Pik Botha in 1997
NOS NieuwsAangepast

Pik Botha, kopstuk apartheidsregime Zuid-Afrika, overleden

Roelof 'Pik' Botha, de Zuid-Afrikaanse politicus die tijdens het apartheidsregime jarenlang minister van Buitenlandse Zaken was, is in Pretoria op 86-jarige leeftijd overleden. Dat bevestigde zijn zoon Piet vanochtend aan de Afrikaanse nieuwswebsite News24.com. Botha was al langere tijd ziek.

Botha begon zijn politieke carrière in de jaren 50 als diplomaat. Hij kreeg al vroeg de bijnaam 'Pik' - afgeleid van pikkewyn, het Zuid-Afrikaanse woord voor pinguïn - omdat hij vanwege zijn voorovergebogen houding leek op een pinguïn. Die gelijkenis werd geaccentueerd door zijn zwart-witte pakken.

In 1970 kwam hij terecht in het Zuid-Afrikaanse parlement en ook was hij voor zijn ministerschap, dat begon in 1977, twee jaar de ambassadeur voor Zuid-Afrika in de Verenigde Staten.

"Vriendelijk gezicht van kwaadaardig regime"

Botha zal dubbel herinnerd worden, zegt correspondent Bram Vermeulen op NPO Radio 1. In het apartheidsregime stond Botha te boek als een liberaal. Zo deed hij in 1986 de befaamd geworden voorspelling dat Zuid-Afrika in de toekomst een zwarte president zou kunnen krijgen als er een overeenkomst gesloten kon worden over de rechten van minderheden.

Die uitspraak, vier jaar voor de afschaffing van het systeem, kwam hem op veel kritiek te staan vanuit zijn eigen partij. Ook pleitte hij in 1982 al voor de vrijlating van Nelson Mandela, vooral omdat hij vreesde dat Mandela dankzij zijn gevangenschap een martelaar zou worden.

Hij was een beetje het vriendelijke gezicht van een kwaadaardig regime.

Correspondent Bram Vermeulen

Door vriend en vijand werd Botha daarnaast geroemd om zijn charisma, humor en onderhandelingstalent. Tegelijk verdedigde hij als minister jarenlang het systeem van rassenscheiding in een tijd dat wereldwijd de weerstand tegen het systeem toenam.

"En iemand die zo lang een regering diende die internationaal is veroordeeld voor grove mensenrechtenschendingen is daar medeplichtig aan", zegt Vermeulen. "Hij was een beetje het vriendelijke gezicht van een kwaadaardig regime."

Tweedehandsautoverkoper met alcohol als smeermiddel

Tijdens het apartheidsregime was Botha volgens correspondent Vermeulen als "de tweedehandsautoverkoper die generaties lang het onverkoopbare probeerde te verkopen aan de wereld".

Botha was de uitvinder van alcohol als smeermiddel bij moeizame onderhandelingen.

Correspondent Bram Vermeulen

Vermeulen: "Hij moest altijd weer de rotzooi opruimen terwijl generaals huis hielden in buurlanden als Namibië en Angola, zogenaamd om het communisme buiten te houden. Maar dat deed hij met verve. Meestal met hulp van een flinke slok alcohol.

"Tijdens onderhandelingen in Angola zou hij zelfs Cubanen onder tafel hebben gedronken. Hij was de uitvinder van alcohol als smeermiddel bij moeizame onderhandelingen."

Draaikont

Na de afschaffing van de apartheid in 1990 bleef hij nog enkele jaren minister onder president De Klerk die aan het hoofd stond van een overgangsregering. In 1994 werd Nelson Mandela gekozen tot president. Onder Mandela was Botha twee jaar minister van Mijnbouw en Energie. Daarna stapte hij uit de politiek.

Zowel tijdens zijn ministerschap als na zijn politieke pensioen was Botha "een beetje een draaikont", stelt Vermeulen. Zo zei hij kort na 2000 dat hij van plan was lid te worden van het ANC, de partij van Mandela, toen zijn eigen Nasionale Party was gemarginaliseerd.

In 2013 benadrukte hij dat hij uiteindelijk nooit lid was geworden van het ANC, toen die partij zwaar onder vuur lag vanwege president Zuma.

Botha ontsnapte in 1988 nog op wonderlijke wijze aan een vroegtijdige dood, toen vliegtickets voor de delegatie waarmee hij zou afreizen naar New York op het laatste moment werden geannuleerd. Het was de vlucht die door een bomaanslag neerstortte bij de Schotse plaats Lockerbie. Iedereen aan boord kwam om het leven.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl