Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Amerikaanse artsen accepteren giften van medicijnfabrikanten

Artsen die de Amerikaanse overheid adviseren over geneesmiddelen hebben grote geldbedragen ontvangen van de farmaceutische industrie, staat in Science.

Het omstreden antidepressivum Seroquel is een van de geneesmiddelen die artsen goedkeurden terwijl ze door de fabrikant werden betaald. Foto EPA/ASTRAZENECA/HO
Het omstreden antidepressivum Seroquel is een van de geneesmiddelen die artsen goedkeurden terwijl ze door de fabrikant werden betaald. Foto EPA/ASTRAZENECA/HO

Tientallen artsen die de Amerikaanse overheid adviseerden over de toelating van geneesmiddelen hebben voor vele miljoenen dollars betalingen ontvangen van de farmaceutische industrie. De twee best betaalde artsen ontvingen respectievelijk 1,4 miljoen dollar (1,2 miljoen euro) en 2,1 miljoen dollar.

Dit blijkt uit een inventarisatie van onderzoeksjournalist Charles Piller in het wetenschappelijk tijdschrift Science, die donderdag is gepubliceerd. Van de 107 onderzochte artsen ontvingen 73 artsen vergoedingen van de industrie voor onder meer lezingen, advieswerk en onderzoek, voor een totaalbedrag van 26 miljoen dollar. Een groot deel van deze betalingen kwam van de firma’s van wie ze geneesmiddelen hadden beoordeeld en werd niet gemeld in het officiële register.

Deze heimelijke belangenverstrengeling wringt des te meer omdat de middelen die de artsen hebben goedgekeurd, niet allemaal onomstreden zijn. Het gaat onder meer om een duur antitrombosemiddel dat weinig toevoegt aan bestaande middelen, maar wel 25 keer zo duur is, en om een antidepressivum, dat later gevaarlijker bleek te zijn dan gedacht. Ethiek-experts pleiten in het Science-artikel dan ook voor strengere regels voor artsen die adviseren over medicijnen.

Net als in Europa moeten geneesmiddelen in de Verenigde Staten worden toegelaten door een toezichthouder van de overheid, in dit geval de Food and Drug Administration (FDA). De FDA laat zich hierbij adviseren door wetenschappelijke comités met experts, zoals artsen die in universitaire centra onderzoek doen. Deze experts moeten op formulieren wel invullen welke betalingen zij recentelijk hebben ontvangen van welk farmaceutisch bedrijf.

Dat deden zij lang niet altijd volledig, ontdekte Piller, die samen met de data-analist Jia You heeft gekeken naar 28 geneesmiddelen die tussen 2008 en 2016 op de markt kwamen. Ze vonden betalingen die de artsen niet hadden gemeld aan de FDA, maar wel bijvoorbeeld onderaan wetenschappelijke artikelen. Ze ontdekten in openbare databanken van de Amerikaanse zorgsector ook indirecte betalingen, zoals onderzoeksgelden van bedrijven voor instituten die in de praktijk vooral ten goede komen aan de arts-onderzoeker.

Van de 73 artsen die werden betaald, kregen 40 meer dan 10.000 dollar, 26 meer dan 100.000 dollar en 7 meer dan een miljoen dollar. Van de betalingen aan de top-17, waarin elke arts meer dan 300.000 dollar (258.000 euro) kreeg, was 94 procent afkomstig van het bedrijf dat het geneesmiddel maakte waarover de arts had geoordeeld.

De FDA zegt in een commentaar in Science geen aanleiding te zien om de procedures aan te scherpen. De toezichthouder vertrouwt op de meldingen door artsen en onderzoekt niet zelf of er nog meer banden zijn met de industrie. Dat is een verschil met de Europese Unie waar de medicijnentoezichthouder EMA de meldingen wel tegen het licht houdt en soms verder uitspit. Belangenverstrengeling mag in Europa ook, maar moet wel worden gemeld. En hoe nauwer de adviserende arts bij het toelatingsbesluit is betrokken, hoe kleiner zijn belangenvermenging mag zijn.