Direct naar artikelinhoud

De voedselbank barst uit haar voegen en is op zoek naar mensen met honger

Mederwerker Joop Toeter zoekt samen met Jacqueline Spang eten uit voor haar.Beeld Koen Verheijden

Voedselbanken beschikken over steeds meer voedsel en zijn naarstig op zoek naar ‘mensen met honger’. Omdat dat ook meer werk betekent, is er een tekort aan vrijwilligers met leidinggevende capaciteiten. Maar hoe vind je die?

Erwtensoep. Pallets vol met erwtensoep in blik staan in een lange rij opgesteld in een hal op een industrie­terrein in Arnhem. Om de meeste pallets zit nog een doorzichtig folie die de ronde blikken met Unox-etiketten bij elkaar moet houden. De enorme hoeveelheid voorverpakte winterkost is voor Thom Dieben (68) een lust voor het oog. Niet omdat hij zo graag erwtensoep eet, maar omdat hij weet dat de blikken maaltijdsoep gretig aftrek vinden bij de klanten van ‘zijn’ voedselbank.

Dieben – ronde bril en net gekleed met een blouse en daarover een trui en warme sjaal – is coördinator voedselverwerving bij de voedselbank in Arnhem. Met een trotse blik loopt hij op een donderdagmorgen door de grote opslaghal, waar zo’n dertig vrijwilligers houdbare producten sorteren in stabiele stapelbare kratjes. Spaghettisaus, scones, rookworsten, bounty’s, soep, havermout, chips, pasta penne, prei, sinaasappels en ijsthee – alles komt voorbij.

In noodsituaties krijgen mensen direct eten mee. ‘Er is hier zoveel, het moet niet zo zijn dat iemand met honger thuiszit’

De voedselbank waar Dieben nu 4,5 jaar als vrijwilliger werkt, heeft net als negen andere in Nederland een dubbelfunctie. Het is ook een regionaal distributiecentrum voor, in dit geval, 25 voedselbanken in Gelderland en Oost-Utrecht. In Arnhem komen grote par­tijen binnen die worden omgepakt en op pallets verdeeld. Iedere stapel heeft een eigen label: Rivierenland, Veenendaal, Houten, Doetinchem of Amersfoort. Het is een greep uit de plaatselijke voedselbanken waaraan de vestiging in Arnhem levert.

Geoliede machine

“Donderdagochtend is het altijd een drukte van jewelste”, zegt Dieben. “Maar eigenlijk is het altijd druk”, voegt de vrijwilliger er vlug aan toe. Bij de voedselbank in Arnhem is goed te merken dat er steeds meer voedsel beschikbaar is. Sinds de voedselbanken – voorheen losse ‘bedrijfjes’ – zes jaar geleden een landelijke vereniging kregen, werkt de organisatie volgens Dieben als een geoliede machine. “Vroeger kreeg Unilever 150 telefoontjes per week, of er nog een palletje van dit of dat over was.” Nu lopen die contacten centraal en worden in een keer grote partijen verdeeld over de distributiecentra. Zoals 250 pallets erwtensoep.

Het samenstellen van pakketten.Beeld Koen Verheijden

Overvloed wil Dieben het nog niet noemen, “We kunnen altijd meer producten gebruiken”, zegt hij. Maar het pakhuis van de voedselbank in Arnhem, gelegen achterop een industrieterrein net onder de wijk Presikhaaf, begint aardig vol te raken. En dat is niet alleen in Gelderland het geval. Er is zoveel voedsel beschikbaar, dat de landelijke vereniging van voedselbanken onlangs naar buiten bracht dat het mensen met honger zoekt, zoals ze het zelf in het bericht schrijven. 

“Nog te veel mensen weten de weg naar de voedselbank niet te vinden”, zegt landelijk bestuurder Pien de Ruig aan de telefoon. Want hoewel de Nederlandse economie in 2017 op volle toeren draaide en de werkloosheid almaar afnam, steeg de armoede in datzelfde jaar in Nederland. Dat bleek in november uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het aantal huishoudens dat in Nederland tijdelijk of langdurig onder de armoedegrens leeft, steeg van 7,9 naar 8,2 procent van het totaal. Een op de dertig huishoudens heeft een langdurig laag inkomen (vier jaar of langer), een cijfer dat sinds 2014 jaarlijks stijgt.

Als transportbedrijven al alles uit de kast moeten trekken om chauffeurs te vinden, is het voor ons helemaal moeilijk
Pien de Ruig, bestuurder Voedselbank Nederland

Voedselbanken Nederland probeert op verschillende manieren nieuwe mensen te bereiken. Zoals via een animatiefilm waarin op eenvoudige manier wordt uitgelegd hoe een voedselbank werkt, bijvoorbeeld aan laaggeletterden. Uit onderzoek blijkt dat 6,2 procent van de laaggeletterden langdurig arm is. Dat komt neer op zeker 80.000 mensen.

