Direct naar artikelinhoud
InterviewMohamed Ajouaou

‘Hoe voed je moslimkind op in seculier Europa?’

Waar de ene godsdienst in Europa in de verdrukking zit, bloeit de andere op. De hang naar zingeving is groot, maar wat is de toekomst voor de kerk, moskee of synagoge? Hoe zien religieuze leiders dit? Deel 2 in een korte serie: theoloog Mohamed Ajouaou. 

en
Mohamed Ajouaou is docent Islamstudies aan de Vrije UniversiteitBeeld Aurélie Geurts

Als moslim in Europa, zegt Mohamed Ajouaou (50), theoloog, auteur en docent Islamstudies aan de Vrije Universiteit van Amsterdam, ben je waarschijnlijk in Nederland het beste af. Er is vrijheid van geloof, er is respect voor de islamitische rituelen, er mogen moskeeën worden gebouwd.

België heeft strenge wetgeving over het dragen van een hoofddoek, in Frankrijk wordt geroepen dat moslimjongeren om te integreren varkensvlees moeten eten, in Italië kun je geen moskee bouwen en in landen als Polen of Hongarije kun je het als moslim wel helemaal vergeten. ‘Moslims die beweren dat hier geen godsdienstvrijheid bestaat, hebben het mis.’

Maar, zegt Ajouaou, net als de rest van Europa barst het in het Verlichte Nederland van de vooroordelen over zijn godsdienst en liggen overal blokkades die de integratie van de islam in de weg staan. En dat schept afstand. De simpele vraag ‘Hoe ziet u de ontwikkeling van de islam in pakweg de komende kwart eeuw?’ wordt door hem fel gepareerd.

‘Dit is geen neutrale vraag. Wat verstaan jullie onder de islam? In de vraag ligt besloten hoe groot de dreiging is. Als je zo’n vraag stelt vanuit het perspectief van het christendom ligt het anders, maar nu is de gevoelswaarde: wanneer nemen ‘ze’ de boel over?’

Als de theoloog praat over de islam, dan gaat het hem niet over de politieke exponenten, maar over spiritualiteit en de toekomst van de rituelen.

Hoe staat het daarmee over 25 jaar?

‘In Europa zal zingeving alleen maar groeien. Onderzoek laat zien dat de religieuze intensiteit toeneemt, steeds meer moslims zullen zich gelovig noemen. Het offerfeest, de ramadan en moskeebezoek worden steeds belangrijker, ook onder jongeren. Ik heb het over mensen in migratielanden die van oorsprong moslim zijn: de Indiërs en Pakistani in Engeland, de Noord-Afrikaanse moslims in Frankrijk, de Turken in Duitsland, de Turken en Marokkanen in Nederland. Er zit veel variatie tussen.’

Wat vindt u van het door Michel Houellebecq geschetste beeld in zijn boek Soumission, waarin moslims de macht overnemen?

‘U heeft het dan weer over de activistische, mobiliserende kant van het verhaal. Als je daar niets tegen doet, zal ook dat groeien. Maar in het Westen worden tal van inspanningen verricht om dit te beperken. Denk aan het terugsturen van haatimams, of het stoppen van buitenlandse financiering van moskeeën. Het maatschappelijke debat zal bepalen waar het heen gaat met de politieke islam.’

Veel jonge moslims in West-Europa zijn strikter in de leer dan hun ouders. Meisjes dragen vaker hoofddoeken, een groeiend aantal jongeren gaat naar de moskee.

‘Dat gaat niet over de leer, een hoofddoek heeft niet per se een politieke lading, er zijn ook moslima’s die hem juist afdoen. Hetzelfde geldt voor moskeebezoek: dat is ritualistisch.’

Maar de trend is: de islam betreedt de publieke ruimte.

‘De eerste generatie moslimmigranten was inderdaad onzichtbaar: de islam zat achter de voordeur. Maar u moet het nu niet zien als een vloek. Mijn theorie is dat als mensen de ruimte krijgen om hun geloof in rituelen uit te oefenen, ze minder vatbaar zijn voor de ideologische kant.’

Wat is het religieus perspectief van een gevluchte Syriër in Europa?

‘Ze hebben geen moskeeën, want wie moet die bouwen? Ze sluiten zich aan bij bestaande, in Nederland meestal de Marokkaanse. Veel voorwerk is reeds verricht: ze mogen hun geloof praktiseren, hun rituelen uitvoeren. De wrijving zit hem in het ideologische, in bijvoorbeeld de man-vrouwverhoudingen. Dat ervaart de samenleving als bedreiging.’

Heel lang is gedacht: de moslims die naar Europa komen, groeien uiteindelijk over hun geloof heen.

‘Die secularisatietheorie ligt allang in de prullenmand.’

Vervolgens was de hoop gevestigd op een ‘polderislam’.

‘Dan vraag ik u: wat valt er te polderen? Heeft u er werkelijk last van als ik dertig dagen vast? Polderen betekent toch: ongeveer op de helft oversteken? Als ik in een gewaad over straat wil, is dat zo hinderlijk? U doelt met polderislam op ideologische aspecten: ondersteunen moslims de democratische rechtsorde, of willen ze die juist ondermijnen? Zijn ze wel onderdeel van de samenleving, of richten ze zich nog op hun leiders in Turkije of Marokko?’

Bedoeld wordt inderdaad een soort Europese islam.

‘Als je er zo’n label opplakt, redeneren moslims: waarom moet het altijd van Europa komen? Het is retoriek die ook in moslimlanden wordt gebruikt. Europeanen beschouwen veel moslims als irrationeel en oerconservatief. Als ze dan meer seculier lijken, wordt gezegd: ze zijn verwesterd. Die moslim denkt: wat bedoelen jullie nou eigenlijk? Is alles wat universeel is uit het Westen afkomstig, of zijn er nog andere beschavingen? Dat is de discussie. Ook moslims zijn in staat om intellectueel denkwerk te verrichten dat leidt tot gewenste ontwikkelingen. Dus zie dit vooral als een natuurlijk proces dat zich voltrekt in de moslimgemeenschap zelf. En als het tot iets vruchtbaars leidt, is dat ook hun eer.’

Een proces gericht op overleving.

‘Ja, hoe overleven wij op dit seculiere continent? De moslim moet zijn religieuze gedachten toetsen aan de maatschappelijke impact ervan. Als je als gelovige moslim tegen je kinderen zegt: ‘Ongelovigen zullen branden in de hel’, dan is dat vanuit religieus oogpunt misschien geen probleem. Maar als die kinderen dat meenemen naar school en tegen hun klasgenootjes zeggen, dan is dat tamelijk traumatisch. Dus moet je als ouders nadenken: heb ik mijn kinderen wel goed voorbereid hoe ze uiting geven aan hun geloof in de publieke ruimte?’

Ziet u haatimams als een bedreiging voor een dergelijke ontwikkeling?

‘Door de globalisering komen veel geluiden tot ons via de schotelantenne of het internet. Maar als moslims imams die uit een heel andere context naar dit land komen uitnodigen om hier te preken, vind ik dat ongepast. Vrijheid van godsdienst is prima, maar als het tot maatschappelijke schade leidt, moet je dat soort predikers tegenhouden.’

U redeneert dat de strijd tegen het jihadisme een zaak is van de Staat. Waar ligt de verantwoordelijkheid van moslims zelf?

‘Overal in Europa zitten moslimgezinnen aan de keukentafel met dezelfde vragen: Wat moet ik doen als kinderen komen aanzetten met radicale ideeën? De primaire verantwoordelijkheid voor onze maatschappelijke vorming ligt bij de moslims zelf. Maar gaat het om veiligheid, dan is de overheid aan zet.’

U heeft in een bijdrage in Trouw Europa ‘arrogant’ genoemd. U doelde op de ontwrichting in Irak en Syrië, waar het Westen actief is geweest. Het leidde zowel daar als hier tot instabiliteit.

‘Dat ging specifiek over IS. Ik ben geen voorstander van theorieën waarbij alle ellende voortkomt uit iets of iemand. Mijn vertrekpunt blijft de eigen verantwoordelijkheid van moslims. Hoe ziet onze samenleving er over tien, twintig jaar uit? Ik heb in mijn boekenkast de traktaten van Spinoza uit de 17de eeuw. Hij beschrijft perfect hoe we met elkaar moeten omgaan. We moeten elkaar niet de mond snoeren, vecht je verschil van inzicht uit in het publieke debat. Ik ben niet pessimistisch over de toekomst van de islam in Europa, uiteindelijk zullen we naar elkaar toegroeien. Dat gebeurt onder invloed van maatschappelijke discussies, van beleid dat wordt gevoerd om ongewenste invloeden te weren, van onze vorming. Het gaat niet vanzelf.’