Er zijn veel meer werknemers in loondienst die geen pensioen opbouwen dan gedacht. Tot nu toe ging het ministerie van Sociale Zaken ervan uit dat 4 procent van de werknemers het zonder opbouw moest doen: dat blijkt 13 procent te zijn.
Dat komt neer op 856.000 mensen. Het CBS berekende de zogenoemde witte vlek in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken.
Dat het aantal mensen zonder pensioenopbouw zo fors is gestegen in vergelijking met eerdere ramingen, komt waarschijnlijk doordat er een andere meetmethode is toegepast, niet omdat er sprake is van een daadwerkelijke toename.
Jongeren vissen achter het net
De meeste werkgevers zijn aangesloten bij een pensioenfonds en werknemers bij die bedrijven dragen dan een deel van hun loon af voor de oudedagsvoorziening. Maar werkgevers zijn hiertoe niet verplicht. Het aantal mensen dat daar de dupe van is, is dus groter dan tot nu toe voorzien.
Vooral jongeren blijken achter het net te vissen. De helft van de werknemers zonder pensioen is jonger dan 35 jaar. Ook eerste generatie immigranten, alleenstaanden, mensen met een kleine beurs huurders, flexwerkers en mensen in de commerciële dienstverlening zijn oververtegenwoordigd, schrijft minister Koolmees.
Uitzendkrachten
Het gebrek aan pensioenopbouw van veel uitzendkrachten is opvallend. Een derde van alle uitzendkrachten bouwt geen pensioen op, blijkt uit het onderzoek, terwijl juist in die sector wel een verplichting bestaat.
Deels komt dat door een wachttijd van 26 weken, maar dat verklaart toch niet het hoge percentage niet-opbouwers. De helft van de uitzendkrachten is namelijk langer dan 26 weken aan de slag voor een uitzendbureau en ook van deze groep blijkt 25 procent geen pensioen op te bouwen.
Hoe dat kan wil gaat de minister uitzoeken en hij gaat daarover in gesprek met de sector, schrijft hij. Volgens de uitzendbranche liggen de cijfers namelijk genuanceerder, aldus Koolmees.
