Direct naar artikelinhoud
klein verslag

De dood is een feestje geworden

Het graf van Manfred Langer.Beeld rv

In De Telegraaf stond het artikel ‘Met knipoog de kist in’. Het handelde over de cultuuromslag in rouwadvertenties: van het vroegere ‘met verdriet en verslagenheid’ tot het huidige ‘niet treuren, ik heb geleefd’. Overledenen laten complete lijsten met culinaire tips achter: ‘Ga naar Bar Pulpo en Dennis Frietpaleis’. Of ze blikken vergenoegd terug op hun laatste reis naar Zuid-Afrika. De dood is een feestje geworden.

Pas hoorde ik van een kennis over de begrafenis van een jonge vrouw, waarbij de aanwezigen werden uitgenodigd tot een dansje rond de kist. En eerder zag ik op tv een groep nabestaanden met flessen champagne bij het bed van een zojuist geëuthanaseerd familielid.

Werd vroeger tijdens rouwmissen de naam van de gestorvene nauwelijks genoemd, in de moderne uitvaartcultuur is het omgekeerde het geval: de overledene en zijn leven staan nadrukkelijk centraal. En dat niet alleen: hij/zij roept ons vanuit het graf zelfs nog toe te blijven genieten zolang het kan.

Wat heb je na de dood van een geliefde aan een culinair advies?

Zeker een welgemeend advies, en ieders goed recht om op die manier afscheid te nemen. Maar toch blijft bij mij altijd wat knagen. Wordt de dood niet ontkend? Is er nog wel plaats voor verdriet? Zelfs als de dierbare dode je opdraagt niet te treuren, zijn tranen toch je eerste emotie? Dat ‘even vieren’ komt later wel weer, denk ik persoonlijk.

Hoe dan ook, de uitvaartbranche speelt gretig in op de nieuwe cultuur. Een paar jaar geleden hoorde ik een speech van een begrafenisonderneemster, waarin de woorden verlies en gemis niet voorkwamen. Het was één lang marketingverhaal over product zus en product zo. De dode werd nog net geen consument genoemd. Ik werd er lichtelijk onwel van en had, ware ik niet gebarricadeerd door andere toehoorders, graag de zaal verlaten. Zelfs tot in je kist op de hielen gezeten door marktwerking, bah!

Homodisco-koning

De kentering begon in 1994 toen de Amsterdamse homodisco-koning Manfred Langer met veel spektakel het bestaan vaarwel zegde. De roze kist werd in een escorte van limousines door de hoofdstad gereden, en op Langers graf verscheen een standbeeld van de overledene met een bierglas in de hand. Sindsdien willen ook veel onbekende mensen een feestelijke begrafenis.

Naar de diepere oorzaken kun je gissen, maar ongetwijfeld zal de omslag wortelen in secularisatie en individualisme. Nu het hiernamaals als gezamenlijk perspectief is verdwenen, blijven het ik en het hier en nu over. En daar moet op enigszins uitbundige wijze een punt achter komen. Nogmaals, dat is ieders vrijheid. Al hoop ik dat nabestaanden hun rouw niet op commando laten wegdrukken en dat de begrafenisondernemer hun meer heeft te bieden dan louter een plat en kil verkooppraatje. Enig medeleven mag.

Toch kun je, als je wilt, ook in een ontkerkelijkte maatschappij meer nalaten dan bourgondische raad. Een van mijn weinige hobby’s is dat ik af en toe een rouwadvertentie uitknip uit de krant. Ze gaan over de tegenslagen die je voor de kiezen zult krijgen, hoe je met die weerbarstigheid moet omgaan en waar je troost kunt vinden. Zoals deze van filosoof Boëthius: ‘Het is alleen maar de wijsheid die alle droefheid uit de ziel kan bannen’.

Kijk, daar heb ik toch meer aan dan een advies waar ik ’s avonds patat moet gaan eten.

Lees meer afleveringen van Klein Verslag op trouw.nl/kleinverslag.