Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

‘Nu begrijp ik pas hoe ongehoord sociaal Appie was’

Interview Henk Spaan zou de biografie van voetballer ‘Appie’ Nouri schrijven, ooit, als hij een internationale ster was. Maar het noodlot sloeg toe – en dus is het boek er nu al.

Abdelhak Nouri bij zijn debuut voor Ajax, in september 2016 tegen Willem II, waarin hij scoorde.
Abdelhak Nouri bij zijn debuut voor Ajax, in september 2016 tegen Willem II, waarin hij scoorde. Foto Stanley Gontha

Negen jaar oud was Abdelhak Nouri toen Henk Spaan hem voor het eerst zag spelen. Hij was meteen onder de indruk. In de jaren erna kregen ze contact, maakten een praatje na de training, stuurden elkaar appjes.

Ze spraken af dat Spaan op een dag Nouri’s biografie zou schrijven. Het verhaal van ‘Appie’, slagerszoon uit de Amsterdamse achterstandswijk Geuzenveld, die doorbrak bij Ajax, verhuisde naar een topclub in Spanje of Italië en schitterde in het Nederlands elftal. Want dat Nouri een grote voetballer zou zijn geworden, daar is Spaan van overtuigd – en vele anderen met hem.

Het mocht niet zo zijn. Op 8 juli 2017 zakte Nouri, twintig jaar oud, tijdens een oefenwedstrijd van Ajax in het Oostenrijkse Innsbruck ineen. Hartstilstand. Hij liep ernstige en blijvende hersenschade op en ligt nog altijd in coma.

Het boek van Spaan is er toch gekomen: deze woensdag wordt het gepresenteerd op het Calvijn College Amsterdam in Nieuw-West, Nouri’s oude middelbare school. Het is een ander boek dan Spaan destijds gehoopt had. Nouri, de belofte is een lofzang op de geweldige voetballer die Appie was, zeker, maar leest bovenal als een verdrietige kroniek van alles wat nooit zal plaatsvinden – met dank aan het noodlot.

Ongehoord sociaal

Voor Nouri, de belofte sprak Spaan met tientallen mensen uit Nouri’s omgeving: trainers, oud-docenten, voormalige teamgenoten. Ook Nouri’s broer, oom en vader – niet scheutig met media-optredens – werkten mee. Pas tijdens die gesprekken begreep Spaan hoe „ongehoord sociaal” Appie was. „Ik vond hem altijd al een leuke, grappige jongen. Hij was verbaal goed, keek goed uit zijn ogen. Maar nu pas realiseerde ik me hoe ontzettend sociaal slim hij was, in én buiten het veld.”

In de Ajax-jeugd was Nouri’s gezag onbetwist. Hij nam het woord in de kleedkamer – iets wat coaches nooit hadden geaccepteerd van andere spelers. In het boek vertelt een voormalige jeugdtrainer hoe Nouri er een keer bij kwam staan toen hij de rechtsback wat tactische aanwijzingen gaf. Spaan: „Daarna legde Appie het nog een keertje uit. Hij begreep meteen: hier is een vertaling nodig in straattaal.”

Nouri was altijd beleefd en betrokken. Langs het trainingsveld kreeg Spaan een hand: „Dag Henk, hoe is het met u?” Na zijn eindexamen bleef de Ajacied langskomen op zijn oude school, het Calvijn, als ambassadeur. Toen de conciërge van de school plots overleed, stond Nouri kort daarop met een envelopje op de stoep bij diens weduwe.

Lees ook een artikel over het handelen van Ajax en de clubarts in de zaak-Nouri

Waar die voorkomendheid vandaan kwam? „Hij had een enorme topsportmentaliteit,” zegt Spaan. „Maar hij was ook gewoon heel goed opgevoed.” Anders dan het clichébeeld van de Marokkaans-Nederlandse opvoeding (gezagsloze vaders, onzichtbare moeders) suggereert, denkt Spaan dat „in die kringen ouders meer invloed op hun kinderen hebben dan autochtone Nederlanders”.

De belofte is ook een ode aan de Amsterdamse tuinsteden Geuzenveld en Slotermeer, waar Appie en zijn broers woonden en vele duizenden uren op pleintjes en veldjes voetbalden. Spaan zelf groeide er ook op – het boek is doorspekt met zijn eigen jeugdherinneringen uit de jaren vijftig en zestig. Volgens Spaan is er in een halve eeuw „niets fundamenteels veranderd” in Nieuw-West. „Ons leven bestond voor de helft uit buiten spelen, voetballen. Voor Appie en zijn broertjes gold dat ook.”

Nouri, de belofte werkt onontkoombaar toe naar die fatale 8 juli 2017. Het verhaal is bekend, we kennen de beelden, maar Spaan komt met nieuwe, beklemmende details. Spits Klaas-Jan Huntelaar die naar de spelersbank loopt en met zijn handen een gebaar maakt om zijn hals: tong ingeslikt. Nouri’s makker en oud-teamgenoot Steven Bergwijn, inmiddels PSV’er, die duizend kilometer verderop in tranen uitbarst als hij het nieuws hoort. De Ajax-arts die tegen Appie’s ingevlogen familie zegt: „Je gaat straks een heel zieke zoon zien.”

Geen steun vanuit Ajax-directie

Spaan is er „honderd procent zeker” van dat zeker vier of vijf Ajacieden na Innsbruck kampten met verschijnselen van post-traumatische stressstoornis. „Ze vertelden me dat ze slecht sliepen en dat ze last hadden van hartkloppingen. Donny van de Beek, zijn beste vriend, ging tijdens het seizoen niet meer bij Appie langs in het verpleegtehuis, omdat hij er zo slecht van sliep.”

Lees ook: Ajax erkent fout in zaak Nouri

Des te opmerkelijker is het om te lezen dat Nouri’s teamgenoten in de dagen en weken na de gebeurtenis geen enkele steun kregen vanuit de Ajax-directie. Toenmalig trainer Marcel Keizer en zijn technische staf moesten zelf regelen dat de mental coach van de club met de jongens ging praten die daar behoefte aan hadden. „Ik denk niet dat het onwil was, eerder totale onervarenheid met dit soort situaties. Maar de directie had daar meteen een batterij professionals op moeten zetten, niet een of andere voormalige volleybaltrainer die mental coach was.”

Spaan is „opgelucht” dat Ajax-directeur Edwin van der Sar deze zomer „op z’n schreden” is teruggekeerd en heeft toegegeven dat de medische staf fouten heeft gemaakt bij de behandeling van Nouri. „Ik denk niet dat Ajax dit nog een keer laat versloffen. Publicitair kunnen ze zich dat niet veroorloven.”

Soms leest De belofte bijna als een heiligenleven. Appie was grappig, sociaal, extreem getalenteerd en ondanks alles een bescheiden jongen. Het enige kattenkwaad dat Spaan kon opdiepen is dat hij als tienjarige met een teamgenootje erwten tegen de ramen van de buren schoot.

„Tja, de kritiek zal wel zijn dat het té positief is. Ik ben niet vrij van cynisme, maar daar had ik nu geen zin in. Op YouTube kun je zien hoe goed Appie was, maar een heldendicht als dit heeft iets meer duurzaamheid. Knappe jongen die nu nog iets afdoet aan de reputatie van Nouri.”

Henk Spaan: Nouri, de belofte. Uitgeverij Ambo | Anthos, 232 blz., € 20,-