Burgemeester betreurt woord 'Marokkanen' in opsporingsbericht politie Utrecht
UTRECHT - Burgemeester Jan van Zanen is vandaag in de Utrechtse gemeenteraad door het stof gegaan vanwege een opsporingsbericht van de politie. Die is op zoek naar de daders van een aantal gewelddadige straatroven in Utrecht, waarbij kinderen het slachtoffer waren.
De daders spraken volgens de politie 'met een Marokkaans accent'. De partij DENK maakte in de raad bezwaar tegen dit signalement. De partij vindt het stigmatiserend dat de politie aangeeft dat de daders Marokkaanse straattaal gebruiken. Ze vroegen de burgemeester of er een verschil is tussen normale straattaal en Marokkaanse straattaal. Fractievoorzitter Mahmut Sungur zei: "Is de burgemeester het met ons eens dat dit soort signalementen nergens op slaan en stigmatiserend werken?"
De burgemeester gaf vervolgens aan de hele gang van zaken rond het signalement te betreuren. Hij zei: "In dit geval is helaas de woordkeuze van de aangever één op één overgenomen in het politiebericht, terwijl de politie in dit geval het woord 'Marokkaans' achterwege had kunnen laten. De politie betreurt het overnemen van deze woordkeuze. Ik betreur dat ook zeer."
Volgens de burgemeester wordt de afkomst van een persoon slechts zelden door de politie gedeeld. "Het is niet gangbaar om etniciteit te benoemen in signalementen, behalve bij vermissingen, waarbij de etniciteit bekend is en behulpzaam kan zijn bij het terugvinden van een vermiste. De politie streeft er naar zich te houden aan wat zo objectief mogelijk waarneembaar is."
De VVD mengde zich ook in het debat. Zij verbaasden zich over de vragen van Denk en vroegen de burgemeester hoe het met de slachtoffers gaat. De PVV was vooral geïnteresseerd of de daders al gepakt waren. Op die vraag had de burgemeester geen antwoord.
