Dat blijkt uit de ‘supermarktdeal’ uit 2013; die tot gisteravond geheim bleef. In de raadsvergadering besloot de raad gisteravond op voorspraak van b. en w. de omstreden geheimhouding op te heffen.

Deze krant toog meermaals naar de rechter om de geheimhouding opgeheven te krijgen. De eerste keer, toen een wob-verzoek om de overeenkomst te openbaren door b. en w. werd afgewezen .

Behandeling over

De bestuursrechter bepaalde destijds dat de gemeente de behandeling van het verzoek over moest doen. Dat gebeurde onvoldoende, waarop opnieuw een gang naar de rechter volgde. Die bepaalde dat de krant niet belanghebbend zou zijn, waarop de Leeuwarder Courant de zaak bij de Raad van State aanhangig maakte. Die bepaalde vorige maand in een tussenuitspraak dat het Bildt wederom beter moest uitleggen waarom geheimhouding in deze zaak nodig is.

De gemeente kiest nu, klemgezet door de Raad van State , eieren voor haar geld. Niet opnieuw uitleggen, maar openbaar maken.

De supermarktdeal werd in 2013 gesloten tussen het Bildt, supermarkteigenaar Herman Wassenaar, woningcorporatie Wonen Noordwest-Friesland en Stichting Zorgpartners Friesland, eigenaar van zorgflat Van Harenshuus.

Jarenlange strijd

Met de deal werd een jarenlange juridische strijd over de bouw van de flat beslecht. Wassenaar vreesde claims van toekomstige flatbewoners over het laden en lossen bij zijn winkel. De bouw van de flat lag daardoor lange tijd stil.

De overeenkomst is inmiddels in handen van deze krant. Er valt in te lezen dat de partijen afspreken Herman Wassenaar 765.000 euro te betalen, op voorwaarde dat hij al zijn juridische procedures tegen de flat staakt. Met dat geld moet Wassenaar een laad- en losschacht bouwen, zodat de geluidsoverlast voor de flatbewoners beperkt blijft. De gemeente, die de helft van het bedrag betaalde, beloofde ruimhartige planologische medewerking.

Van eventuele andere bepalingen, waarover in het dorp wel geruchten gingen, is dus geen sprake.

Na de tussenuitspraak de Raad van State eind november was er overleg tussen alle partijen. Daarin werd geconcludeerd dat ,,er geen argumenten meer zijn om de geheimhouding langer in stand te houden’’. De geheimhouding was aanvankelijk bedongen door Wassenaar, die een ,,aantasting van zijn persoonlijke levenssfeer’’ vreesde.