat Trump na zijn aantreden enorme bezuinigingen zou aankondigen op de Amerikaanse bijdragen aan IMF en Wereldbank. Maar die zijn er niet gekomen. En dat komt niet omdat het IMF zo aardig voor Trump is. Het IMF heeft zijn belastingverlagingen bekritiseerd, net als de druk die hij uitoefent op zijn eigen centrale banken en de handelsoorlog met China.

 ‘Veel van het werk van het IMF is nogal technisch’, zegt Schadler. ‘Door zich daartegen af te zetten, kan Trump  zich niet echt profileren, zoals hij dat  wel doet bij de WTO. Nogal wat Republikeinse senatoren hebben de reddingsoperaties van het IMF voor Griekenland bekritiseerd en eisten zelfs dat de VS daar geen gehoor aan zou geven. Maar Trump heeft zich daar juist niets van aangetrokken.’ 

Het IMF en de Wereldbank vieren deze zomer hun 75ste verjaardag. Architecten waren de vermaarde Britse econoom John Maynard Keynes en de Amerikaan Harry Dexter White. Volgens sommigen zijn het 20ste-eeuwse instituten in de 21ste eeuw: Westerse landen maken de dienst uit en schrijven landen in problemen neoliberale medicijnen van bezuinigingen voor - waardoor de situatie vaak verergert. De opkomst van China en andere nieuwe economieën blijkt niet uit de stemverhoudingen bij het IMF en de Wereldbank. Een aanpassing van de quota komt niet van de grond. China handelt daardoor veelvuldig in z‘n eentje als kredietverlener in met name ontwikkelingslanden. 

Schadler erkent dat dit Trump stoort: ‘De huidige quotaverdeling  geeft Trump een soort van vetorecht binnen het IMF.  Dat wil hij niet op het spel zetten.  Dat weigerde zijn Republikeinse voorganger Bush jr ook. Mogelijk wil hij het wel veranderen, maar alleen in een nieuwe rolverdeling met China en de eurozone.’

David Malpass, president van de Wereldbank.Beeld AP

David Malpass, president Wereldbank

Als Trumpiaan bij een multilaterale instelling werd zijn eerste optreden met argusogen gevolgd. David Malpass (63), die sinds 9 april de nieuwe president is van de Wereldbank, had niet altijd een gelukkige hand met voorspellingen. Als hoofdeconoom van de zakenbank Bear Stearns riep Malpass in augustus 2007 banken en beleggers op zich niet al te ongerust te maken over de crisis op de waardedalingen van hypotheekobligaties, zogenoemde subprime bonds.

‘De correcties op de hypotheekmarkt en obligatiemarkt zullen alleen maar bijdragen aan de lengte van de economische expansie’, beweerde hij op de opiniepagina van The Wall Street Journal. Zelden sloeg een econoom de plank zo mis. In maart 2008 was Bear Stearns zelf bankroet en moest het worden gered. Daarna begon de grootste crisis sinds de jaren dertig van de vorige eeuw.

Malpass werd door Trump benoemd als opvolger van zijn landgenoot Jim Yong Kim. Hiermee blijft de president van de Wereldbank een Amerikaan, zoals de directeur van het Internationaal Monetaire Fonds nog altijd een Europeaan is. Malpass liet er bij zijn eerste optreden geen misverstand over bestaan dat uitbanning van de extreme armoede (inkomen onder 1,90 dollar per dag) zijn hoofddoelstelling is, net zoals bij zijn voorganger. Hij waarschuwde dat de armoede in Afrika weer toeneemt.

Malpass was onderminister tijdens het presidentschap van Ronald Reagan en George Bush sr. Hij maakte als economisch adviseur deel uit van het campagneteam van Trump in 2016. Tijdens zijn eerste optreden op de voorjaarsvergadering zei hij zich grote zorgen te maken over de grootschalige en weinig transparante leningen van China aan andere landen in de wereld, zoals in het kader van de Nieuwe Zijderoute. Maar hij zei daarover de dialoog met China te willen zoeken. Hij sprak zijn bewondering uit over de wijze waarop China de armoede heeft verminderd.

Gita Gopinath, hoofdeconoom IMFBeeld REUTERS

Gita Gopinath, hoofdeconoom IMF

De in India geboren en opgegroeide Gita Gopinath (48) is de nieuwe ster in de financiële wereld. Ze treedt als hoofdeconoom van het IMF in de voetsporen van de legendarische Nederlander Jacq Polak, de Amerikaan Ken Rogoff en de Fransman Olivier Blanchard. Ze is de eerste vrouw die de misschien wel belangrijkste economenpositie in de wereld bezet. Toen haar benoeming werd bekendgemaakt, bestormden journalisten het huis van haar ouders in haar geboorteland.

Volgens haar ouders studeerde Gopinath vijftien tot achttien uur per dag waarvoor ze allerlei hobby’s liet schieten. Na haar studie economie in New Delhi toog ze naar de VS waar ze in 2001 op Princeton een doctorstitel haalde. Daarna werd ze wetenschappelijk medewerker aan diverse universiteiten en uiteindelijk hoogleraar internationale economie op Harvard. Ze is co-auteur van het Handboek voor Internationale Economie. ‘Geen dogma’s, maar data’ is een van haar slogans.

Haar vuurdoop in Washington doorstond ze met glans. Van alle kanten werd ze door het journaille bestookt met vragen over de problemen van Italië, Venezuela, Egypte en Nigeria, die ze telkens adequaat beantwoordde.