Direct naar artikelinhoud

'Ik was bang om van huis weg te lopen. Maar nog banger voor een besnijdenis.'

Tanzaniaanse meisjes die zijn gevlucht voor besnijdenis worden opgevangen op een speciaal schoolterrein in het land. Beeld ilona eveleens

Besnijdenis is illegaal in Tanzania, maar nog steeds een hardnekkige gewoonte in delen van het land. Meisjes die vluchten, krijgen opvang. Maar nu de besnijdenisperiode afloopt, moeten velen terug naar hun familie.

Bijna 500 meisjes, ­gestoken in oranje shirts, huppelen en dansen de poort van de St. Catherine Laboure basisschool uit. Met opgewonden gezichten gaan ze achter een kleine band aan naar het plaatselijke feestterrein. Ze zijn ontsnapt aan meisjesbesnijdenis (FGM) en op weg naar de ceremonie voor hun alternatieve overgangsrite tot vrouw.

“Ik was bang om van huis weg te lopen, maar nog banger voor besnijdenis. Ik heb veel gehuild, maar nu ben ik sterk, want ik heb veel nieuwe vriendinnen en een hoop geleerd”, vertelt een van de meisjes. De overgangsrite bestaat uit de ontvangst van een certificaat, zang, dans en toneelstukjes in het bijzijn van een afgevaardigde van de Tanzaniaanse regering.

De besnijdenistraditie is ondergronds gegaan omdat de overheid op de uitkijk staat

Meisjesbesnijdenis is verboden in Tanzania maar komt nog op grote schaal voor bij de Kuria bevolkingsgroep in het noordwesten van het land. Zo’n 60 procent van de meisjes tussen 9 en 17 jaar is besneden. De generatie van hun moeders is zelfs voor 98 procent besneden. Landelijk is dat 10 procent.

De besnijdenisperiode wordt door de dorpsoudsten bepaald in consultatie met de geesten van de voorvaderen. Het valt meestal in de grote schoolvakantie die in november begint en deze week eindigt. De meisjes die van huis zijn weggelopen werden de afgelopen tijd opgevangen door de Vereniging tegen meisjesbesnijdenis (ATFGM) in de basisschool in Masanga, een gehucht in het Tarime district. Ze werden geïnformeerd over FGM en andere gezondheidsaspecten, maar ook over mensenrechten.

Meisjesbesnijdenis opent de weg voor de ouders om hun dochters uit te huwelijken tegen een flinke bruidsschat, meestal in de vorm van koeien. De besnijdenistraditie is ondergronds gegaan omdat de overheid op de uitkijk staat. Ouders, dorpsoudsten en besnijders lopen het risico gearresteerd te worden. “Het zijn niet alleen de ouders die de meisjes besneden willen zien, de groepsdruk vanuit de jonge mannen is soms nog groter”, vertelt Lydia Kaugi van Terre des Hommes, die ATFGM onder meer helpt met de noodopvang.

Esther Misiwa, 62, heeft duizenden meisjes besneden. Beeld Ilona Eveleens
Ik kwam erachter dat het slecht is en de toekomst van de kinderen vernietigt
Esther Misiwa (62) is gestopt met het besnijden van meisjes en is nu kleermaakster

In 2008 ving de ATFGM acht meisjes op. Eind 2018 waren het er zo’n vijfhonderd. “We hebben dit jaar veel campagne gevoerd om de bevolking te informeren over de schadelijke effecten van FGM én van het voortijdig meisjes van school halen en uithuwelijken”, vertelt Valerian Mgani, ATFGM projectleider omringd door een schare giechelende meisjes.

Esther Misiwa (62) woonde de afgelopen maanden op het schoolterrein. De vrouw heeft tussen 2004 en 2016 duizenden meisjes in de regio besneden. “Tot ik erachter kwam dat het slecht is en de toekomst van de kinderen vernietigt.” In het besnijdenisseizoen verwachtten haar dorpsgenoten nog altijd dat zij de verminking uitvoert. “Het is dan beter dat ik hier een tijdje woon. ATFGM heeft me een ander vak geleerd. Ik ben nu kleermaakster.”

Na de overgangsrite afgelopen zondag vertrokken de meeste meisjes weer huiswaarts. Maar niet zonder dat ouders een contract ondertekenden dat ze hun dochters niet zouden laten besnijden. “Onze maatschappelijk werksters, maar ook de plaatselijke autoriteiten controleren regelmatig of zulke families zich daaraan houden. Dreigen ze alsnog te worden besneden, dan haalt de politie ze op en brengt ze weer hier”, aldus Mgani.

Dit jaar blijven 56 meisjes achter omdat het risico te groot is. Een van de achterblijvers is Nchagwa Senso (17). Zij werd een half jaar geleden verkracht toen ze de koeien hoedde. “Mijn vader stierf kort daarna en de familie gaf mij de schuld. Hij zou zijn gestorven aan stress over mijn situatie, waar ik niets aan kan doen”, vertelt het frêle meisje met kalme stem maar voortdurend handenwringend.

