Direct naar artikelinhoud
Interview

Theoloog Miroslav Volf: We vergeten blij te zijn

Miroslav Volf, hoogleraar in Yale (VS).

Vraag hem naar God en al snel begint hij over vreugde. Want echte vreugde bevat de boodschap dat het kwaad niet overwint, zegt  theoloog Miroslav Volf. 

Nee, zegt theoloog Miroslav Volf, geloven is niet het individueel vasthouden aan bepaalde geloofsvoorstellingen. Geloven is een manier om in het leven te staan. De afgelopen jaren richtte Volf – de Kroaat geldt als een van de invloedrijkste theologen van deze tijd – zijn blik op de relaties tussen verschillende religies. Welke waarden hebben ze gemeenschappelijk? En: wat heeft religie de moderne maatschappij te bieden? Veel, zegt Volt. Religie is volgens hem zelfs van onmisbare waarde.

Wat is die onmisbare waarde van religie voor onze samenleving?

“Ondanks alle verschillen stemmen de grote wereldreligies hierin overeen: ze willen het goede leven bevorderen. Het welzijn van mensen. Dat ons leven hier op aarde tot bloei komt. Een van de grootste problemen van het Westen is dat we een gedeeld idee van het goede kwijt zijn. Het goede is een privézaak geworden. Het is ‘van mij’, de steeds veranderende droom van mijn goede leven. En ik heb voortdurend andere bronnen nodig om mijn wisselende dromen te verwezenlijken. Dat kan geld zijn of kennis, reputatie, schoonheid. Doordat ik rusteloos deze bronnen najaag, veranderen ze al snel van een middel in een doel. Vergelijk het met een schilder die zo geobsedeerd is door de middelen voor haar kunst – een prettig atelier, de juiste verfsoorten en kwasten – dat ze haar plezier in het schilderen is kwijtgeraakt. We reflecteren maar weinig op wat we werkelijk belangrijk vinden en staren ons blind op de middelen om die onbereflecteerde doelen te bereiken. Daartussen bevindt zich vaak een heel oppervlakkig en onbevredigd bestaan.

Bestaat God? Daar kun je je lang druk over maken. Bestaat liefde? Even moeilijk te bewijzen.
Miroslav Volf

“Religies bevatten in hun kern visioenen van een bloeiend bestaan. Niet zomaar als beelden om lekker bij weg te dromen. Nee, ze helpen je het goede leven ook werkelijk te omarmen en ze bevatten de spirituele praktijken om ze uit te leven. Ik denk dat religieuze idealen de meest duurzame visies op het goede leven zijn die we hebben.”

U schrijft veel over zaken als vergeving, zorg voor mensen die lijden, Gods onvoorwaardelijk liefde, ‘heb uw vijand lief’. Maakt u van religie niet een roze wolk waar iedereen het wel mee eens is?

“Dat verhaal is niet zo rooskleurig en gladjes, hoor. Veel mensen zien het als het doel van hun leven om hun persoonlijk geluk te laten toenemen en hun lijden te verminderen. Ook voor hen is liefde belangrijk. Maar liefde is voor hen niet meer het doel, maar een middel. Het is een middel om persoonlijk geluk te bevorderen. Om hun levensplezier te doen toenemen. En als liefde geen geluk oplevert, dan probeer je maar iets anders. Leven vanuit liefde is niet gemakkelijk en zal je juist veel kosten. Toch is die kostbare liefde de blijvende, duurzame kern van een werkelijk bloeiend leven.”

Die focus op het tot bloei brengen van ons leven, is dat niet heel horizontaal? Geloof is toch gericht op God?

“Ik zou eerder zeggen dat het over ‘gemeenschap met God’ gaat. En daar denken we vaak over in veel te abstracte en vergeestelijkte termen. Onze relatie met God gaat over alle onderdelen van ons leven. De beste omschrijving van het doel van het menselijk leven die de Bijbel geeft is ‘koninkrijk van God’, of zoals ik liever zeg: de wereld als Gods huis. Paulus geeft ergens drie termen die dat koninkrijk omschrijven: rechtvaardigheid, vrede en vreugde in de heilige Geest. Dat vat wel zo’n beetje samen waar het om gaat.

“Vooral dat aspect van vreugde vind ik belangrijk. Dat gaat er niet om dat je je simpelweg goed voelt. Het gaat om jezelf goed voelen over iets wat ook echt goed is. Dat je verenigd bent met wat je liefhebt. In onze maatschappij zijn we vergeten blij te zijn. Twee kenmerken van onze tijd: onverzadigbare verlangens en onhaalbare verantwoordelijkheden. Beide laten ons hopeloos achter. We hebben nooit genoeg en wat we hebben vinden we niet goed genoeg. Vervolgens zijn we zelf ook nog eens nooit goed genoeg. Is dat nieuw? Nee, lees het bijbelboek Prediker maar. Dat is vol van de doem van ontevredenheid en de onmogelijkheid te kunnen genieten van wat het leven je geeft.

