Direct naar artikelinhoud
Analyse

Voedingsbodem van gele hesjes zit dieper dan de benzinetaks

Beeld Katja Poelwijk

De verhoging van de Franse brandstoftaks is voor 2019 van de baan. Maar is daarmee ook de angel uit het protest van de gele hesjes? De voedingsbodem van het oproer ligt dieper.

Belastingverlaging is de nieuwe loonsverhoging

Het protest van de gele hesjes is in de eerste plaats een belastingoproer. De directe aanleiding van de volkswoede was de verhoging van brandstoftaks, die onder druk van de protestbeweging inmiddels van de baan is. Maar het ongenoegen over belastingen zit dieper.

‘Er is in Frankrijk een wijdverbreid gevoel van fiscaal onrecht’, zegt Alexis Spire, socioloog en directeur van het CNRS, het nationaal centrum voor wetenschappelijk onderzoek. ‘Mensen zien dat hun inkomen al jaren stagneert, terwijl de belastingdruk wordt opgevoerd. En veel gele hesjes, die in dunbevolkte gebieden wonen, zien daar publieke diensten als postkantoren en politiebureaus, die worden gefinancierd van belastinggeld, verdwijnen.’

Al voor de opkomst van de gele hesjesbeweging signaleerde Spire een opvallende omslag in de manier waarop de Fransen het ongenoegen over hun geringe koopkracht verwoorden. ‘Men vraagt niet meer om loonsverhoging, zoals vroeger, maar om belastingverlaging. In de ogen van de Franse bevolking zijn belastingen de boosdoener.’

Beeld Getty Images

De onvrede richt zich vooral tegen taxes, heffingen die niet inkomensafhankelijk zijn. ‘In tegenstelling tot wat veel Fransen denken, is ons belastingstelsel slechts in beperkte mate progressief’, zegt Spire. ‘We hebben veel belastingen waarvan de tarieven voor iedere burger hetzelfde zijn, zoals de btw of de brandstoftaks.’ Die heffingen werken als een ‘ongelijkmaker’: mensen die weinig te besteden hebben, voelen de effecten in hun portemonnee sterker dan kapitaalkrachtigen. Het zijn dan ook vooral de Fransen uit de lage middenklasse en lagere klasse die in gele hesjes de barricaden opgaan.

Dat niet loonsverhoging maar belastingverlaging een centrale positie in het eisenpakket van de gele hesjes inneemt, is een van de bronnen van het succes van de beweging, denkt Spire. Wie om betere arbeidsvoorwaarden of loonsverhoging vraagt, verenigt zich doorgaans met vakgenoten in een vakbond. Maar belastingen gaan iedereen aan, ook zelfstandige ondernemers en gepensioneerden, groepen die de afgelopen weken in groten getale gele hesjes aantrokken.

Geloof in politieke vertegenwoordiging is aangetast

Veel demonstranten van de gele hesjesbeweging hebben hun vertrouwen in de politiek verloren. Een groot deel van de actievoerders stemt niet, zegt socioloog Benoit Coquard. ‘De meesten hebben zelden gedemonstreerd, hooguit een keer tijdens hun studententijd.’ Dat deze burgers zich nu toch mobiliseren is wat Coquard betreft iets om opgetogen over te zijn. ‘Nu ze rechtstreeks in hun portemonnee worden geraakt, blijft er weinig over van die vermeende politieke desinteresse.’

De gele hesjesbeweging koestert een diep wantrouwen in de politiek. Vooral Macron moet het ontgelden, maar tekenend is het feit dat haast iedere poging van oppositieleiders om mee te surfen op de golven van het protest categorisch wordt afgekeurd door de demonstranten. In de ogen van de gele hesjes behoren ook de populistische flanken van het politieke spectrum – met vertegenwoordigers als de uiterst rechtse Marine Le Pen en de uiterst linkse Jean-Luc Mélenchon – tot de gewraakte politieke elite.