Direct na de alternatieve overgangsrite stopt de politie met de bewaking van het schoolterrein, terwijl meisjes nog altijd grote risico's lopen

De familie vertelde haar dat ze naar het naburige Kenia zou worden gebracht om alsnog besneden te worden. Haar broer had echter gehoord dat het plan was om haar in de Mara rivier te gooien. Ze zou dan verdrinken of door de krokodillen worden opgevreten. Hij riep de hulp in van ATFGM, die haar op het nippertje kon redden. “Ik kan niet naar huis, nu niet, nooit meer”, vertelt ze op het schoolterrein. “Ik ben verdrietig maar ik leef. Hier heb ik vrienden en veel mensen die er voor me zijn.”

Direct na de alternatieve overgangsrite stopt de politie met de bewaking van het schoolterrein, terwijl meisjes en medewerkers van ATFGM nog altijd grote risico’s lopen. “Medewerkers hadden een huis gehuurd waar we met z’n allen woonden. Maar nadat een groep mannen probeerde brand te stichten, zijn ook wij op het schoolterrein gaan wonen. Er is zelfs een aanval geweest van een horde jongemannen met traditionele wapens. De politie wist die gelukkig af te slaan”, vertelt Mgani.

De komende maanden worden verzoeningspogingen ondernomen met de families van de 56 meisjes. Ondertussen zorgt ATFGM ervoor dat ze naar school gaan, vaak een kostschool ver van hun dorpen. “Soms lukt zo’n verzoeningspoging, soms niet. In dat laatste geval zorgen we ervoor dat ze in ieder geval de middelbare school afmaken. Onderwijs biedt ze een toekomst, ook zonder familie, en op school verspreiden ze de anti-FGM-boodschap.”

Celina Godson (15)

“Ik hoorde zes jaar geleden over ATFGM en liep van huis weg om in het opvangkamp de besnijdenisperiode door te brengen. Nadat ik een certificaat en T-shirt had gekregen na de alternatieve overgangsrite, ging ik naar huis. Mijn moeder was woedend. Ze verbrandde alles wat ik had gekregen. Tijdens het volgende besnijdenisseizoen ging ik er toch weer heen. Bij terugkeer vervloekte mijn moeder me. Mijn oudere broer en zus maakten samen met haar mijn leven tot een ware hel. Ik hield het niet uit en vluchtte weer naar ATFGM, maar mijn moeder ondertekende de belofte dat ik niet zou worden besneden en ik moest mee naar huis.

Celina Godson (15) liep weg maar werd toch besneden.Beeld Ilona Eveleens

“Het leven bleef vreselijk met slaag en soms kreeg ik geen eten of werd de lamp weggenomen zodat ik geen huiswerk kon maken. In 2015 werd mijn familie van de ene dag op de andere opeens aardig. Mijn moeder vroeg me op een dag mee te gaan naar de akker om haar te helpen. Eenmaal ver van het dorp dook er een groep mensen op die mij tegen de grond drukten. Een besnijder verscheen. Ik vocht uit alle macht en schreeuwde maar ze hielden me met z’n allen vast en ik werd ter plekke besneden.

“Ik kon niet lopen en moest naar huis worden gedragen. Iedereen vierde feest en ik werd opgesloten. Ik huilde in die tijd veel, maar concentreerde me toch op school. Een jaar later haalde ik mijn basisschooldiploma waarna ik wat kleren pakte en naar Masanga ging. ATFGM ontfermde zich over me. Ik ga nu naar een kostschool en zit in de derde.

 “Ze hebben me niet alleen met school geholpen maar ook veel met me gepraat en naar me geluisterd. Ik heb weliswaar geen familie meer, maar ik ga iets maken van mijn toekomst.”

Mbosiro Mwita Marwa (17)

“Ik ben de enige van de vier kinderen thuis die naar school mocht. Daar hoorde ik over de schadelijke effecten van meisjesbesnijdenis. Toen het besnijdenisseizoen eraan kwam in november, werd ik bang voor mijn zusjes. Die zijn 13 en 15 en nooit naar school geweest. Ik praatte met ze en bracht ze hierheen.

Mbusiro Mwita Marwa met zijn zusjes Bibiana (links) en Maseke (rechts). Beeld Ilona Eveleens

“Ik kan ook niet meer naar huis, omdat mijn moeder mij nooit meer wil zien. Het is natuurlijk moeilijk zonder ouders, maar we hebben elkaar. AFGM gaat kijken wat voor onderwijsmogelijkheden er voor Bibiana en Maseke zijn. Ik voel me goed over onze daad en mijn zusjes zijn vrolijk en opgelucht, omdat ze inmiddels weten wat FGM inhoudt.

“Ik heb ook mijn broer hierheen gehaald omdat ATFGM jongens de kans bood zich in ziekenhuizen te laten besnijden in plaats van ergens op de stoffige grond met een smerig scheermes. Hij is blij en de enige die misschien naar huis kan. Ik hoop dat mijn ouders hem willen verwelkomen, maar anders krijgt hij hier onderdak. Later wil ik met een onbesneden vrouw trouwen. De zwangere vrouwen in het dorp zijn de laatste weken voor hun bevalling onuitstaanbaar. Ze zijn echt in een heel slechte bui omdat ze weten wat voor pijn ze moeten meemaken om de baby ter wereld te brengen. Bevallen is al pijnlijk, maar voor een besneden vrouw nog veel erger.”

Lees ook: 

Een boom, een toilet: Vier vrouwen gaan terug naar de plek waar ze besneden zijn

Vier vrouwen gaan terug naar de plek des onheils waar ze als jong meisje werden besneden, in dorpen dertig kilometer ten zuiden van de Malinese hoofdstad Bamako.