Direct naar artikelinhoud

Nu miljarden uitgeven om latere klimaatschade te voorkomen, is lastig maar vooral zinvol

Een recent voorbeeld van extreem weer. Vorige week was er een overstroming in Queensland, Australië. 738 huizen raakten beschadigd, 252 werden onbewoonbaar.Beeld Getty Images

De scholieren die in actie komen voor het klimaat raken een vitaal punt. Economen zijn het met hen eens. Zij zitten straks met de brokken als de huidige generaties het laten afweten.

Meer tropische stormen, overstromingen, droogte, bosbranden, massale migratie, slechte oogsten: het is maar een greep uit de enorme gevolgen die opwarming van de atmosfeer de komende decennia kan hebben. Alles op alles zetten om dat zoveel mogelijk te voorkomen lijkt de enige zinnige reactie. Maar dat gaat de wereld moeilijk af. 

Biljoenen euro’s

Een van de belangrijkste redenen is geld. Nu miljoenen, miljarden uitgeven om schade in de, soms nog verre toekomst te voorkomen is lastig. Toch zou dat realistisch zijn. Onderzoeken wijzen namelijk in één richting: niets doen of te laat ingrijpen is veel duurder.

Een van die onderzoeken is vorig jaar gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature. Het is een van de eerste pogingen de klimaatdoelen van Parijs economisch door te rekenen. 

Stel dat het de wereld lukt om de ambitie van het Klimaatakkoord van Parijs te halen en de aarde maximaal 1,5 graad te laten opwarmen en niet 2 graden? Dan scheelt dat 30 biljoen dollar aan toekomstige schade, is de uitkomst. Daar staan tegenover de kosten van maatregelen om de uitstoot van kooldioxide voldoende te beteugelen. Die schatten de onderzoekers op 300 miljard dollar voor de komende 30 jaar. Oftewel: een factor 100 kleiner.

Alles wijst erop: hoe minder de aarde opwarmt, des te lager de economische schade

Midden-Oosten

Bijna alle landen (90 procent van de wereldbevolking) gaan er economisch op vooruit in het geval van het 1,5-gradenscenario. Dat geldt ook voor de VS en China, de grote uitstoters van CO2. De landen in het Midden-Oosten profiteren het meest, zoals de Golfstaten. Verrassend misschien omdat die nu nog voornamelijk leven van fossiele grondstoffen, maar klimaatverandering zal in die regio zulke extreme hittegolven veroorzaken, dat mensen er niet meer kunnen leven.

Enkele landen zouden juist economisch harder groeien bij een iets warmere planeet. Dat geldt voor koudere gebieden zoals Rusland, Scandinavië en Canada. Door opwarming wordt een groter deel van hun land bijvoorbeeld geschikt voor landbouw.

Het doel van 1,5 graad is misschien nog haalbaar maar het wordt wel heel moeilijk, constateren de onderzoekers. Daarom rekenden ze nog even door. Wat als de atmosfeer 3 graden opwarmt? Dat is tenslotte de koers die de wereld nu vaart als de klimaatplannen van alle landen bij elkaar opgeteld worden. Die opwarming zal de wereldeconomie 5 tot 10 procent extra verlies aan bruto binnenlands product opleveren, ofwel nog eens tientallen biljoenen dollars.

Natuurlijk zijn er veel onzekerheden bij dit soort onderzoek, erkennen de onderzoekers. Toch wijzen hun schattingen op basis van veertig klimaatmodellen overtuigend genoeg naar deze uitkomst: hoe minder de aarde opwarmt, des te lager de economische schade. Daar komt bij dat niet is meegenomen hoe klimaatverandering uitpakt voor ecosystemen die zorgen voor schoon water, schone lucht en vruchtbare bodems. Die effecten kunnen de schade nog aanzienlijk verhogen maar zijn nog erg moeilijk in cijfers te gieten. Ook de positieve gevolgen van het gebruik van schone in plaats van fossiele energie voor de gezondheid vallen nog niet goed in de modellen te passen.

William Nordhaus

De laatste Nobelprijs voor de economie ging naar een van de grondleggers van klimaateconomie, de Amerikaanse econoom William Nordhaus van Yale University. In de jaren negentig bracht hij de mechanismen tussen economische groei, CO2-uitstoot en klimaatverandering in kaart. Hij probeerde daarmee te bepalen hoe voortvarend de aanpak van klimaatverandering zou kunnen zijn, zonder de economische groei te schaden.

Een van de discussiepunten bij klimaatmodellen is hoe je de toekomstige generaties afweegt tegenover de huidige. De scholieren die vorige week de straat op gingen onder het motto ‘Wij en onze kinderen zullen met de brokken zitten die huidige generaties veroorzaakt hebben’ raken daarmee aan een vitaal punt. Want hoe beschouwt een econoom klimaatinvesteringen? Is het zoiets als geld reserveren voor een nieuwe brug bijvoorbeeld, die over een periode van jaren economisch voordeel zal opleveren, of komt er meer bij kijken?

Nordhaus beschouwde uitgaven tegen klimaatverandering als gewone investeringen. Daardoor pakken maatregelen nu relatief duur uit, in vergelijking met de baten in de toekomst. Zijn conclusie: doe het niet te snel, want dan schaad je de economie. Bovendien: komende generaties zijn rijker en slimmer, dus er is nog alle tijd en geld.