Als zittend president is Macron de kop van jut, maar voorgangers als Hollande en Sarkozy deden het in de ogen van de actievoerders niet veel beter. ‘De laatste Franse president die zich inzette voor de bevolking was De Gaulle’, zei Jacline Mouraud, een van de gezichten van de gele hesjes. Het maakt niet uit wie er in het Élysée zit, is de teneur, ze behoren allemaal tot dezelfde elitaire politieke kaste en geven allemaal niets om het volk.

Beeld Getty Images

De gele hesjes zijn niet alleen hun vertrouwen in politici verloren, maar in het politieke systeem als geheel, zegt Spire. ‘Ze verwerpen het hele idee van vertegenwoordig, ze geloven niet in de representatieve democratie.’ In uitzonderlijke gevallen neemt die afwijzing van de democratische instituties fascistoïde vormen aan, bijvoorbeeld toen een van de woordvoerders van de gele hesjes voorstelde om premier Édouard Philippe te vervangen door een voormalige legerbaas, generaal De Villiers.

Hét grote probleem voor de hesjes: hoe organiseer je een beweging als je het systeem van vertegenwoordiging afwijst? Iedere poging van actievoerders om het voortouw te nemen en als woordvoerders op te treden, wordt beantwoord met bedreigingen van andere gele hesjes. ‘Ze moeten een procedure zien te vinden die hun woordvoerders legitimiteit verschaft’, zegt Spire. ‘Tot nu toe benoemen de woordvoerders zichzelf. En dan zeggen anderen: waarom zijn wij niet geconsulteerd?’

Macron heeft het volk en de oppositie tegen zich in het harnas gejaagd

En de president? Is Macron zelf medeschuldig aan de volksopstand die zijn presidentschap zou kunnen doen wankelen? Duidelijk is in elk geval dat hij er in de eerste anderhalf jaar van zijn termijn niet in is geslaagd om het imago van president des riches van zich af te schudden. Mede door Macrons belastingbeleid is het beeld ontstaan van een president die cadeautjes aan de rijken uitdeelt.

Vooral de afschaffing van de vermogensbelasting ISF aan het begin van Macrons mandaat blijkt met terugwerkende kracht funest voor de beeldvorming. Die impôt sur la fortune was de reden dat rijke Fransen als Charles Aznavour en Gérard Depardieu als belastingvluchtelingen in het buitenland gingen wonen. ‘Er is een niet te onderschatten symbolische werking uitgegaan van de afschaffing van die belasting’, zegt Coquard. ‘Als je vervolgens de belastingen die vooral de armeren relatief hard treffen blijft verhogen, krijg je op een bepaald moment de rekening gepresenteerd.’

Beeld Getty Images

Volgens Spire is er een nog fundamentelere reden waarom Macron de protestgolf van de gele hesjes aan zichzelf te wijten heeft. ‘Onze president heeft belangrijke democratische instituties als politieke partijen en vakbonden zélf vleugellam gemaakt. Hij betrekt ze niet bij zijn beleid, hij regeert om ze heen. Hij heeft alle macht naar zich toegetrokken.’

Macron heeft de instrumenten waarmee politieke tegenstanders normaliter druk op de uitvoerende macht kunnen uitoefenen naar de zijlijn weten te drukken. Maar daarmee heeft hij geen einde gemaakt aan tegenstand en kritiek, die nu op een ongestructureerde en nauwelijks controleerbare manier de kop opsteken. ‘De president heeft zijn eigen monster geschapen’, zegt Spire. ‘Hij staat nu oog in oog met een haast ontembare woede-uitbarsting van het volk.’

Het lijkt er bovendien op dat de verkiezingsoverwinning van Macron, die alle bestaande partijen schijnbaar uit het niets wist te passeren, en de af en toe nogal paternalistische houding van de president een vernederend effect op de oppositie hebben gehad. Macrons verticale bestuursstijl komt nu als een boemerang terug in zijn gezicht. Van links tot rechts springen oppositiepolitici op de gele hesjestrein.