Advocaten: ‘vrijspraak Holleeder enig mogelijke conclusie’

Het is duidelijk voor Holleeder’s advocaten Sander Janssen en Robert Malewicz dat het dossier waarin Willem Holleeder (60) van zes levensdelicten wordt beticht tot vrijspraak moet leiden. Het bewijs ontbreekt en bovendien zijn er volgens hen in sommige zaken sterke aanwijzingen dat anderen achter de moorden zaten.

Door Wim van de Pol

Willem Holleeder is door de jaren heen maar een kleine speler geweest in een netwerk van vele anderen die meer criminele macht hadden. Bewijs hiervoor komt volgens hen uit de vele getuigenverhoren en toegevoegde informatie uit tientallen oude politiedossiers uit heel andere zaken waar Holleeder niet of slechts zijdelings in figureert. Alle informatie over de aanslag (2002) en de moord op John Mieremet (2005) laat bijvoorbeeld zien dat er conflict speelde tussen John Mieremet en Sam Klepper enerzijds en Joegoslaaf Sreten Jocic anderzijds. De in 2011 doodgeschoten crimineel Stanley Hillis ging zich daar ook mee bemoeien, net als met de afpersing van Willem Endstra (vermoord in 2004).

Met name de rol van Hillis bij die moorden, en ook bij de afpersing en moord op Kees Houtman (2005), is onderschat en onbekend gebleven, aldus de advocaten. Verder toonden zij aan dat de politie voor Holleeder ontlastende informatie in de verhoren van drie cruciale getuigen in de Houtman-zaak schrapte.

Robert Malewicz

Driemanschap

Het driemanschap van Willem Holleeder, Stanley Hillis en Dino Soerel liet volgens het Openbaar Ministerie de moorden plegen. De advocaten betoogden echter dat Holleeder weliswaar omging met de andere twee maar geen zakelijke band met hen had. En dat er tussen Soerel en Hillis veel meer contact was.

De advocaten benadrukken dat er geen direct bewijs tegen Holleeder is, anders dan getuigenverklaringen. Veel belastende getuigenverklaringen zijn te herleiden naar twee bronnen: Kees Houtman en John Mieremet, bijvoorbeeld het belastende relaas van Thomas van der Bijl (vermoord in 2006). Zowel Houtman als Mieremet hadden volgens de advocaten reden om bij de recherche en hun omgeving Holleeder zwart te maken. En dat gold ook voor Willem Endstra.

Kwade genius

Sander Janssen

De getuigenverklaringen van Astrid en Sonja Holleeder, die zeggen van Holleeder zelf te hebben gehoord dat hij moorden liet plegen, vinden de advocaten aantoonbaar onbetrouwbaar. Zowel Sonja als Astrid Holleeder vertonen volgens de advocaten tekenen van een stress-stoornis.

Zij stellen dat uit onderzoek van de FIOD vast is komen te staan dat ze meermalen hebben gelogen over de erfenis van Cor van Hout en dat Sonja Holleeder dat vermogen heeft witgewassen. Onder meer dat heeft er volgens de advocaten toe geleid dat ze hun broer zijn gaan beschuldigen. Om de waarheid over de erfenis te verdoezelen was het noodzakelijk Holleeder als een moorddadige kwade genius aan te wijzen. (tekst gaat verder onder reclame)

Cor

Holleeder had volgens de advocaten geen enkel motief om zijn voormalige boezemvriend Cor van Hout te laten liquideren. Die twee waren wel gebrouilleerd. Toch bleven ze altijd normaal contact houden. De advocaten wijzen op een veelheid van getuigen, met name vrienden van Van Hout, die zowel het contact als het gebrek aan motief bevestigen. Vaststaat ook dat Holleeder zich nooit inspande om de erfenis van Van Hout te pakken te krijgen.

Het dossier bevat wat de moord op Van Hout door nieuwe getuigenverklaringen sterke aanwijzingen dat een aantal anderen motieven hadden om Van Hout te laten vermoorden. Die scenario’s zijn door de recherche nooit onderzocht.

Het Openbaar Ministerie eiste levenslang tegen Holleeder. Vrijdag was de laatste dag van het pleidooi van de advocaten. Op 2 april is het laatste woord, in juli doet de rechtbank uitspraak.