"Sinds het rookverbod in de horeca is ingevoerd is er ontzettend veel gebeurd", vertelt Andrea Rozema, onderzoeker aan de Tilburg University. "In eerste instantie werd er een uitzondering voor horecagelegenheden zonder personeel gemaakt, maar een gedoogsituatie zorgt altijd voor onduidelijkheid."
Vanaf oktober 2014 is het roken in cafés zonder personeel ook verboden en daardoor "staan we nu waar we willen staan", volgens Rozema. "Het rookverbod wordt goed nageleefd en als ook de rookruimtes moeten verdwijnen (2020, red.), dan is ook de laatste hindernis om de horeca helemaal rookvrij te krijgen genomen. Dat was tien jaar geleden het doel."
Marc Willemsen, hoogleraar tabaksontmoediging aan de Universiteit Maastricht, ziet het ook als een goede stap dat de horeca in 2020 helemaal rookvrij is. Maar het rookverbod in de horeca is volgens hem op een "rommelige manier gegaan". "Nederland had het rookverbod in één keer moeten invoeren. Maar dat moet je wel aandurven. Ik vind Ierland altijd een mooi voorbeeld. Daar is het roken op werkplekken en in de horeca tegelijk ingevoerd en dat is geruisloos gegaan."
Terrassen
Als er vanaf 2020 helemaal niet meer in cafés, restaurants discotheken gerookt mag worden, zijn daarna hoogstwaarschijnlijk de terrassen aan de beurt. Staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid) liet in mei weten dat als een volgende stap te zien. Maar dat stuit op verzet binnen de horeca. "Van terrassen moeten ze voorlopig afblijven. Ik ben daar echt faliekant op tegen", zegt Robèr Willemsen, voorzitter van Koninklijke Horeca Nederland. "Er zijn al ondernemers die zeggen: mijn terras is rookvrij. Dus wie op een rookvrij terras wil zitten, heeft al keuze genoeg. Je moet je ook echt afvragen hoe veel beperkingen je mensen op wilt leggen."
Robèr Willemsen, eigenaar van vier horeca-ondernemingen, vindt dat de overheid dan een "grote kerel" moet zijn. "Ze moeten de miljarden die ze aan accijnzen ophalen dan opzij schuiven en een algeheel verbod op sigaretten instellen. Want straks mag je bij mij op het terras niet roken, maar als je een paar meter verder op het trottoir gaat staan, mag het wel."
Ziekenhuizen
Na terrassen zal op steeds meer openbare plekken geen sigaret meer opgestoken mogen worden, denkt Anton Kunst, hoofd van de afdeling sociale geneeskunde van het AMC. "Denk bijvoorbeeld aan pretparken als De Efteling. Daar mag je al niet meer roken als je in de wachtrij voor een attractie staat, maar er zal een moment komen dat je nergens in het park in de buurt van anderen mag roken. Dat zal ook gaan gelden voor stadions en ingangen van openbare gebouwen."
Ook het AMC, het ziekenhuis waar Kunst werkt, heeft plannen om het roken op het terrein van het ziekenhuis te verbieden. "Dat is een kwestie van tijd. Roken in de buurt van het AMC kan dan alleen nog ver uit het zicht van de ingang."
Naast het instellen van rookverboden wordt er ook nagedacht over andere manieren om roken te ontmoedigen. Op verkooppunten, zoals supermarkten, wordt tabakswaar uit het zicht gehouden en de Lidl is de eerste supermarkt waar over enkele jaren geen sigaretten meer te koop zijn. In 2017 is rookwaar al uit het zicht geplaatst en in 2022 verkoopt Lidl helemaal geen sigaretten meer. Aan boord van KLM-vluchten kunnen passagiers vanaf zondag ook geen sigaretten meer kopen.
Tijdlijn rookverbod
- 1996: In vliegtuigen is het verboden om te roken.
- 2004: Op werkplekken mag niet meer worden gerookt.
- 2004: De rookcoupés in de trein worden afgeschaft. Roken mag in heel de trein niet meer.
- 2008: Alleen in kleine horecazaken zonder personeel mag nog een sigaret worden opgestoken.
- 2014: In de hele horeca mag alleen nog in rookruimtes worden gerookt.
- 2017: In wachtrijen van vrijwel alle pretparken is het niet meer toegestaan om te roken.
Rookvrije generatie
Al die maatregelen moeten tot een 'rookvrije generatie' leiden. Het doel daarvan is om kinderen die in 2017 of later geboren zijn rookvrij te laten opgroeien. "De drie grootste gezondheidsfondsen (KWF Kankerbestrijding, het Longfonds en de Hartstichting) zijn gaan samenwerken en hebben het initiatief genomen en zijn gaan samenwerken om die rookvrije generatie te creëren. Er is een ontzettend grote maatschappelijke beweging gaande, waar steeds meer organisaties zich bij aansluiten. Op steeds meer sportvelden en in speeltuinen mag bijvoorbeeld niet meer worden gerookt", legt Rozema uit.
