Volgens het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten is het niet duidelijk welke groep precies verantwoordelijk is voor het afvuren van de granaten. "Dit is een schending van de deal", zegt Rami Abdel Rahman, hoofd van het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten tegen het Franse persbureau AFP.
Afgelopen maand werd een akkoord gesloten tussen Rusland en Turkije. Er werd besloten 'bufferzones' in te stellen van 15 tot 25 kilometer breed, waardoor de rebellengroepen en het Syrische leger uit elkaar worden gehouden.
In het akoord werd ook geregeld dat rebellen op 10 oktober hun wapens moesten inleveren en dat ze niet in de zogenoemde gedemilitariseerde zones mochten verblijven. Op 15 oktober moesten de rebellen het gebied bovendien hebben verlaten. Het lijkt er vooralsnog niet op dat dit is gebeurd.
Als blijkt dat er nu inderdaad weer gevochten is in het gebied, komt het akkoord tussen Turkije en Rusland onder druk te staan. Het Syrische regeringsleger en haar bondgenoten wilden namelijk een offensief uitvoeren om de rebellen uit Idlib te verdrijven.
'Onduidelijk wie granaten afvuurde'
Idlib is een van de laatste provincies die nog in handen is van Syrische oppositiegroepen. Ze willen zich niet onderwerpen aan het regime van de Syrische president Bashar al-Assad.
Er bevinden zich naast tienduizenden strijders ook miljoenen burgers in de provincie en aangrenzende gebieden die nog in handen zijn van opstandelingen.
Eerdere aanvallen in de noordwestelijke provincie zorgden ervoor dat meer dan dertigduizend inwoners op de vlucht sloegen.
De oorlog in Syrië duurt nu al zeven jaar. In die tijd zijn tienduizenden mensen om het leven gekomen en miljoenen mensen op de vlucht geslagen.
Wil jij elke ochtend direct weten wat je 's nachts gemist hebt en wat er die dag gaat gebeuren? Abonneer je dan nu op onze Dit wordt het nieuws-nieuwsbrief!