Kamer herdenkt aanslagen
NOS NieuwsAangepast

Grapperhaus: kabinet legt later verantwoording af voor 'Utrecht'

De politie en het Openbaar Ministerie moeten alle ruimte krijgen om de feiten en omstandigheden rond de tramaanslag in Utrecht te onderzoeken. Dat zei minister Grapperhaus in de Tweede Kamer in het vragenuur, dat helemaal gewijd was aan de gebeurtenissen in Utrecht.

Hij wilde niet ingaan op de vraag waarom de verdachte, die vaak met justitie in aanraking is geweest, op vrije voeten was. Hij zei dat het OM ernstig rekening houdt met een terroristisch motief, ook al worden andere motieven niet uitgesloten. Hij benadrukte dat het in het belang van de zaak is om het strafrechtelijk onderzoek "ongehinderd" te doen en dat het kabinet later "volle verantwoording" zal afleggen over de gebeurtenissen van gisteren.

Schandelijk

PVV-leider Wilders noemde de opmerkingen van Grapperhaus schandelijk. Volgens Wilders is het een onzinverhaal en is de minister er politiek verantwoordelijk voor dat het Openbaar Ministerie zich er niet tegen heeft verzet dat de voorlopige hechtenis van de verdachte in een verkrachtingszaak onlangs was geschorst.

Andere Kamerleden gebruikten minder harde woorden, maar vroegen zich ook af of de overheid wel alles doet om de veiligheid te waarborgen en hoe deze man vrij kon rondlopen. Grapperhaus komt later met een analyse van de toedracht van de gebeurtenissen en wat er "misschien voorkomen had kunnen worden".

In de Kamer werden ook kritische vragen gesteld over de manier waarop de autoriteiten gisteren en vandaag hebben gecommuniceerd. Grapperhaus zei dat het verantwoord was om te spreken over een aanslag en dat de gebeurtenissen een grote impact hebben.

Volgens de minister mocht gisteren ook benoemd worden dat er mogelijk een terroristisch motief was. De minister vindt het vervelend dat burgemeester Van Zanen vanochtend ten onrechte meldde dat er twee verdachten waren vrijgelaten, maar hij benadrukte dat de politie dat meteen heeft hersteld.

Immigratie- en integratiebeleid

Forum voor Democratie-leider Baudet vroeg zich af hoe het kabinet "het succes van het immigratie- en integratiebeleid beoordeelt, in het licht van deze vreselijke gebeurtenissen?". Grapperhaus zei daarop dat hij het aan de slachtoffers verplicht is om alles te doen om ervoor te zorgen dat het OM en de rechter tot een goede beoordeling komen.

Andere Kamerleden reageerden geïrriteerd op de vragen van Baudet. Die zou voor zijn beurt hebben gesproken en polariserend te werk gaan:

Motie van wantrouwen

Wilders wilde nog vandaag een apart Kamerdebat houden over de aanslag in Utrecht, dus nog voor de verkiezingen van morgen. Hij kondigde aan dat hij daarin een motie van wantrouwen wilde indienen tegen Grapperhaus, omdat het Openbaar Ministerie eerder in een andere zaak niet heeft geprotesteerd tegen de vrijlating van de verdachte van de aanslag.

Maar voor een debat vandaag kreeg de PVV alleen steun van Forum voor Democratie. De rest van de Kamer wil wel over de gebeurtenissen praten, maar pas als er meer duidelijk is over de feiten en de details.

Herdenking

Eerder vanmiddag herdacht de Kamer de slachtoffers van de tramaanslag in Utrecht en van de aanslagen in Nieuw-Zeeland. Bij de beschietingen in een tram in Utrecht vielen gisteren drie doden; bij de aanslagen op twee moskeeën in Christchurch vijftig. Kamervoorzitter Arib zei dat Nederland diep getroffen is door de gebeurtenissen in Utrecht. "Opeens gingen de beelden die we eerder hebben gezien van aanslagen in Brussel, Londen en Parijs over ons eigen Utrecht."

Arib zei dat ieder van ons in de tram in Utrecht had kunnen zitten. "Het maakt ons boos en bang", voegde ze eraan toe. Arib hoopt dat Nederlanders zich niet uiteen laten drijven.

De Kamervoorzitter noemde de aanslagen in Nieuw-Zeeland een terroristische daad, die de levens van tientallen mensen heeft geëist. Volgens haar hebben de gebeurtenissen in Nieuw-Zeeland een grote impact, ook op ons. Ze betuigde haar deelneming met de nabestaanden van de slachtoffers, zowel in Utrecht als in Christchurch.

Harde realiteit

Premier Rutte noemde de gebeurtenissen in Utrecht geen boze droom, maar de harde realiteit. Hij sprak van "een vreselijke aanslag en een compleet onwerkelijke situatie" en zei dat Nederland in het hart is geraakt. Volgens Rutte zijn er nog veel vragen.

"En toch gaan we de draad weer oppakken." Hij zei dat de samenleving sterker is dan haat en geweld en sprak zijn waardering uit voor de inwoners van Utrecht en met de hulpdiensten. Rutte zei ook dat we ons door de gebeurtenissen in Utrecht nog meer verbonden voelen met de mensen in Christchurch. Ook hij sprak zijn medeleven uit.

U kunt hier de herdenking in de Tweede Kamer terugkijken met de toespraken van Kamervoorzitter Arib en premier Rutte:

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl