Het vuile woord ‘Fortuyn’ mag niet vallen aan de Buitenhof-tafel

22-10-2018 11:02

Jan Peter Balkenende, Diana Matroos, Gerdi Verbeet en Dick Benschop aan de tafel van Buitenhof.

Hans van Willigenburg schreef deze zomer de recensies over Zomergasten. Dat smaakt naar meer, vindt ons van TPO. Daarom vanaf nu geregeld TV-recensies van zijn hand. Maar daar hebben we wel uw hulp bij nodig want hij doet het niet gratis. Daarom een vriendelijk verzoek: DONEER AAN HANS VAN WILLIGENBURG! 

Het overlijden van oud-PvdA-premier Wim Kok afgelopen zaterdag werd een dag later, logischerwijs, één van de hoofdonderwerpen bij VPRO’s Buitenhof. Aan tafel waren zijn opvolger, premier Balkenende, één van zijn beste vrienden, Dick Benschop (ex-staatssecretaris, thans Schipholbaas) en PvdA-veteraan en voormalig Kamervoorzitter Gerdi Verbeet uitgenodigd. Een wel heel veilige keuze uit het Haagse establishment. Natuurlijk ging het over ‘de persoon’ Kok en ‘zijn betekenis’ voor de Nederlandse politiek. En vanzelfsprekend was het nieuws van Kok’s dood nog te vers voor een kritische analyse van zijn premierschap, zijn vakbondswerk daarvoor en zijn diverse functies in het bedrijfsleven daarna. De publieke omroep, en in dit geval Buitenhof, leende zich, kortom, voor een eredienst, hetgeen inhield dat we dingen te horen kregen die een enigszins geïnteresseerde al lang wist. Dat Kok zo’n beetje de uitvinder van ‘het poldermodel’ was geweest. Een harde werker, bovendien, die elk gaatje in de dossierkennis van een collega op misprijzen trakteerde. Een man vol verantwoordelijkheidsbesef ook. En tot zijn dood diep bewogen door het fiasco van het Nederlandse VN-optreden (of beter, het niet-optreden) in Srebrenica (ex-Joegoslavië).

Niet alleen wierp de eredienst bij Buitenhof een glashelder licht op de vergankelijkheid van het politieke bedrijf en iedereen die er werkzaam is. Maar ook op de reëel bestaande kaasstolp van de Haagse wandelgangen. Terwijl ‘buiten’ de geest uit de fles raakte, het graaien in de semipublieke sector van start ging, overheidsdiensten werden verpatst aan de vrije markt, de financiële sector geldcreatie per muisklik ontdekte, zorg en onderwijs ten prooi vielen aan schaalvergroting en de multiculturele samenleving kritiekloos als een verworvenheid werd voorgespiegeld, moesten we Kok volgens Jan-Peter Balkenende bijzonder waarderen vanwege onvermoeibare vergaderlust en zijn motto ‘werk, werk, werk’. En zong Benschop de loftrompet over Kok’s rol bij het ontstaan van de discutabele ‘Derde Weg’, een vorm van sociaaldemocratie waarbij de banken, in ruil voor deregulering, een fooi moesten afstaan om de verzorgingsstaat op peil te houden. Natuurlijk kon het einde van Kok’s premierschap en het kerende tij onder de bevolking na de Paarse kabinetten niet volledig onbesproken blijven. Doelend op de opkomst van de LPF sprak Benschop met een zuur gezicht van een ‘kladderatsch’, en interviewer Diana Matroos, toch al de meest begripvolle van het presentatie trio Kelder-Witteman-Matroos, voelde kennelijk geen enkele behoefte een nadere uitleg te vragen bij dat vage begrip.

Tenslotte mocht Gerdi Verbeet als trouwe partijsoldaat ook nog een duit in het zakje doen bij de ophemeling van Kok. Dat hij begin jaren negentig de welbekende ‘ideologische veren’ van de PvdA zou hebben afgeschud (zo ongeveer een vaststaand feit in de geschiedenisboekjes over dit tijdsgewricht) ontkende ze ten stelligste (‘fijn dat u die vraag stelt’). Nee, Kok had de sluizen naar het neoliberalisme helemaal niet open gezet, betoogde Verbeet: het enige wat hij destijds had willen doen is de oorspronkelijke uitgangspunten van de PvdA toetsen aan de tijdgeest. Dat vond Verbeet geen koerswijziging, maar een logische routine check. Dat de tijdgeest van toen beval dat de markt op alles het antwoord wist en de PvdA wel degelijk in die gedachtegang, onder leiding van Kok, van harte meeging, vertelde ze er even niet bij.

Zelf herinner ik me Kok vooral van een tv-optreden waarin hij computerles kreeg van een lagere school leerling en daarbij de muis behandelde alsof het een afstandsbediening betrof; tot grote hilariteit van het studiopubliek bewoog hij de muis door de lucht en via het drukken op de muisknop verwachtte hij dat er commando’s naar het computerscherm werden verzonden. Hier toonde zich een politicus die openlijk ‘disconnected’ was met de samenleving en achter wiens rug de bankiers kliksgewijs miljarden aan het bij toveren sloegen.

Het zou nog een paar jaar duren voordat Kok zou concluderen dat de eenentwintigste eeuw ‘niet zijn eeuw’ zou worden. Een zeldzaam scherpe observatie over zichzelf.