Niet iedereen die volgens de normen van het CBS onder de armoedegrens valt, komt in aanmerking voor eten van de voedselbank. Om meer magen te vullen, versoepelde Voedselbanken Nederland daarom onlangs de toelatingsnormen. Zo wordt het maximale budget waarover iemand mag beschikken iets verhoogd, ook omdat per 1 januari de btw op basisproducten in Nederland is verhoogd van 6 naar 9 procent. De Ruig: “Als je weinig hebt dan kan 3 procent erg veel zijn, dus komen we mensen tegemoet.” Een gezin met twee volwassenen en twee kinderen komt nu bijvoorbeeld in aanmerking als zij maandelijks minder dan 495 euro te besteden hebben. Dat was 470 euro.

Daarnaast krijgen mensen met honger in noodsituaties bij steeds meer voedselbanken direct eten mee naar huis. Pas daarna wordt er gekeken of iemand echt voldoet aan de toelatingsnormen en langer in aanmerking komt voor voedselhulp. De voedselbank in Arnhem werkt ook volgens dat principe. “Er is hier zoveel, het moet niet zo zijn dat iemand met honger thuis zit”, zegt Caroline van der Sluis.

De 58-jarige Van der Sluis kijkt mee met een paar vrijwilligers die grote zakken aardappelen in porties verdelen. Ze is sinds drie maanden bestuurslid en algemeen coördinator bij de voedselbank in Arnhem. Van der Sluis heeft haar werk als zelfstandige op een laag pitje gezet om zich volledig te kunnen richten op haar vrijwillige functie. “Ik had zin in een echte mensenklus”, zegt Van der Sluis. “Tegen mijn echtgenoot zei ik: Jij moet maar even wat harder werken. Waarop ik mijn agenda heb schoongeveegd.” Alleen wilde ze liever een ­leidinggevende rol dan kratjes vullen.

Haar collega Dieben is erg blij met de komst van Van der Sluis. Volgens hem is het lastig om sleutelposities in te vullen. “Dat de economie al een paar jaar zo goed draait is natuurlijk heel fijn. Maar het maakt ons werk er niet gemakkelijker op als mensen met leidinggevende capaciteiten allemaal zo een baan vinden”, zegt hij. Sowieso is het speuren naar vrijwilligers, stelt Dieben. “Mensen van in de vijftig en soms zelfs zestig gaan plots weer aan het werk, dat hebben we hier ook meegemaakt.”

Omgekeerde wereld

Door de hoogconjunctuur zijn vrijwilligers steeds lastiger te vinden, erkent ook landelijke bestuurder De Ruig. “Denk dan niet alleen aan mensen met leidinggevende capaciteiten maar bijvoorbeeld ook aan chauffeurs. Als transportbedrijven al alles uit de kast moeten trekken om chauffeurs te vinden, is het voor ons helemaal moeilijk. Werken doe je bij ons namelijk helemaal voor nop.”

Ik had zin in een echte mensenklus. Tegen mijn echtgenoot zei ik: Jij moet maar even wat harder werken
Caroline van der Sluis, vrijwilliger

Het is een beetje de omgekeerde wereld. Hoewel Nederland al een aantal jaren uit de crisis is, groeit de voedselbank in Nederland als kool. Tussen 2012 en 2017 verdubbelde het aantal mensen dat om hulp vroeg tot 132.500. De hoeveelheid geld dat in de landelijke organisatie omgaat steeg van een aantal tonnen tot miljoenen euro’s. Jaarlijkse donaties verviervoudigden. In 2017 werden er meer dan 40 miljoen producten per jaar uitgedeeld, verwerkt door 11.000 vrijwilligers. 

Is het bij een schaarste aan goede vrijwilligers wel verstandig om naar buiten te communiceren dat er wordt gezocht naar meer klanten? Volgens De Ruig verschilt het per voedselbank of de krapte op de (vrijwillige) arbeidsmarkt groei tegenhoudt. Voedselbanken Nederland is ook geen hoofdkantoor, legt De Ruig uit. “Iedere voedselbank bepaalt voor zichzelf of er ruimte is om meer mensen te helpen.”

Het voedsel wordt door vrijwilligers verdeeld.Beeld Koen Verheijden

Druk is het in Arnhem ook. De voedselbank distribueert wekelijks voedsel aan zo’n 5300 huishoudens en deelt daarvan in eigen stad en omliggende gemeenten aan bijna 1200 gezinnen voedsel uit. Er werken 425 mensen als vrijwilliger, daarvan zijn er tien coördinator. 

Toch wil ook Van der Sluis in Arnhem blijven groeien. “Er heerst een fantastische sfeer, iedereen werkt hier met veel plezier. Ik weet zeker dat we nog wel iets meer kunnen doen voor de mensen die het echt nodig hebben en we willen dus echt op zoek naar mensen die zichzelf nog niet hebben aangemeld.” Daarvoor werkt Van der Sluis samen met organisaties als de wijkteams en schuldhulpverlening. “Daar zitten de mensen die weten waar hulp nodig is.”

