In Jemen woedt al jaren een burgeroorlog. Houthi-rebellen houden een groot deel van het land bezet, terwijl een coalitie van Arabische staten onder leiding van Saoedi-Arabië en aan de kant van het regeringsleger hen vooral met bombardementen probeert te verjagen.
Door het conflict is het toch al straatarme land verder in crisis gestort en dreigt volgens de Verenigde Naties hongersnood voor 14 miljoen mensen. Een blokkade door de Saoedische coalitie verkleint de hoeveelheid hulpgoederen die het land kunnen worden binnengebracht.
Hulporganisatie Save the Children schat dat er in de laatste drie jaar, sinds het begin van het conflict, zo'n 85.000 kinderen onder de vijf jaar zijn bezweken aan honger en ziekte.
De strijd in Jemen woedt in onder meer in de belangrijke havenstad Hodeida, waar de coalitie probeert de Houthi's te verdrijven. Volgens Mattis heeft de coalitie de aanvallen opgeschort en is de frontlinie als drie dagen niet veranderd.
Bij de vredesbesprekingen zullen vertegenwoordigers van de Houthi's en van de door de VN erkende regering aanschuiven. Een eerdere poging om de partijen aan tafel te krijgen in september in Genève mislukte omdat de Houthi's niet kwamen opdagen.