Dat een groot deel van de genen van de oorspronkelijke Iberische man is verdwenen, blijkt uit een groot nieuw DNA-onderzoek op het schiereiland.
Het schiereiland Iberië, dat we nu beter kennen als Spanje en Portugal, werd zo'n 44.000 jaar geleden voor het eerst bewoond door de moderne mens. De eerste informatie over volkeren die er zich vestigden, dateert echter van een periode van zo'n negentienduizend jaar geleden.
Groepen jagers en verzamelaars die het Iberisch Schiereiland destijds bewoonden, kunnen worden gelinkt aan andere jagers en verzamelaars die leefden in de gebieden die we nu kennen als Polen en Italië.
Groepen raakten vermengd met mensen uit Anatolië
In de duizenden jaren die volgden, raakten deze Iberische bevolkingsgroepen echter vermengd met mensen uit Anatolië, het gebied dat we nu vooral kennen als Turkije. Dat hebben wetenschappers van het Duitse Max Planck Instituut ontdekt, schrijft Sciencemag.
Uit andere wetenschappelijke gegevens van de Harvard Medical School in Boston blijkt daarnaast dat ongeveer vierduizend jaar geleden ook grote groepen uit Noord-Afrika, het diepe oosten van Europa en Rusland zich op het Iberisch Schiereiland hebben gevestigd.
Met name de nieuwkomers uit Centraal-Europa wisten uiteindelijk hun stempel te drukken op de uiteindelijke bevolkingen van Spanje en Portugal. Bijna alle Y-chromosomen van oorspronkelijke Iberische bewoners, die van man op man overgegeven worden, verdwenen in enkele honderden jaren na de komst van grote groepen nieuwkomers. Dit heeft tot gevolg dat bijna 40 procent van het DNA van de oorspronkelijke bevolking van het Iberisch Schiereiland is verdwenen.
Geen duidelijke reden voor snelle verdwijning DNA
Er zijn geen duidelijke aanwijzingen voor hoe de overgang van genen bij de Iberische mannen zo snel heeft kunnen plaatsvinden. Mogelijk kregen de nieuwe boeren uit Centraal-Europa en Rusland meer kinderen dan de oorspronkelijke bewoners van het huidige Spanje en Portugal.
Aanwijzingen voor grootschalige gevechten tegen de eerste bekende bevolkingsgroepen van het Iberisch Schiereiland zijn er niet.
Centraal-Europeanen en Russen brachten ook nieuwe taal
De Centraal-Europese groep drukte niet alleen een stempel op het DNA van een groot deel van het Iberisch Schiereiland, maar introduceerde naar verwachting ook een Indo-Europese taal, die weer gelinkt wordt aan enkele honderden talen die gesproken worden in Azië en Europa.
Het feit dat in Azië ook talen worden gesproken die hier van afstammen, toont aan dat de groepen Centraal-Europeanen en Russen niet alleen naar het westen van Europa trokken, maar ook in groten getale migreerden naar het oosten.