Om het werk voor de vrijwilligers in Arnhem behapbaar te maken, probeert de voedselbank zo efficiënt mogelijk te werken. Het distributiecentrum is verdeeld in vijf hallen – waaronder een ruimte voor koelversproducten en een diepvries – waar vrijwilligers op een ­geordende manier tienduizenden pakketten verwerken.

Op piekmomenten wordt er een extra ploeg opgetrommeld, vertelt vrijwilliger Rob Donders (51). Ook deze donderdagmorgen is dat het geval, omdat er een enorme lading overgebleven kerstproducten van de Lidl weggewerkt moet worden. Van oliebollenbeslag tot kerstkransjes en chips, alles wordt verpakt in handige kratten en in de stellingen geschoven. 

Dit soort eten is een extraatje, benadrukt coördinator Van der Sluis. De voedselbank heeft veel oog voor gezond eten en de Schijf van Vijf. Afhankelijk van het soort voedsel krijgen mensen een aantal mee. En sommige producten worden niet onder klanten verdeeld, zoals alcohol. 

“In totaal kregen we vier keer 33 pallets met kerstspullen”, zegt Donders. De magazijnchef draait nu 2,5 jaar mee bij de voedselbank. Het werk bevalt hem uitstekend. “In plaats van dat ik thuiszit kan ik hier enthousiast meehelpen, ik raad het iedereen aan om dit ook eens te doen”, zegt Donders. “Het voelt goed om mensen te helpen die het thuis iets minder hebben.”

Puntensysteem

De voedselbank in Arnhem maakt niet alleen kant-en-klare pakketten, zoals het vroeger begon. ‘Over de brug’ in Arnhem-Zuid is er ook een heuse ‘supermarkt’, waar klanten van de voedselbank zelf een karretje kunnen vullen. Steeds meer lokale voedselbanken omarmen dit relatief nieuwe concept, waarmee de organisatie hoopt weer nieuwe mensen over de streep te trekken om te komen.

Iedere dag mogen tachtig mensen hun boodschappen uitzoeken bij het winkeltje. Bij iedere klant loopt een medewerker van de voedselbank mee. Via een puntensysteem kan de medewerker zien hoeveel producten iemand uit een bepaalde categorie mag kiezen. Eén product voor een klein gezin, twee voor een middelgroot en drie voor een groot gezin. Op die manier wordt het voedsel eerlijk verdeeld onder alle hulpbehoevenden.

Een van de voordelen van het winkeltje is dat mensen er kakelverse producten kunnen krijgen die diezelfde ochtend bij de supermarkten zijn opgehaald. En zo groeit de ­voedselstroom vanzelf: supermarkten zijn

wel bereid om verse producten die over zijn aan de kant te zetten voor de voedselbank, mits die dan ook netjes iedere dag worden ­opgehaald.

Jacqueline Spang (43) zoekt naar wat lekkers tussen alle kratten met groente en fruit. Ze wordt hierbij ondersteund door Joop Toeter (71), coördinator van de winkel. Spang is schoonmaakster en komt bij de voedselbank voor haar huishouden van drie personen, dat van vijftig euro per week moet rondkomen. “Het is ongelofelijk hoeveel ik hier iedere week weer kan ophalen, zo’n kar vol boodschappen kost al snel meer dan vijftig euro”, zegt ze.

Toeter pakt een pak met mais. “Nee, niet die”, zegt ze, “doe maar een tros bananen.” ­Samen lopen ze verder. De stapel in haar kar groeit. Bij het vriesvak aangekomen moet Spang de diepvriespizza’s die er liggen overslaan. “Ik heb geen oven”, klinkt het. Wel kan ze twee flinke pakken ingevroren vlees uitkiezen. Niet alleen maar worst, er ligt ook biefstuk en zelfs een konijnenbout. “Wat een luxe”, aldus Spang.

Toeter is de blije reacties van mensen inmiddels gewend. Hij werkt al twaalf jaar bij de voedselbank en wordt ook wel gezien als de nestor van de hele club. Hiervoor werkte hij in de sociale werkvoorziening: “Ik ben altijd al een mensenmens geweest”, zegt Toeter.

Als Spang haar boodschappen heeft ingepakt sluit Toeter achter haar de deur. “De winkel opent normaal om één uur ’s middags”, zegt hij.

Eerst is het tijd voor een lunch. “Eet je ook mee? Op het menu staat erwtensoep!”

Lees ook:

Aantrekkende economie helpt armen niet

Hoewel de economie groeit, neemt ook het aantal mensen dat jarenlang rondkomt van een laag inkomen toe. Zij hebben niet alleen geldzorgen, ze zijn vaak ook ongezonder en duiken meer op in politiestatistieken; als dader én als slachtoffer.