Direct naar artikelinhoud
recensie

Lentekriebels in groep 3: ‘Likken doe je aan een ijsje, niet aan je maatje.’

Naomi Smits.Beeld Jörgen Caris

‘Juf, Riley kuste een paar meisjes!’ ‘Juf, Hakim en Joep sloegen ons op de billen.’ ‘Juf, ­Jamie heeft me gelikt.’ Het is voorjaar en dat is te merken aan al die op hol geslagen hormonen in groep 3. Tijd voor een goed gesprek. 

Over de lentekriebels, welteverstaan. Aan mij als leerkracht de schone taak om het een en ander op het gebied van relationele en seksuele vorming aan te kaarten of nader toe te lichten, daarbij rekening houdend met het niveau van de groep. Dat is niet altijd makkelijk.

Want hoe vertel je zes- en zeven­jarigen over verliefdheid, voortplanting en aanverwante zaken? Wat vertel je precies? Wat weten de leerlingen al wel en wat niet? Noemen we de beestjes bij de naam of gebruiken we liever Luizenmoeder-achtige synoniemen als voorbips of pielemuis?

Onzinverhaal

Thuis aan de keukentafel schampert mijn echtgenoot: “Moet jij in groep 3 nu ook al voorlichting geven?” Ja, inderdaad. Want als mijn leerlingen vragen stellen, of als er iets gebeurt, wil ik daarop kunnen ingaan. Toen ik zwanger was en kinderen vroegen hoe die baby in mijn buik kwam, heb ik geen onzinverhaal over ooievaars en rode kool opgehangen.

Likken doe je aan ijsjes of lolly’s in plaats van aan je maatje

Toch ben ik van mening dat het in eerste instantie de taak van ouders is om hun kroost goed voor te lichten. Lessen seksuele en relationele vorming op school zie ik als een goede aanvulling op de opvoeding. En als het thuis niet, incorrect of door een bepaalde bril wordt besproken, kun je het op school op een neutrale manier bespreekbaar maken.

Uit onderzoek blijkt dat deze lessen zinnig zijn: er is een toename aan kennis, kinderen staan positiever tegenover homoseksualiteit – er wordt minder gescholden met bepaalde termen – en kinderen geven eerder hun grenzen aan. Mooi toch?

Mijn echtgenoot gaat nog even door: “Geef je op alle vragen antwoord?” Nee. Een collega-leerkracht omschreef het treffend: de uitdaging is vooral om de grens te bewaken tussen de goede vragen en vragen die op het randje zijn. Een oprechte vraag krijgt een oprecht antwoord, maar sommige vragen schuiven we door naar de ouders.

Aandachtig

Wat mijn eigen voorlichting betreft: de kinderen zijn betrokken en luisteren aandachtig. Het verhaal over de bloemetjes en de bijtjes – excuus – zaadjes en de eitjes vinden ze erg interessant, maar ze vinden het nog interessanter hoe ze in de klas hun affectie kunnen tonen naar vriendjes en vriendinnetjes toe.

Met groep 3 maak ik daarover duidelijke afspraken: kusjes geven doe je thuis, op billen petsen is een no-go en likken doe je aan ijsjes of lolly’s in plaats van aan je maatje. Vind je ­iemand lief, dan moet je dat gewoon zeggen. Geen daden, maar woorden dus. Als dat de insteek van ouders en leerkrachten wordt, vind ik dat een zeer gelikt plan.

Naomi Smits heeft les op basisschool De Krullevaar in De Meern. Voor de onderwijspagina’s van Trouw schrijft ze over het wel en wee van haar groep 3. Lees hier al haar columns.