Het migratiepact is het resultaat van achttien maanden internationale onderhandelingen die na de migratiecrisis van 2015 hebben geleid tot het VN Global Compact. De onderhandelingen zijn in juli van dit jaar afgerond en op 10 december door een overgrote meerderheid van de landen goedgekeurd.
In het pact wordt gesteld dat internationale samenwerking nodig is om migratie en opvang op een veilige, geordende en gereguleerde manier aan te pakken. De staten kunnen dit volgens de ondertekenaars niet op eigen houtje regelen.
Met de afspraken hopen de landen illegale migratie tegen te gaan en migranten met verblijfsrecht te laten integreren in het gastland, maar ook migranten terug te sturen die geen recht op verblijf hebben.
'Geen nieuwe rechten of verplichtingen'
Er staan voorstellen in die landen al dan niet op vrijwillige basis kunnen overnemen. Het pact verwijst naar bestaande mensenrechten- en klimaatverdragen waar migranten en vluchtelingen op dit moment al rechten aan kunnen ontlenen.
Er worden "geen nieuwe rechten of verplichtingen" gecreëerd, schrijft het kabinet in een onlangs verschenen juridische analyse.
Ook de VN-functionaris Louise Arbour, die de onderhandelingen en stemming overziet, benadrukt dat alle landen de baas blijven over het eigen migratiebeleid binnen de reeds geldende internationale regels.
Doelstellingen worden gezien als pressiemiddel
In het pact staan wel 23 doelstellingen die door de landen zijn geformuleerd, waaronder de aanpak van de oorzaken van migratie, aanpak van mensenhandel en zorg voor veilige en gereguleerde migratie.
Daarnaast wijst het pact op de verplichting van migranten om zich te houden aan de wetten en regels van het gastland, maar wijst het ook op de zorg voor basisvoorzieningen voor reguliere en irreguliere migranten.
De doelstellingen uit het pact worden gezien als een pressiemiddel om landen die nog niet zover zijn wel in dezelfde richting te bewegen. Staten blijven het recht behouden de punten al dan niet in de nationale wetgeving op te nemen.
Wat is de kritiek?
Toch zijn niet alle landen overtuigd van het nut en de noodzaak van het pact. De rechts-populistische antimigratieregeringen van bijvoorbeeld de VS, Oostenrijk, Polen, Hongarije en Italië zijn afgehaakt. Duitsland ging na een fel debat wel overstag, terwijl in België de rechts-conservatieve partij N-VA uit het kabinet is gestapt.
De tegenstanders in het debat stellen dat het pact wel degelijk juridisch bindende verplichtingen schept die de nationale soevereiniteit aantasten.