84 journalisten gedood in 2018: meeste slachtoffers vielen in Afghanistan
In 2018 zijn wereldwijd 84 journalisten en mediaprofessionals tijdens hun job gedood door doelgerichte acties, bomaanslagen en schietpartijen. Verder lieten tien mediamedewerkers het leven. Zes van die 94 slachtoffers waren vrouwen. Ongevallen en natuurrampen eisten bijkomend drie dodelijke slachtoffers. Dat blijkt uit de 29ste lijst die de Internationale Federatie van Journalisten (IFJ) maandag publiceert.
Naast journalisten waren er ook cameramensen, technici en fixers onder de slachtoffers. Bij de tien mediamedewerkers waren chauffeurs, veiligheidsmedewerkers en een sales assistant.
De regio Azië-Stille Oceaan torst de zwaarste tol met 32 doden, gevolgd door de Amerika's (27), het Midden-Oosten en de Arabische wereld (20), Afrika (11) en Europa (4).
De aanslepende veiligheidscrisis in de journalistiek kwam het sterkste naar buiten met de "gruwelijke moord op de Saoedische columnist Jamal Khashoggi van The Washington Post, op 2 oktober in het Saoedische consulaat in Istanboel. Het was de laatste in een reeks verwoestende aanvallen op mediaprofessionals, waaronder de vele bomaanslagen die van Afghanistan een moordzone voor journalisten maakten en het geweld van de georganiseerde misdaad in Mexico dat sterk gericht blijft op journalisten", aldus de IFJ.
"Deze brutale gewelddaden in absolute minachting voor het menselijk leven hebben een abrupt einde gemaakt aan de kortstondige afname van de moorden op journalisten de afgelopen drie jaar", aldus IFJ-voorzitter Philippe Leruth. Met 81 gedode journalisten werd in 2017 het laagste cijfer sinds 2007 opgetekend. In 2016 waren er dat 93, en 112 in 2015.
Afghanistan (16) voert de landenlijst mediadoden aan, voor Mexico (11), Jemen (9), Syrië (8), India (7), Pakistan, Somalië en de Verenigde Staten (5). De vijf Amerikaanse doden vielen bij een schietpartij op de redactie van de Capital Gazette in Annapolis (Maryland). Vier journalisten stierven bij wat de politie een gerichte aanval noemde.