Beroepsverbod voor bankdirecteur van Rabo

Hak mag anderhalf jaar zijn beroep niet uitoefenen. De Venlonaar maakte, ondanks herhaaldelijk protest van de landelijke Rabobank, 1,5 miljoen euro over naar een stichting ten behoeve van zijn eigen vroegpensioen. De Rabobank sleepte Hak, na het ontdekken van de transactie, voor de tuchtrechter. 

Het beroepsverbod van anderhalf jaar voor de Venlonaar is het op één na langste beroepsverbod dat de in 2015 opgerichte tuchtrechter voor bankiers tot op heden heeft opgelegd. Alleen in een tuchtzaak waarbij een bankmedewerker geld van een licht dementerende bejaarde uitgaf in een casino is een langer beroepsverbod opgelegd.

Hak maakte voorafgaand aan zijn aantreden als directievoorzitter van de Venlose Rabobank in 2005 met het toenmalige bestuur de afspraak dat hij op zijn zestigste met vervroegd pensioen zou gaan. Bij de landelijke directie in Utrecht stuitte die riante regeling van meet af aan op weerstand. Die kon er echter toen geen stokje voor steken omdat de plaatselijke Rabobanken in die jaren juridisch en financieel zelfstandig waren.

Toch werd later bij de Venlose bank een truc bedacht om de 1,5 miljoen euro voor Haks’ vroegpensioen uit het zicht van het hoofdkantoor uit te kunnen betalen. Het geld werd overgemaakt naar een stichting waarvan Hak directeur was. Die zou hem, na zijn vertrek bij de Rabobank, betalen.

De Rabobank ontdekte de constructie bij de controle van de jaarrekening. Ze stapte naar de tuchtcommissie die na de economische crisis in het leven is geroepen om schandalen in de financiële sector aan te pakken. Volgens de tuchtrechter heeft Hak de bankierseed op drie onderdelen geschonden.

De Rabobank kreeg het geld uiteindelijk terug. De bank is tevreden dat de regeling voor Hak niet is uitgevoerd. Hak stapte op als directeur. Hij was, ondanks meerdere verschillende pogingen van De Limburger, onbereikbaar voor commentaar.