Direct naar artikelinhoud

Wordt het praktijkleren afgeschaft?

Een jongere op bezoek bij de open dag van de bedrijfsschool van Tata Steel.Beeld ANP

Het beroepsonderwijs, bedrijven en ook de vakbond slaan alarm over een plan om te bezuinigen op leren in de praktijk. Dat treft sectoren die schreeuwen om personeel.

Timmerlieden, lassers, monteurs en schilders die hun beroep vooral leren in de praktijk moeten binnenkort misschien eerst drie tot vier jaar de schoolbanken in. Dat komt door een dreigende bezuiniging op of zelfs het volledig stoppen van de subsidie voor leerwerkplekken in het middelbaar beroepsonderwijs. Brancheorganisaties MKB-Nederland, Uneto-VNI, VNO-NCW, FME en de Metaalunie, maar ook vakbond FNV waarschuwen voor het verdwijnen van deze vorm van praktijkleren.

Jaarlijks nemen erkende leerbedrijven zo'n 108.000 mbo-leerlingen onder hun hoede. Die volgen de zogeheten beroepsbegeleidende leerweg (BBL). Dat houdt in dat zij vier dagen per week werken en een dag naar school gaan. De bedrijven investeren zo'n 12.000 euro per student. Ze gebruiken de aanvullende overheidssubsidie om leerlingen te begeleiden op de werkvloer en klaar te stomen voor het vak.

Zonder subsidie is een leerwerk-student een forse investering voor bedrijven
Marco LammersOpleidingsmanager energiebedrijf Geas Energiewacht

In mei kondigde het kabinet al een bezuiniging aan van 7 miljoen euro op het praktijkleren. Maar volgens de organisaties ligt er bij het ministerie van onderwijs een plan op tafel om de hele subsidie van zo'n 190 miljoen euro te schrappen. Dat plan wordt wellicht morgen besproken in de ministerraad. Dat levert het kabinet op korte termijn geld op, maar heeft desastreuze gevolgen voor de arbeidsmarkt, waarschuwen de organisaties. Een op de vijf leerwerkplekken zou door het wegvallen van de subsidie verdwijnen, wat neerkomt op ruim 40.000 leerbanen in sectoren die schreeuwen om personeel, zoals de zorg, de bouw en techniek. En niet alleen jongeren, ook zij-instromers gebruiken dit traject om zich te laten omscholen. Zo zou het chronisch tekort aan personeel in veel sectoren de komende jaren moeten worden bezworen.

Onbegrijpelijk

Onbegrijpelijk noemt Mieke Ripken van MKB-Nederland de vermeende plannen van het kabinet daarom. De werkgevers becijferden dat het wegvallen van subsidie bedrijven miljoenen gaat kosten. De onzekerheid is juist nu vervelend, omdat bedrijven voor 1 augustus beslissen of ze BBL-studenten aannemen voor het volgende schooljaar.

Zonder subsidie is een leerwerk-student een forse investering voor bedrijven, zegt opleidingsmanager Marco Lammers van energiebedrijf Geas Energiewacht uit Enschede. Geas is met bijna vierhonderd medewerkers een relatief groot bedrijf en begeleidt intern jaarlijks zo'n dertig BBL-studenten. "Als de subsidie wegvalt, vinden die geen leerbaan meer", verwacht hij.

De instroom is hard nodig voor de energietransitie die de technieksector de komende jaren moet leiden. Als de BBL-leerweg wegvalt, gaan deze studenten waarschijnlijk de opleiding doen waarbij ze vier dagen naar school gaan en één dag stage lopen. Dan moeten bedrijven dus lang wachten tot deze leerlingen van school komen. En dat kan de sector nu net niet gebruiken. Bovendien leren deze leerlingen het best in de praktijk, zegt Lammers. "Het zijn doeners die niet graag in de boeken zitten. Als ze vier dagen naar school moeten, is de kans groot dat we ze al kwijt zijn voor ze aan de slag kunnen."

Het gaat om meer dan alleen die een subsidiepot, zegt ook voorzitter Ton Heerts van de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven. Om de subsidie hangt een hele infrastructuur van leerwerkbedrijven, begeleiders en samenwerkingsverbanden tussen scholen en het bedrijfsleven. De kans dat bedrijven stoppen als de subsidie wegvalt is groot. Heerts: "Die subsidie kan voor veel leerlingen net het verschil maken tussen langdurig aan het werk of langdurig aan de kant staan."

Het ministerie van onderwijs wil niet bevestigen dat de subsidie voor BBL-leerlingen ter discussie staat. Wel zeker is dat het kabinet binnenkort moet beslissen of de regeling voor het praktijkleren per 1 januari 2019 wordt voortgezet.