Exclusief de volatiele voedsel- en energieprijzen komt de stijging van het prijspeil uit op 1 procent, meldt het Europese statistiekbureau Eurostat maandag.
Een jaar eerder steeg het prijspeil op jaarbasis nog met 1,5 procent. Op maandbasis bedroeg de inflatie 0,2 procent.
Vooral in Ierland (0,9 procent), Griekenland (0,9 procent) en Portugal (1,3 procent) is de inflatie nog relatief laag. In Estland (3,5 procent), Letland (2,8 procent) en Frankrijk (2,6 procent) is de stijging van het prijspeil juist hoog.
Volgens de Europese methode, die verschilt van de methode van het CBS, kwam de inflatie in Nederland in augustus uit op 2,1 procent.
In de bredere Europese Unie daalde de inflatie van 2,2 procent in juli naar 2,1 procent in augustus. Roemenië (4,7 procent) en Bulgarije (3,7 procent) noteren de hoogste stijgingen in de EU.
Doelstelling Europese Centrale Bank
De inflatie is vooral belangrijk voor de Europese Centrale Bank (ECB). De centrale bank heeft als doelstelling de inflatie net onder 2 procent te houden op middellange termijn. De laatste jaren is de inflatie onder dat streven gebleven en even dreigde zelfs een daling van het prijspeil.
Daarom koopt de ECB al langer maandelijks voor tientallen miljarden aan onder meer obligaties op. Nu de inflatie rond het doel van de ECB beweegt, stopt de centrale bank naar verwachting vanaf het nieuwe jaar met dit beleid.
Wanneer de ECB de enorme balans die met het beleid is opgebouwd zal verkleinen, is nog niet bekend.