Steeds meer mensen die worstelen met hun identiteit laten hun geslacht veranderen. Sinds 2008 is het aantal aanmeldingen om een zorgtraject te starten vervijfvoudigd.
Dat schrijft De Telegraaf. In 2008 waren er in Nederland nog zo'n 250 transgenders die zich voor een transitie aanmeldden bij het genderteam, nu zijn dat er zo'n 1000. Lang niet iedereen laat een geslachtsverandering uitvoeren, vaak gaat het om operaties waarbij aanpassingen aan het lichaam worden uitgevoerd. Zoals een borstimplantatie of –verwijdering.
Terrance is een transgender die in het Amerikaanse leger zit:
President Trump wil transgenders uit het leger weren.
Transgenderwet
Dat het aantal transgenders dat medische hulp zoekt zo'n vlucht neemt, heeft veel te maken met de transgenderwet die in 2014 van kracht werd. Iedereen die de overtuiging heeft tot een ander geslacht te behoren dan op de geboorteakte staat, kan zijn of haar geslacht laten veranderen. De rechter hoeft er niet bij aan te pas te komen, een verklaring van een deskundige is genoeg.
Direct daarna maakten 770 transgenders volgens het Sociaal Cultureel Planbureau gebruik van de versoepelde regels. "De wachtlijsten voor het opereren van transgenders nemen toe", zegt psycholoog Thomas Steensma in De Telegraaf. Hij werkt voor het Kennis- en Zorgcentrum voor Genderdysforie van Amsterdam UMC.
'Niet te vroeg opereren'
Het aantal kinderen dat op termijn een medisch traject in wil, is gestegen, maar Steensma benadrukt dat het bij jonge kinderen belangrijk is geen stappen te zetten die niet terug te draaien zijn. "Uit onderzoeksresultaten blijkt dat 60 procent van de pre-puberale kinderen op latere leeftijd afziet van een medisch traject."
Meer op rtlnieuws.nl:
