Direct naar artikelinhoud
AnalyseEuromeetlat

Onderzoek Bloomberg: Nederland heeft ‘beperkt’ geprofiteerd van twintig jaar euro

Twintig jaar nadat de eerste elf Europese landen de euro invoerden als wettig betaalmiddel op effectenbeurzen, op 4 januari 1999, heeft het Amerikaanse financiële persbureau Bloomberg de resultaten gedetailleerd in kaart gebracht. De euro is een wereldwijde krachtpatser geworden, becijfert het persbureau, die alleen de dollar nog als meerdere moet dulden. 

Europees Commissaris Pierre Moscovici (l), voorzitter van de ECB Mario Draghi en voorzitter van de Eurogroep Mário Centeno poseren met een replica van de euro naar aan leiding van het twintigjarig bestaan van de munt.Beeld AFP

Duitsland profiteerde het meest, Frankrijk trok aan het kortste eind, en Griekenland eindigt toch nog in de middenmoot. De omvang van de economie in de eurozone, inmiddels bestaande uit negentien landen, is de afgelopen twintig jaar met 72 procent gegroeid en bedraagt nu 11.200 miljard euro. Maar de deelnemers hebben er bepaald niet evenveel aan gehad, blijkt uit het onderzoek. De drie meest opvallende bevindingen op een rij.

Slovenië en Slowakije zijn na Duitsland de grote winnaars

Slovenië en Slowakije schoven laat aan, respectievelijk in 2009 en 2007, maar plukten al snel de vruchten van de euro. Slovenië herwon geloofwaardigheid toen het de post-Joegoslavische munteenheid de tolar inruilde voor de euro, schrijft Bloomberg, en wist daardoor investeringen aan te trekken. Hoewel Slowakije aanvankelijk worstelde met inflatie, heeft de euro daar uiteindelijk aan stabiliteit bijgedragen. Slowakije profiteerde ook van productiviteitsgroei en toegenomen concurrentievermogen. ‘De euro heeft een ongelofelijk positief effect gehad.’ 

Duitsland, als Europa’s grootste exporteur, profiteerde vooral van het wegvallen van valutarisico: de kans dat een munteenheid halverwege een internationale transactie van waarde verandert. Finland en België kunnen sinds de invoering van de euro goedkoper geld lenen, in Oostenrijk groeide het handelsvolume dankzij de gemeenschappelijke munt met Duitsland en de latere invoering van de euro in oost-Europese buurlanden.

Nederland zit, net als Griekenland, in de middenmoot

In Griekenland maakte de invoering van de euro een einde aan jarenlange hoge inflatie. De overdracht van monetair beleid naar de Europese centrale bank bracht stabiliteit en geloofwaardigheid, en daarmee investeringen en een groei van de handel. De vele recente hervormingen, hoe pijnlijk en politiek beladen ook, hebben volgens Bloomberg gezorgd voor een scherpe stijging in concurrentievermogen. Ierland en Portugal hebben sterk geleden onder inperking van hun zelfstandigheid als het gaat om begrotingsbeleid: het vermogen om in tijden van crisis de economie te stimuleren door extra geld uit te geven.

Nederland scoort in de middenmoot. Dat komt volgens Bloomberg onder meer door een slechte tot matige score wat betreft arbeidskosten: lonen zijn hoog in vergelijking met andere eurolanden, wat leidt tot hogere prijzen van producten en daarmee zorgt voor een concurrentienadeel. Een wat opmerkelijke redenering, gezien het forse handelsoverschot van Nederland. 

Spanje, Italië en Frankrijk verloren met de euro een geliefd instrument om hun eigen exporten te stimuleren: devaluatie van de munt. Door de waarde van de nationale munteenheid te verlagen worden ‘s lands producten aantrekkelijker voor buitenlandse kopers. De exporten van Frankrijk zijn bovendien flink gedaald door de sterke concurrentie van Duitsland.

Vrijwel niemand wil nu nog ‘lid worden’ van de euro

Slowakije en Slovenië mogen er dan flink op vooruit zijn gegaan met de euro, inwoners van andere oost-Europese landen halen er hun neus voor op. De meeste Polen, Bulgaren, Kroaten, Hongaren en Tsjechen willen dat hun land de euro buiten de deur houdt. Slechts één op de drie Polen steunt deelname. Alleen in Roemenië wil zo’n 60 procent van de mensen graag bij de muntunie.

Saillant: hoewel de euro Spanje en Frankrijk volgens het onderzoek weinig goeds heeft gebracht, blijft de munt daar opmerkelijk populair. 80 procent van de Spanjaarden en 72 procent van de Fransen vinden de euro een goede zaak voor Europa. Gevraagd of de gemeenschappelijke munt hun eigen land goed doet, zegt een meerderheid nog altijd ja: 62 procent van de Spanjaarden, en 60 procent van de Fransen.

Het succes van de euro, gemeten op tien puntenBeeld De Volkskrant