Het Nederlandse Openbaar Ministerie wil dat het briefgeheim niet langer van toepassing is op postpakketten. De gedachte achter deze wens van het OM is dat het belang van opsporing zwaarder telt dan de privacy.
Officier van justitie Barbara van Unnik zegt tegen de NOS dat er alleen de wens is dat het briefgeheim voor specifiek postpakketten wordt opgeheven, niet voor brieven. Volgens haar zit er in pakketten minder privacygevoelige informatie dan in brieven.
In de ogen van de officier van justitie moet bij de afweging van het belang van de opsporing en die van de privacy, de balans uitvallen in het voordeel van de opsporing. "De hele keten van drugs is heel gevaarlijk. Dat begint al bij de productie van xtc, dat met ontploffingen en branden gevaarlijk is voor de omgeving. En de drugs zelf zijn slecht voor de gezondheid."
Als het in de Grondwet opgenomen briefgeheim niet meer zou gelden voor postpakketten, betekent dat dat het OM verdachte pakketten direct kan openen. Dat zou de opsporing veel sneller en effectiever maken, is de gedachte. Verdachte pakketten zijn bijvoorbeeld pakketten waarvan vermoed wordt dat er drugs of andere illegale goederen in zitten.
Overigens vallen alleen postpakketten die via PostNL zijn verstuurd onder het briefgeheim; andere aanbieders hebben hier niet mee te maken. Dat komt omdat PostNL onder de Postwet valt. Concurrerende bedrijven die alleen pakketten en geen post of brieven leveren, vallen niet onder het regime van de Postwet.
D66 vindt dat de huidige situatie, waarbij een rechter beoordeelt of een gesloten pakket mag worden geopend, moet blijven zoals die is. Ook GroenLinks vindt het te snel gaan om het briefgeheim op deze manier op te doeken. Het CDA is het met het OM eens en vindt dat een pakket minder bescherming behoeft dan een brief. De partij wil het voor de opsporingsdiensten eenvoudiger maken om de verspreiding en verkoop van drugs tegen te gaan.