Direct naar artikelinhoud
Interview

Dit is filosoof Othman El Hammouchi (19): ‘Heel veel racisme is aangepraat’

Othman El HammouchiBeeld Geisje van der Linden

Othman El Hammouchi is de jonge luis in de Vlaamse pels. Hij komt in zijn boek ‘Lastige waarheden’ op voor de Vlaamse moslim. ‘Kuifje hoort thuis in de inburgeringscursus’.

Immer gekleed in pak en wit hemd is hij de man die de deur openhoudt voor een dame, en zijn mails steevast ondertekent met ‘diepste hoogachting’. Twee jaar geleden won Othmann El Hammouchi de Belgische Filosofie Olympiade en sindsdien is hij een vaste waarde in kranten en op tv. Als zelfbenoemd religieus conservatief is hij met zijn 19 jaar een vreemde eend in de Vlaamse opiniebijt, maar er wordt naar hem geluisterd, al was het maar omdat hij de eerste is met een kalm en goed geargumenteerd antwoord op wat hij ‘de monoloog van de cultuurmarxisten’ noemt.

Je kunt wel Italiaans en vrouw zijn, maar als je Italiaan bent, kun je geen Duitser zijn

“De multiculturele samenleving is mislukt omdat ze gewoonweg niet kon lukken,” steekt hij van wal in het Brusselse Muntpunt-café. “Zij ging immers uit van een fout idee van wat identiteit is, alsof je die lekker bij elkaar kunt shoppen. Een identiteit krijg je mee van de gemeenschap waarin je opgroeit, je kunt geen twee identiteiten hebben. Je kunt wel Italiaans en vrouw zijn, maar als je Italiaan bent, kun je geen Duitser zijn. Het is het een of het ander. Net zo kan een migrant die zich Marokkaan voelt en door anderen als een Marokkaan wordt gezien geen Vlaming zijn.”

Goed roeren

Identiteit is een van de centrale onderwerpen in zijn boek ‘Lastige waarheden’, dat ook nog over God, wereldpolitiek en onderwijs gaat. Vooral met het populaire idee dat identiteit iets is voor slechte, enggeestige nationalisten en dat goede, open kosmopolieten daarboven staan, heeft hij het moeilijk. “We hebben allemaal een identiteit, daar valt niet aan te ontkomen, net zoals je er niet aan ontkomt om van tijd tot tijd een hapje te eten. Alleen betekent dat nog niet dat we allemaal naast elkaar moeten gaan leven. Generaal De Gaulle zei ooit dat de Fransen en de Arabieren als water en olie zijn. Je mag nog zo goed roeren, een mengsel zullen ze nooit worden.

“Als maatschappij kun je voor parallelle samenlevingen gaan, maar of dat de beste keuze is, is de vraag. Het grote nadeel is natuurlijk dat je verrijkende interacties uitsluit en altijd met een wankel systeem blijft zitten, wat in economisch of politiek precaire tijden tot conflicten leidt. De eerste migranten die in de jaren zestig en zeventig hierheen kwamen, werden door veel mensen als minderwaardig gezien, maar dat uitte zich niet in openlijke strijd. Er was alleen segregatie. De economische crisis van de jaren tachtig bracht daar verandering in. Het algemeen genot maakte plaats voor het identitaire genot en we werden bij wijze van spreken allemaal voetbalsupporters die opkwamen voor onze eigen ploeg. Dat was de periode waarin het Vlaams Blok angstwekkend hoge scores haalde tijdens de verkiezingen.”

En nu staat identiteit weer hoog op de agenda.

“Omdat ons welvaartsniveau niet meer is wat het was. De globalisering heeft verliezers gemaakt. Bovendien hebben heel wat mensen hun onmondigheid van zich afgeworpen. Vandaar de jaarlijkse protesten tegen Zwarte Piet en de luide roep om dekolonisatie van de witten die zich nog niet bevrijd hebben van hun racistische attitudes. Ze worden gesteund door de blanke cultuurmarxisten die op zoek zijn naar een permanente revolutie en in die dekolonisatie een nieuwe queeste en reden van bestaan hebben gevonden.”

Cultuurmarxisten, wat zijn dat?

“Dat is de intellectuele beweging die in de 20ste eeuw is ontstaan. Cultuurmarxisten beweren dat de onderdrukking die het klassieke marxisme alleen op economisch vlak zag, ook op andere terreinen werkzaam is, zoals het filosofische, wetenschappelijke, raciale en seksuele. Vandaar het woord cultuurmarxisme natuurlijk. In de praktijk impliceert dit dat ze de klassieke desiderata van waarheid, schoonheid en goedheid op radicale wijze ondergraven, ten voordele van een eenzijdige focus op machtsrelaties. Cultuurmarxisme leidt uiteindelijk tot een extreme vorm van relativisme en een ideologische ondermijning van het waarheidsbegrip.”