“Vreugde is iets heel anders dan lol. Vreugde kan standhouden, zelfs in het aangezicht van rouw en verdriet. Je werkelijk over de dingen kunnen verheugen zou vandaag weleens een daad van bevrijding kunnen zijn, of opstand zelfs. Vreugde bevat de boodschap dat het kwaad niet overwint.”

Er zijn vast mensen zijn die dat religieuze visioen graag willen omarmen, maar het niet kunnen. Want religies zijn ongeloofwaardig geworden.

“Jezelf gelovig noemen is niet hetzelfde als in allemaal ongeloofwaardige dingen moeten geloven. Geloven gaat over een basaal vertrouwen hebben in het leven. Over het ontdekken van een soort oer-goedheid, ondanks al het lijden in de wereld. Over een existentieel vertrouwen dat leven vanuit liefde en dat ontvankelijkheid voor liefde uiteindelijk niet beschaamd zullen worden. En ja, dat gaat voor mij terug op de drie-eenheid, de gemeenschap van oneindig gevende liefde die God zelf is.

“Bestaat God? Daar kun je je lang druk over maken. Voor mij is die vraag parallel aan de vraag ‘bestaat liefde?’ Even moeilijk te bewijzen, nietwaar? En even essentieel. God valt niet te ontdekken aan het einde van een keten van argumenten, maar door al levend liefde en goedheid op het spoor te komen. Die ontdekking heeft ook altijd iets van een sprong, een avontuur.”

De levendigheid, de aardsheid waarmee u geloven omschrijft, zijn niet per se kenmerken van gelovigen. Nietzsche verweet christenen dat ze allesbehalve ‘trouw aan de aarde’ waren.

“Inderdaad, en daarin had Nietzsche gelijk. Veel gelovigen gebruiken religie om aan het leven te ontsnappen. Of zelfs om het leven te haten. Toch zal ik niet zeggen dat je vooral niet op gelovigen moet letten als je het geloof wilt begrijpen. Om God te leren kennen moet je je openstellen voor vertrouwen, liefde en vreugde. En die houding ontstaat vaak wanneer je hem ziet bij anderen. Je ziet hem weerspiegeld in levens die gestempeld zijn door vertrouwen, liefde en vreugde. Die kunnen een verlangen daarnaar bij je oproepen. Om daar ook ‘in te zijn’.

“Nou is het heel veel mensen nooit gelukt om Jezus Christus als incarnatie van ware menselijkheid te zien. Dat geldt ook voor iemand als Franciscus van Assisi, de man van radicale armoede en nederigheid. Voor velen zijn Christus en Franciscus vandaag de dag morele vreemdelingen die op afstand staan. Maar misschien kunnen we als gelovigen iets van hun goedheid weerspiegelen. Iets van hun vertrouwen, hun liefde en vreugde leven en hopen dat het aanstekelijk is voor anderen om ook zo te leven. Niet omdat je vanuit jezelf zo verlangt naar geloof en liefde, maar omdat je het waarneemt bij anderen.”

Miroslav Volf spreekt vandaag op de Vrije Universiteit in Amsterdam en morgen op het Geestdrift Festival in Utrecht. Zie www.geestdriftfestival.nl.

Wie is Miroslav Volt?

Miroslav Volf (1959) is een wereldwijd vermaard protestants theoloog en publiek intellectueel. Hij werd geboren in Kroatië. Voor zijn studie theologie en filosofie trok hij onder andere naar Duitsland, waar hij bij theoloog Jürgen Moltmann studeerde. Later verkaste hij naar de Verenigde Staten, waar hij sinds 1988 hoogleraar theologie is aan Yale Divinity School.

In zijn werk verbindt Volf theologie sterk aan maatschappelijke vragen. Hij is vooral bekend geworden door zijn boek ‘Exclusion and Embrace’ uit 1996. In dat boek theologiseerde hij op het scherpst van de snede over de oorlog in voormalig Joegoslavië, zijn oude thuisland. Zijn theologische bijdrage over verzoening die recht wil doen aan de identiteit van zowel daders als slachtoffers ervoeren velen als uiterst urgent. Het wordt beschouwd als een van de invloedrijkste theologische boeken van de twintigste eeuw.

Lees ook:

Wat maakt het geloof geen krampachtig houvast? De liefde, zegt men

Ik verwonder me erover hoe gemakkelijk religie en geloof soms worden gereduceerd tot iets dat voortkomt uit een menselijk tekort - angst voor onzekerheid, het onbekende, schuldgevoelens etc, schrijft Welmoed Vlieger in haar column. Het is een omstreden terrein geworden dat om moedige reflectie vraagt bij diegene die het religieuze ernstig neemt.