Politie en TLN waarschuwen voor ladingdieven op wegen rondom Tilburg

Inmiddels heeft de politie in drie gevallen een aangifte opgenomen. Politie en TLN, een ondernemersorganisatie voor wegtransportbedrijven en logistiek dienstverleners, vragen vervoerders daarom om waakzaam te zijn en hun medewerkers goed te informeren over deze vorm van ladingdiefstal. Vooral wanneer een personenauto voor een vrachtauto gaat rijden en op die manier de chauffeur dwingt om snelheid te minderen, is de kans aanwezig dat het foute boel is. 

TLN: ,,In zo’n geval vragen we chauffeurs om het kenteken van de personenauto te noteren. Het is van belang om te zorgen dat de vrachtauto blijft rijden, zo nodig van rijstrook te wisselen en direct 112 te bellen.” Ook bij laad- en losplaatsen van waardevolle goederen is extra alertheid op verdachte personen of auto’s op zijn plaats, volgens de ondernemersorganisatie.

De Landelijke Eenheid van de politie verricht momenteel onderzoek naar aanleiding van de meldingen uit de regio van Tilburg. In juli 2017 hield de politie in een vergelijkbare zaak vijf Roemenen aan op een vakantiepark op de Veluwe, voor betrokkenheid bij de diefstal van een lading smartphones uit een rijdende vrachtwagen op de A73. Tegen hen werd anderhalf jaar cel geëist. Zij zijn veroordeeld tot vijftien maanden.

Rijdende berovingen en ladingdiefstallen vinden over het algemeen op dezelfde manier plaats. Terwijl de vrachtwagen wordt gedwongen om langzamer te gaan rijden, wordt achteropkomend verkeer op afstand gehouden. Daarvoor zorgen twee andere auto's, die naast elkaar nog minder hard rijden. Vervolgens klimt een van de inzittenden uit het dakraam en kruipt via de motorkap naar de vrachtwagen. Met een slijptol breken de criminelen het slot van de vrachtauto open. De laatste stap is eenvoudig: goederen worden uit de vrachtwagen in de eigen auto gegooid.

Dergelijke berovingen worden goed voorbereid. Zo dragen de dieven een tuigje zodat ze niet kunnen vallen. ,,En door die twee auto’s die de rest van het verkeer ophouden, hebben medeweggebruikers vaak niets in de gaten.”