Direct naar artikelinhoud
column

Met eng nationalisme is een compromis onmogelijk

Hans Goslinga

Wie nationalisme predikt, pleegt verraad aan de vaderlandsliefde, zei de Franse president Macron op 11 november bij de herdenking van het einde van de Eerste Wereldoorlog. Bondskanselier Merkel voegde er deze week in de Bondsdag aan toe dat dit een ‘echte tegenstelling’ is. Dat betekent volgens haar dat er geen compromis mogelijk is.

De machtigste regeringsleiders van Europa sloegen daarmee twee vliegen in één klap. Ten eerste kaapten zij het begrip ‘patriottisme’ onder de handen van het nationalistische populisme weg en voorzagen het van een nieuwe inhoud. In de tweede plaats mobiliseerden zij, beide op hartstochtelijke wijze, de aandacht van de kiezers voor de inzet van de politieke strijd in onze dagen. Dat schept duidelijkheid in de aanloop naar de verkiezingen voor het Europese parlement komend voorjaar.

Volgens Merkel getuigt het van ‘nationalisme in zijn zuiverste vorm’ als je meent dat je als land alle problemen in je eentje kunt oplossen en alleen aan jezelf hoeft te denken. Patriottisme is dat je in het landsbelang samenwerkt met anderen en naar resultaten streeft die voor iedereen gunstig uitpakken. Het leverde haar een daverend applaus op van het grootste deel van het parlement; uit de bankjes van de populistische AfD werden haar verwensingen toegeschreeuwd.

Patriottisme is liefde voor het eigen land, nationalisme is haat tegen dat van anderen.
Charles de Gaulle

Het zal even wennen zijn aan het nieuwe idioom, want patriottisme heeft in Europa niet een onverdeeld gunstige klank. De Franse denker Benda verbond het in 1927 met het nationalisme dat tot de Eerste Wereldoorlog had geleid. De combinatie van het verlangen van de massa naar bezit en macht en de behoefte aan een eigen, bijzondere identiteit waren in zijn ogen een fatale.

Pas na de Tweede Wereldoorlog is in het politieke denken gepoogd nationalisme en vaderlandsliefde scherp te onderscheiden. Charles de Gaulle muntte begin jaren vijftig de uitspraak: “patriottisme is liefde voor het eigen land, nationalisme is haat tegen dat van anderen“. Macron borduurde dus op de lijn van zijn verre voorganger voort.

Misschien wel het meest verhelderend op dit punt is de Franse denker Montesquieu (1689-1755), wiens ideeën het fundament hebben gelegd voor de moderne democratie. In zijn boek ‘Over de geest der wetten’ legt hij het begrip vaderlandsliefde uit als een deugd, niet als een sentiment. Die deugd is liefde voor de publieke zaak, zonder welke volgens Montesquieu de democratie niet kan bestaan. Het tegenovergestelde dus van een sentiment dat, zoals Benda doorzag, tot nationaal egoïsme leidt en door volksmenners gemakkelijk kan worden opgezweept.

Gezamenlijke identiteit

In de afgelopen kwarteeuw hebben in ons land de leiders van zo ongeveer alle politieke partijen gepoogd het begrip ‘patriottisme’ te annexeren als nieuw nationaal bindmiddel. Zonder veel succes, omdat ze vaag bleven over de inhoud en hier toch alles wat zweemt naar nationalisme snel verlegenheid oproept. De gezamenlijke identiteit is in onze natie altijd sterk ontleend aan de verscheidenheid van ideologie en religie, mogelijk ook aan de positie als klein land tussen drie grootmachten en aan het handelskarakter van de natie, beide gebaat bij schutkleuren.

Daar komt bij dat de Bataafse patriotten, die eind 18de eeuw de Oranjes verjoegen en onder bescherming van een Franse bezettingsmacht een nieuwe republiek stichtten, als een soort landverraders werden beschouwd. Ik leerde dat in de jaren vijftig althans nog op mijn christelijke lagere school. Dat de Patriotten de eerste democratische beweging vormden, met oog voor rechten van de individuele burger, is pas de laatste jaren scherper naar voren gekomen dankzij het nuttige revisionisme van historici.

Ook de recente geschiedenis levert voorbeelden op die verwarrend kunnen werken. Zo riepen de liberaal Bolkestein en de populist Wilders de patriottische geest aan om hun aanvallen op de consensus over de Europese samenwerking in een vaderlandse traditie te plaatsen.

Oude rivalen

Je moet dus scherp onderscheiden naar inhoud, wil je begrijpen dat Merkel en Macron onder patriottisme iets anders verstaan dan Bolkestein, Wilders en nu ook Baudet. Zij zijn hier bij uitstek de exponenten van een nationaal egoïsme, waartegen de oude rivalen op dit continent nu zo krachtig waarschuwen. 

Een directe toetssteen voor de positiebepaling van landen en partijen is het VN-pact van Marrakesh. Dit pact is een eerste poging van 180 naties gezamenlijk ordening te brengen in de wereldwijde migratie. Merkel en Macron zijn voor, ten bewijze van hun patriottisme. Merkel krijgt steun van alle partijen minus de populistische AfD. Hier zal moeten blijken of VVD en CDA de regering steunen en dus hun rug recht houden en onder de druk van de nationalisten niet tot ondertekening over te gaan.

Hans Goslinga schrijft elk weekend een beschouwing over de staat van onze politiek en onze democratie.

Lees ook:

Er is niets mis met nationalisme

Nationaal besef en democratisch burgerschap zijn nauw aan elkaar verbonden. Wees blij met de in Europa heroplevende nationale gevoelens. Het zijn tekenen dat er burgers zijn die onze democratie willen redden.