Terug naar identiteitsdenken. Is dat geen vorm van nationalisme, maar dan op cultureel niveau?

“Natuurlijk.”

Is het dan niet gek dat degenen die zo fervent tegen het nationalisme tekeergaan net degenen zijn die het identiteitsdenken propageren?

“Je moet dit bekijken vanuit de cultuurmarxist. Zo iemand ziet alleen maar onderdrukten en onderdrukkers, waarbij de blanke heteroman natuurlijk de baarlijke duivel is. Niet zo lang geleden maakte een Vlaamse zich druk over een Amerikaans meisje dat een Chinese jurk droeg en zich daarmee schuldig had gemaakt aan culturele toe-eigening. Waarom is het geen culturele toe-eigening wanneer een Afrikaan westerse kledij draagt? Wat is het verschil? Dat die zwarte onderdrukt wordt en dat het daarom mag, antwoordt de cultuurmarxist dan. Volgens mij is die onderdrukking er helemaal niet, anders had ik ze toch ook wel moeten ervaren? Ik ben nog nooit racistisch bejegend. Ik heb me nooit achtergesteld gevoeld op school of aan de universiteit. En ik ken heel wat mensen die dat ook nog nooit hebben meegemaakt. Heel veel racisme is volgens mij aangepraat, want als je je best doet, vind je altijd wel een reden om je gediscrimineerd te voelen. Een winkelier die een zwarte niet wil bedienen omdat hij zwart is - díe is een racist.”

Maar het is toch allemaal veel subtieler dan dat?

“Mogelijk, maar voor je moord en brand gaat schreeuwen moet je empirisch bewijs hebben. Ongelijkheid van uitkomst is geen bewijs voor ongelijke kansen. Dat er in Vlaanderen niet evenveel zwarte CEO’s zijn als blanke is geen bewijs voor discriminatie. Gelijkheid moet je aan de bron instellen. Iedereen moet gelijke kansen krijgen en als de een iets van zijn kansen maakt en de ander niet, is dat hun zaak. Daar is de maatschappij niet verantwoordelijk voor.”

Leerlingen met een migratie-achtergrond belanden toch vaker in het technisch onderwijs omdat leerkrachten hen die richting uit duwen? Is dat dan geen discriminatie?

“Kinderen met een migratie-achtergrond komen uit een lagere sociale klasse, waardoor hun kennisbagage minder groot is. Om er zeker van te zijn dat de juiste mensen, los van hun achtergrond, in staat zijn om naar bepaalde richtingen door te stromen kun je hen onderwerpen aan een gestandaardiseerde, a-culturele test. Alleen ligt dat vandaag moeilijk, want dan ga je leerlingen vergelijken. Zo’n test wordt dan gezien als geïnstitutionaliseerde ongelijkheid, en dat kan natuurlijk ook weer niet.”

Othman El HammouchiBeeld Geisje van der Linden

U schrijft: “Door een gebrek aan intellectuele ontwikkeling domineert de dierlijke identiteitsdrang de geesten zo volledig dat hij aanzienlijke problemen veroorzaakt.” Mensen met een migratie-achtergrond die niet in staat zijn hun geestelijke culturele identiteit te ontwikkelen zijn dus een soort beesten?

“Ik zie niet in waarom dit controversieel zou zijn. Dat geldt ook voor de arbeidersklasse. Ik gebruik dierlijk niet in de zin van achterlijk. Het heeft geen pejoratieve connotatie. Ik had misschien ook biologisch kunnen schrijven, dat geef ik toe, maar ik wou een duidelijk onderscheid maken tussen het lichamelijke en het geestelijke. Als de geest niet ontwikkeld is, zal het dierlijke inderdaad domineren. Onze migranten hebben geen besef van geschiedenis en geen leescultuur.

“Waarom zijn de Joodse en Aziatische migranten in Amerika de welvarendste? Omdat zij een leescultuur hebben. Dat ik deftig Nederlands spreek, komt doordat mijn moeder heel veel waarde hechtte aan goed onderwijs en daar ook heel veel in investeerde, zowel materieel als geestelijk. Mijn ouders zijn eerstegeneratie Marokkaanse migranten, maar mijn moeder stond erop dat ik opgroeide met ‘Kuifje’ en ‘Samson & Gert’ (Vlaamse kindertelevisieserie, red). Die zouden in feite in iedere inburgeringscursus moeten zitten, vind ik, en in het schoolcurriculum.”

