Direct naar artikelinhoud
NieuwsStemgedrag vrouwen

Vrouwen stemmen beduidend linkser dan mannen

Vrouwen stemmen beduidend vaker op linkse politieke partijen dan mannen. Bij de vorige Tweede Kamerverkiezingen in 2017 bezorgden zij GroenLinks, SP, PvdA en Partij voor de Dieren zes extra zetels. Dit blijkt uit onderzoek van I&O Research naar de verschillen in stemgedrag, in opdracht van de Volkskrant.

Dat vrouwen hun stem uitbrengen, zoals hier in Heesch, is nu vanzelfsprekend, maar tot 1919 was het stemhokje verboden terrein voor hen.Beeld Marcel van den Bergh

Honderd jaar vrouwenkiesrecht roept de vraag op of vrouwen een verschil maken in het stemhokje. Dat verschil is er en het is ‘groot en opvallend’, zegt onderzoeker Wietse van Engeland van I&O Research. Hij analyseerde verkiezingsuitslagen en peilingen van de afgelopen twee jaar en ondervroeg een representatieve groep van 1.944 kiesgerechtigden.

Uit die enquête doemt ook een verklaring op voor het sekseverschil in politieke voorkeur. Mannen en vrouwen noemen andere maatschappelijke thema’s die hun stemgedrag bepalen. Gezondheidszorg, sociale voorzieningen, duurzaamheid en klimaat, vinden de meeste vrouwen de belangrijkste kwesties, thema’s die vooral links agendeert. Dat mannen in meerderheid rechts stemmen, komt doordat zij immigratie, economie en veiligheid de belangrijkste thema’s vinden.

Er zijn ook overeenkomsten. Zo is bij beide seksen de VVD de grootste partij. Dat was bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2017, de gemeenteraadsverkiezingen vorig jaar en is in de meest recente peilingen ook het geval. Bij vrouwen zou D66 en bij mannen de PVV op de tweede plaats zijn gekomen, blijkt uit een analyse van de uitslag van de laatste Kamerverkiezingen in 2017.

De scheiding der seksen is het grootst onder de aanhang van rechts-radicale partijen: beduidend minder vrouwen dan mannen stemden bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen en gemeenteraadsverkiezingen op PVV en Forum voor Democratie (FvD).

Politicoloog Monique Leyenaar van de Radboud Universiteit, niet betrokken bij dit onderzoek, verklaart de verschillen in politieke kleur vooral uit de uiteenlopende ‘leefwerelden’ van mannen en vrouwen. ‘Vrouwen hebben gemiddeld andere banen, dus een ander netwerk, nemen het grootste deel van de zorg voor kinderen en ouderen op zich en lopen dus tegen andere maatschappelijke problemen aan dan mannen.’

De helft van de vrouwen voelt zich niet goed vertegenwoordigd in de politiek. Een derde van de mannen zou ook meer vrouwen op politieke functies willen zien, zo blijkt ook uit het onderzoek van I&O Research. Een grote meerderheid van de vrouwen (70 procent) vindt dat er ongeveer evenveel mannen als vrouwen in de Tweede Kamer zouden moeten zitten. Zij worden ook in die mening gesteund door een derde van de mannen. Sinds acht jaar neemt het aantal vrouwelijke Tweede Kamerleden af. In 2010 telde de Kamer 41 procent vrouwen. Momenteel is het 31 procent. Daarmee is Nederland internationaal gezakt van nummer zes in 2010 naar nu 42 op de lijst van de Interparliamentary Union over de vertegenwoordiging van vrouwen in de politiek.

Op de vraag of het tijd wordt dat Nederland een vrouw als premier krijgt, antwoordt bijna de helft (46 procent) van de kiesgerechtigden bevestigend, meer vrouwen (54 procent) dan mannen (37 procent). 6 Procent ziet een vrouw op die post helemaal niet zitten. Edith Schippers, in het vorige kabinet VVD-minister van Volksgezondheid wordt door zowel mannen als vrouwen van uiteenlopende politieke kleur het meest genoemd als geschikte vrouwelijke premier, gevolgd door Femke Halsema (GroenLinks), Lilian Marijnissen (SP) en Sigrid Kaag (D66). De ondervraagden konden kiezen uit een lijst van zestien kandidaten van alle in de Tweede Kamer gekozen politieke partijen. Volgens Monique Leyenaar is de kans op een vrouw als premier groter dan ooit. Nu de Tweede Kamer steeds meer partijen telt en de grootste weinig verschillen in omvang, is het volgens haar niet onlogisch te breken met de ongeschreven regel dat de grootste partij de premier levert. Dat betekent meer kansen voor meer partijen op deze hoogste politieke functie. ‘Maar dan moeten zij wel een vrouwelijke lijsttrekker hebben.’

Hoe gebruiken vrouwen het kiesrecht dat zij honderd jaar geleden hebben verworven? Veel vaker dan mannen stemmen ze op een vrouw en ook de partijkeuze is anders. Maar de politieke voorkeur blijkt in de loop der jaren flink verschoven.