Direct naar artikelinhoud

De politiek wilde innovaties zoals de Stint, geen regels

De politiek wilde innovaties zoals de Stint, geen regels
Beeld ANP

Dat niemand controle had op de Stint was een keuze van kabinet én Kamer. De politiek wilde innovaties niet tegenwerken.

Het Kamerdebat met Cora van Nieuwenhuizen was afgelopen donderdag al enkele uren aan de gang, toen de minister van infrastructuur zich liet ontvallen: "Ik weet niet welke Stints er allemaal rondrijden."

Het verkeersdrama in Oss, waarbij op 20 september vier kleine kinderen om het leven kwamen, heeft geleid tot hoogoplopend politiek debat. Van Nieuwenhuizen zag zich genoodzaakt om twee weken na het ongeluk de Stint uit voorzorg van de weg te halen. Uit 'verkennend onderzoek' bleek dat er twijfels zijn over de 'technische constructie'.

Waar de Kamer veel minder kabaal over maakt is het totale gebrek aan toezicht op de Stint

De oppositie bekritiseert dit besluit van de minister. SP, PVV en GroenLinks betwijfelen of Van Nieuwenhuizen de Kamer de afgelopen weken volledig en juist heeft geïnformeerd. Meer dan het halve debat ging vorige week op aan de vraag of alle relevante documenten op tijd openbaar zijn gemaakt. Vanavond gaat het Kamerdebat verder. En dan zal de oppositie de minister opnieuw op dit punt aanvallen.

Gebrek aan toezicht

Waar de Kamer veel minder kabaal over maakt is het totale gebrek aan toezicht op de Stint. De elektrische bolderkar reed sinds 2012 op de openbare weg. Sindsdien is er op geen enkele manier controle op geweest, ondanks dat het vervoersmiddel de afgelopen jaren diverse keren is aangepast. Van Nieuwenhuizen zei donderdag: "De constatering dat er nooit toezicht op de Stint is geweest kan ik niet anders dan beamen." De minister meldde er fijntjes bij dat de Kamer hier destijds willens en wetens mee heeft ingestemd.

In 2007 kreeg het toenmalige ministerie van verkeer en waterstaat het verzoek om de Segway toe te laten op de weg. Europese regels hielden dat tegen. Kabinet én Kamer, zei Van Nieuwenhuizen, zochten vervolgens naar een manier om 'innovatieve voertuigen' wel een plek te kunnen geven in het verkeer. Zo ontstond de nieuwe categorie 'bijzondere bromfiets'.

Het wetsvoorstel dat dit regelde passeerde zonder problemen de Tweede en Eerste Kamer. Voortaan mocht iedereen van zestien jaar en ouder zo'n voertuig besturen. Er geldt geen helmplicht, een rijbewijs is niet nodig. En wat toezicht betreft zou er een 'licht regime' gelden. Oftewel: de fabrikant is zelf verantwoordelijk voor controle. De politiek wilde innovaties niet tegenwerken.

Zo kon het gebeuren dat aanvankelijk 'bijzondere bromfietsen' voor één persoon op de weg verschenen, maar sinds 2012 dus ook de Stint, een bolderkar waarmee je tien kleuters kunt vervoeren. Aanpassingen die de fabrikant de afgelopen jaren aan een deel van de voertuigen deed, zoals het opvoeren van de elektromotor van 800 naar 1200 Watt, bleven voor de overheid onopgemerkt.

VVD-Kamerlid Remco Dijkstra zei donderdag dat er destijds 'enorm veel enthousiasme' in Den Haag was voor deze nieuwe vervoersmiddelen. Ook tot zijn eigen schrik moest hij vaststellen dat in de periode voor het ongeluk in Oss inmiddels negen types Stints rondreden. Stieneke van der Graaf (ChristenUnie) stelde de retorische vraag: "Hadden we niet eerder alert moeten zijn ten aanzien van heel specifiek dit voertuig?”

Lees ook:

Minister door het stof: Stint reed jaren rond zonder enig toezicht

Minister Van Nieuwenhuizen ging door het stof: Ja, de Kamer kreeg informatie te laat. Maar de Stint is terecht van de weg.