Maar u vindt toch dat de liberale staat zich zo ver mogelijk moet afhouden van culturele zaken en dus van de inhoud van het onderwijs?

“Inderdaad, maar hij kan wel inspanningen leveren om de segregatie tegen te gaan zonder dat daardoor de individuele vrijheid van de burger in het gedrang komt. Hij kan bijvoorbeeld integratievoorwaarden stellen bij het toewijzen van een sociale woning. Dat je Nederlands moet kunnen spreken, bijvoorbeeld. Je moet mensen ertoe aanzetten om Vlaming te worden, want uit zichzelf zal slechts een kleine minderheid dat doen.”

Is dat geen verhulde discriminatie?

“Nee, want een sociale woning is geen recht, maar een gunst. Die woningen zijn van de gemeenschap en die gemeenschap kan daar voorwaarden aan verbinden. Ik vind trouwens ook dat de overheid moet vermijden dat migranten allemaal samen in dezelfde wijk gaan wonen. Er moet spreiding zijn om de integratie te bevorderen. Zo voorkom je het ontstaan van concentratiescholen. Zelf had ik alleen maar blanke vriendjes in de lagere school, en daar ben ik heel blij om. Als je dag in dag uit tussen kinderen zit die met moeite Nederlands kunnen spreken, ga je het zelf ook niet leren natuurlijk.”

Het idee om het onderwijs in het Turks of het Marokkaans te geven, ligt u dus niet?

“Ik vind dat getuigen van een ongelooflijke domheid die de toekomst van die kinderen op het spel zet. En het ergste is dat wanneer zij later geen werk vinden omdat zij geen Nederlands spreken, dezelfde mensen die nu voor dat type scholen pleiten zullen zeggen dat dit discriminatie is.”

Anderzijds pleit u wel voor islamscholen waar die kinderen naartoe zouden moeten gaan.

“Ja, maar ik maak een strikt onderscheid tussen religie en cultuur. Ik ben moslim en Vlaming, geen Marokkaan dus, en dat is weloverwogen. Net zoals er Vlaamse katholieken, Vlaamse vrijzinnigen en Vlaamse marxisten zijn, moeten er ook Vlaamse moslims komen, wat natuurlijk niet wil zeggen dat al die Vlamingen hetzelfde waardenkader moeten huldigen. Laten we de moslimidentiteit versterken en zo extremisme tegenwerken. De kennis van veel moslims gaat niet verder dan ‘wij zijn moslims en de anderen niet en daarom moeten we hen niet’. Dat is een glijbaan die recht naar het moslimfascisme van IS leidt. Islam gaat echt wel over meer dan een lang kleed en een lange baard.”

U pleit voor verschillende moraliteiten binnen één land. Maar wat, als die met elkaar in conflict komen, bijvoorbeeld rond onverdoofd slachten?

“Dieren hebben geen rechten omdat het geen co-contractanten zijn in het sociaal contract. Dat contract is mijns inziens de enige manier om een rechtsstaat te vestigen. Wij beloven bijvoorbeeld dat we elkaar de hersenen niet zullen inslaan en we leggen dat vast in een contract. Zo’n contract kun je niet met dieren afsluiten. Stap maar eens op een leeuw af. Dieren hebben dus geen rechten, maar wij willen natuurlijk ook zo min mogelijk leed veroorzaken.

“Bij onverdoofd slachten hebben we het over een paar minuten pijn op het einde van een dierenleven. Wat betekenen die paar minuten in het licht van de marteling die ze hun hele bestaan ondergaan in handen van de vleesindustrie? Al eens een kippenkwekerij bezocht? Maar daar hebben degenen die fulmineren tegen het onverdoofd slachten het niet over. Je hoeft echt geen genie te zijn om de hypocrisie te ontwaren. Geef die dieren eerst een pijnloos leven, dan praten we daarna eens over een pijnloze dood.”

Lastige waarheden. De knoop in de westerse ziel Polis; 192 blz. € 19,99.

Othman El Hammouchi (1999) won in 2016 de Belgische Filosofie Olympiade met een essay over oorlog en vrede. Hij schrijft opiniestukken voor Knack, VRT en Doorbraak. El Hammouchi noemt zichzelf een traditioneel conservatief. Hij studeert wiskunde aan de Vrije Universiteit Brussel.

Lees ook:

Een boerkaverbod past niet in het idee van een vrije samenleving

Tegen de boerka zijn is prima, maar een verbod past niet in onze liberale samenleving, betoogt de Vlaamse filosoof Othman El Hammouchi.