Direct naar artikelinhoud

Ondanks een roerige geschiedenis is het islamitische Avicenna College een voorbeeldschool

Een les elektrotechniek op het Avicenna College in Rotterdam.Beeld Werry Crone

Het Avicenna College in Rotterdam levert volgens de inspectie goed onderwijs, maar wordt nog altijd achtervolgd door het slechte verleden.

Docenten en leerlingen van het Rotterdamse Avicenna College hebben nog altijd last van de omstreden voorgeschiedenis van hun school. In 2014 werd de school opgericht na het omvallen van Ibn Ghaldoun, een islamitische onderwijsinstelling die keer op keer negatief in het nieuws kwam, onder meer vanwege gebrekkige onderwijskwaliteit en grootschalige diefstal van examens door leerlingen.

Avicenna-docenten vrezen soms dat de oude situatie terugkeert. Ook ervaren sommige leerlingen en docenten nog wantrouwen van de buitenwereld, zo valt te lezen in het onderzoek ‘Veerkrachtig Avicenna College’ dat vandaag verschijnt.

Er hoeft maar iets te gebeuren en je hoort bij collega’s: We willen niet opnieuw Ibn Ghaldoun worden
Wim Littooij, bestuurder Avicenna College

Ibn Ghaldoun

Eerder dit jaar al concludeerde de onderwijsinspectie dat de school­resultaten en de kwaliteit van het onderwijs prima zijn. Toch echoot de nare voorgeschiedenis nog altijd na. “Er hoeft maar iets te gebeuren en je hoort bij collega’s: We willen niet opnieuw Ibn Ghaldoun worden”, zegt bestuurder Wim Littooij, die vanaf het begin bij het Avicenna College betrokken is. Hij denkt dat de schaduw van het verleden nog wel een tijdje blijft hangen. “Pas als er meer islamitische scholen zijn zoals de onze, zal dit verleden langzaam wegebben.”

Het onderzoek, dat in opdracht van de school is uitgevoerd door de Universiteit van Amsterdam, zoomt in op de dagelijkse dilemma’s waarmee deze islamitische school te maken heeft. Zo worstelt het Avicenna net als veel andere scholen met een religieuze signatuur met het wel of niet toestaan en aanmoedigen van ­diversiteit, bijvoorbeeld op het gebied van geloof of in de verhoudingen tussen mannen en vrouwen.

Er is volgens de onderzoekers ‘druk om tot één waarheid te komen’. Littooij noemt dit ‘een aandachtspunt’. Door te streven naar een divers docentenkorps met mannen en vrouwen, verschillende nationaliteiten, moslims en niet-moslims, moet er volgens hem ruimte blijven voor verschillende interpretaties. “We hebben verhoudingsgewijs jonge docenten, die al een stuk moderner denken.”

School van de toekomst

Het onderzoek is mede uitgevoerd omdat de school, die zo’n 850 leerlingen heeft en ieder jaar groeit, bij politici en beleidsmakers geldt als voorbeeld voor de toekomst van het islamitische middelbaar onderwijs in Nederland. In de zomer van 2014 ontstond het Avicenna College als een zelfstandige islamitische school. De voorganger van het Avicenna, de in 2000 opgerichte islamitische scholengemeenschap Ibn Ghaldoun, kreeg veel kritiek. De onderwijskwaliteit behoorde tot de laagste van het land en er was financieel wanbeleid. In 2013 stopte de subsidie, nadat leerlingen centraal schriftelijke examens hadden gestolen en verspreid. 

Nu is het Avicenna de eerste islamitische middelbare school in ­Nederland die op alle fronten goed scoort: er is volgens de onderwijsinspectie goed onderwijs, de school voldoet aan de wet- en regelgeving en er is aandacht voor waarden en normen van de democratische rechtsstaat. 

In Amsterdam is vorig jaar het Cornelius Haga Lyceum van start gegaan, een is­lamitische middelbare school waar gemeente, ministerie en is­lamitische organisaties wel zorgen over hebben.

Lees ook:

Het kan wel degelijk: een succesvolle islamitische school oprichten

Vijf jaar na de eindexamenfraude op de islamitische middelbare school Ibn Ghaldoun heeft Nederland een islamitische school waar de Onderwijsinspectie tevreden over is.