Direct naar artikelinhoud
Ombudsman

Nederlandse jihad-verdachtenhebben recht op privacy-bescherming

Adri VermaatBeeld Maartje Geels

Is het terecht dat Trouw foto’s van Nederlandse jihad-verdachten zonder balk voor hun ogen afdrukt? Want, hebben deze jihadisten het recht op privacy niet verspeeld toen zij in Syrië of Irak letterlijk voor de propagandamachine van IS poseerden om potentiële medestrijders te werven? 

Ik realiseer mij dat alle vier Nederlandse jihadisten, van wie Trouw maandag bij een productie over ­Syriëgangers fotoportretten publiceerde, mogelijk niet meer leven. De dood van Maastrichtenaar Sultan B., die als negentienjarige in 2014 zichzelf opblies en tientallen slachtoffers maakte, staat vast. Zijn portret, ‘geknipt’ uit een door IS verspreide afscheidsvideo, was het meest prominent afgebeeld. Behalve zijn peilloze blik valt in dit fragment het contrast op tussen jihadisten met een IS-vlag en de schoonheid van de natuur pal achter hen.

Hier gaat het om de privacy van een dode in relatie tot een redactie die ook ethisch de lat hoog legt.

B. is dood en dit maakt dat de foto zijn privacy niet langer kán schenden en dat zijn familienaam voluit in de krant kan, is een van de overwegingen. Wat hiertegen pleit is dat geen rekening wordt gehouden met de privacy van B.’s naaste familie. Bracht het bekend worden van zijn dood niet de privacy van de directe nabestaanden meer dan gemiddeld in gevaar? B. immers was niet zomaar een dode. De krant mag daar rekening mee houden. Wat minstens zo zwaar telt, is dat privégegevens van mensen met een familienaam die weinig voorkomt, mits eenmaal bekend uiteraard, eenvoudig zijn te achterhalen. Dat maakt hen gevoelig voor ongewilde reacties van buitenaf. Het journalistieke belang om B.’s volledige familienaam te publiceren ontbrak daarnaast. Het was om die redenen een juiste beslissing van de redactie om de familienaam te beperken tot een initiaal.

Via IS de publiciteit zoeken, heeft niettemin een totaal andere status dan een interview in een succesvol Nederlands tv-praatprogramma

Tegelijk voelt het inconsequent dat Trouw in het artikel het initiaal vermeldt, terwijl boven de tekst de foto met de herkenbare B. prijkt. Dat leidt tot verwarring. De rol van jihadist B. laat zich vergelijken met de terroristen die de laatste jaren aanslagen pleegden in Europese steden. Destijds plaatste Trouw actuele foto’s van daders, zoals na de aanslag in Manchester. Dat gaf kritiek omdat de foto’s zouden bijdragen aan ongewenste verering van aanslagplegers. Met het niet meer actuele beeld van B. zal dat niet zo’n vaart lopen. Maar juist omdat zijn foto achterhaald is, de privacy (van anderen) een rol speelt en maatschappelijke relevantie voor het beeld ontbreekt, waren er volgens mij voldoende argumenten om voor een ­andere illustratie te kiezen.   

Geen onnodige schade

De drie andere Nederlandse jihad-verdachten van wie Trouw maandag de portretfoto’s publiceerde, Abdelkarim el A., Salih Y. en Taymullah al-S., zijn mogelijk eveneens dood. Zekerheid hieromtrent ontbreekt. Als ze in leven zijn, lopen zij gerede kans dat zij worden berecht. Dat zou een journalistieke reden moeten zijn om de privacy van deze verdachten te respecteren en af te zien van hun foto’s. Daar is tegenin gebracht dat ze zelf, met de foto’s, de publiciteit hebben gezocht en extra privacybescherming hierom niet nodig is. Formeel klopt die stelling. Via IS de publiciteit zoeken, heeft niettemin een totaal andere status dan een interview in een succesvol Nederlands tv-praatprogramma.

Het Schrijfboek van Trouw zegt dat verdachten geen onnodige schade mogen ondervinden van het afdrukken van foto’s. Het risico van dergelijke schade is doorgaans klein. Maar juist met jihad-verdachten kan dat anders liggen, zeker zolang onbekend is in welk land zij eventueel worden berecht. Dat vereist een terughoudende media-opstelling. Een Nederlandse jihad-verdachte mag dezelfde privacybescherming als ieder andere verdachte ervaren.

Reageren? Stuur een mail aan Ombudsman@trouw.nl

Ombudsman Adri Vermaat van Trouw bespreekt journalistieke dilemma’s en kijkt kritisch naar de werkwijze van de redactie. Zijn eerdere artikelen leest u hier. Reageren? Stuur een mail aan ombudsman@trouw.nl.