Een zeespiegel die stijgt, gaat de komende duizenden jaren niet meer omlaag

Bevreemding

Overstroming in Queensland, Australië.Beeld Getty Images

Zo kwam Nordhaus eind vorige eeuw uit op een ‘economisch rationeel’ pad naar een opwarming van 3,5 graden, ver boven de 1,5 graad die door het klimaatpanel IPCC wordt aanbevolen. Dat wekt nu bevreemding. De wereld die het IPCC schetst bij 3,5 graad opwarming ziet er niet uit als een rustig kabbelende, economisch prettig groeiende samenleving.

Inmiddels is Nordhaus daar enigszins op teruggekomen, maar critici stellen dat zijn werk en zijn gehamer op economische groei heeft bijgedragen aan de trage reactie van overheden op de dreigende klimaatverandering.

Het probleem is dat klimaatverandering iets wezenlijk anders is dan een brug. De gevolgen van klimaatverandering zijn vaak onomkeerbaar. Een zeespiegel die stijgt, gaat niet meer naar beneden in de komende duizenden jaren. Daarom is het gerechtvaardigd toekomstige generaties veel zwaarder mee te wegen in de berekeningen. Dat heeft de Britse econoom Nicholas Stern, een andere grondlegger van klimaateconomie, dan ook gedaan.

Radicale maatregelen

Hij had flinke kritiek op Nordhaus. Die gaf volgens Stern regeringen een excuus om niet te hard van stapel te lopen met klimaatbeleid. In opdracht van de Britse regering kwam onder leiding van Stern in 2006 een van de meest invloedrijke rapporten uit over economische klimaatschade waarin toekomstige generaties sterker meetellen. De schade kan oplopen tot 20 procent van het bbp, stelde hij, dus landen doen er beter aan het tij te keren om zo’n economische schok te voorkomen.

In 2017 waarschuwde Stern samen met de gezaghebbende Amerikaanse econoom Joseph Stiglitz in een nieuw rapport dat radicale maatregelen nodig zijn om fatale schade te voorkomen. Om het 2-gradenpad nog te halen zou een heffing op CO2-uitstoot nodig zijn die kan oplopen tot 100 euro per ton in 2030, stelden zij. De afgelopen jaren stapelen soortgelijke onderzoeken zich op.

De laatste dateert van afgelopen najaar, gepubliceerd in Nature. Ook hier is de conclusie: de wereld moet veel harder aan het werk om schade in de toekomst te voorkomen en een aanzienlijk hoger prijskaartje aan uitstoot van broeikasgassen verbinden dan nu gebeurt. “Een ongemakkelijke bericht aan politici”, aldus het commentaar van Nature bij die studie. “Een krachtige boodschap vanuit een toekomst waarvan de meeste mensen zeggen dat ze die willen vermijden.”

Verenigde Staten: geen afspraken, wel veel schade

Economische klimaatmodellen varen deels op data over schade door de huidige natuurrampen. Een deel van die orkanen, overstromingen en hittegolven schrijven wetenschappers toe aan klimaatverandering.
Uitgerekend de VS, die als een van de weinige landen ter wereld de klimaatafspraken niet hebben getekend, brachten een paar weken geleden cijfers naar buiten over schade door ‘weerrampen’. Extreem weer kostte de VS in 2018 247 levens en ruim 90 miljard dollar aan schade, liet de federale overheidsafdeling NOAA weten.
Het aantal aan het weer gerelateerde rampen met meer dan 1 miljard dollar schade is de afgelopen jaren verdubbeld. Tussen 1980 en 2013 waren er zo’n zes van zulke calamiteiten per jaar. In de periode daarna zijn dat er meer dan twaalf. Volgens deskundigen een alarmerende trend die samenhangt met klimaatverandering.
Een paar maanden daarvoor hadden dertien federale organisaties al gewaarschuwd dat de Amerikaanse economie veel te duchten heeft van gevolgen van klimaatverandering. Die kunnen 10 procent van de economie kosten aan het eind van deze eeuw. De argumenten van de Trump dat klimaatbeleid teveel geld kost gaan dus voor de VS niet op. De investeringen om de klimaatdoelen van Parijs te halen worden doorgaans geschat op 2 à 3 procent van het bbp.

Lees ook:

Alarmkreet: Niets doen aan het klimaat is altijd duurder

Britse onderzoekers hebben de uitkomsten van een groot aantal klimaatstudies bestudeerd. Hun conclusie: er dreigt een domino-effect aan rampen, die ook de economie zwaar zullen treffen.

Dijkhoff trapt op de rem: niet ‘als een malle’ geld uitgeven aan het klimaat

De VVD waarschuwt voor overhaaste maatregelen om de klimaatdoelen te halen. Klaas Dijkhoff, de fractievoorzitter in de Tweede Kamer, wil niet dat Nederland ‘als een malle’ geld gaat uitgeven.

Het VN-klimaatbureau waarschuwt nog één keer

Het klimaatbureau van de VN slaat opnieuw alarm: de wereld moet nu in actie komen. Zou die boodschap deze keer wel aankomen?