Rozema deed onderzoek naar het rookvrij maken van schoolterreinen. Op de helft van het aantal schoolterreinen van middelbare scholen wordt nu gerookt, maar vanaf 2020 gaat er een wet in die dat verbiedt. Om dat verbod goed te laten werken is het volgens haar belangrijk dat het beleid goed wordt gehandhaafd, er geen gedoogsituaties voor bijvoorbeeld rokende personeelsleden komen en dat niet-roken als sociale norm versterkt wordt, bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat ook in de nabije omgeving, zoals bij de poort van scholen, niet meer gerookt wordt. "Anders moeten leerlingen die het schoolplein betreden eerst door een rookhaag. Het is voor scholieren aantrekkelijk om bij zo'n groep rokers te staan, zeker omdat groepsdruk op die leeftijd een belangrijke rol speelt. Zien roken, doet roken."
Bron
Veel verstokte rokers zijn daar in hun pubertijd mee begonnen en daarom moet het probleem volgens Kunst bij de "bron worden gestopt". Die bron is vaak het schoolplein. "Bijna iedereen die rookt is begonnen tussen de veertien en zestien jaar. Dan ontstaat de gewoonte en de verslaving. De rest van het leven staat vervolgens in het teken van het roken en om daar weer vanaf te komen. Als we echt willen zorgen dat dit gezondheidsprobleem verdwijnt, dan moet je ervoor zorgen dat niet elke generatie eraan begint. We hebben nu nog een aantal jaar om ervoor te zorgen dat de vanaf 2017 geboren kinderen rookvrij kunnen opgroeien."
Om de kinderen die nu worden geboren nooit met sigaretten in aanraking te laten komen, is een lastige opgave, want nog altijd rookt bijna een kwart van de Nederlanders. Dat is ook een van de redenen dat de voorzitter van Koninklijke Horeca Nederland vindt dat het verbod van rookruimtes in de horeca te snel komt. "In horecagelegenheden rookt nog meer dan een kwart van de mensen. Als we over twee jaar alles dichtgooien, dan gaat dat voor onder andere overlast op straat zorgen, zeker bij nachthoreca. En ook voor de veiligheid van discotheken levert dat problemen op. Of denk aan de Paradiso's, Melkwegs en Ahoys. Iedereen die wil roken, zal naar buiten gaan en even later weer terugkomen. Als dat een paar keer op een avond gebeurt, gaat de beveiliging minder streng controleren", aldus Robèr Willemsen.
Vanaf 2020 mag er in horecagelegenheden helemaal niet meer gerookt worden.
Minder drastisch
Hij is zeker niet tegen een algeheel rookverbod binnen horecagelegenheden, maar Robèr Willemsen vindt dat het "minder drastisch" moet worden ingevoerd. "Daarover zijn we ook met staatssecretaris Blokhuis in gesprek en die gesprekken verlopen heel constructief. We snappen echt wel dat het op termijn gaat stoppen, maar laat iedereen er eerst aan wennen."
Daarnaast is er ook het financiële aspect waar veel horecagelegenheden volgens Robèr Willemsen mee te maken hebben. "Tot januari was het beleid dat er in de horeca nog in rookruimtes geïnvesteerd mocht worden. We zien dat doorgaans wordt begroot dat die ruimtes in vijf tot zeven jaar worden afgeschreven. De afgelopen tien jaar is 70 tot 90 miljoen euro geïnvesteerd in rookruimtes. Een deel daarvan is al terugverdiend, maar een groot deel ook nog niet. Dat is dus weggegooid geld. Voer het verbod pas over een aantal jaar in, je zal zien dat er dan veel meer draagvlak voor is."
5 procent
Hoewel nog altijd bijna een kwart van de Nederlanders rookt (23,1 procent in 2017) daalt dat aantal wel vrijwel elk jaar. Ter vergelijking: in 2001 rookte nog bijna 35 procent van de Nederlanders en in 2010 was dat bijna 27 procent. Roken zal nooit helemaal verdwijnen, denkt Marc Willemsen. Maar volgens de hoogleraar tabaksontmoediging gaat het aandeel van rokers ooit wel onder de 5 procent uitkomen. "Dat is ook het percentage dat in Europa af en toe als doelstelling wordt gesteld voor de periode 2035-2040. In Finland ligt dat doel zelfs nog wat lager."
Ook Rozema verwacht dat het niet mogen roken op veel openbare plekken op een gegeven moment als normaal wordt gezien. "Je ziet dat mensen er snel aan wennen wanneer een verbod ingesteld is. Zo was het ook nadat er niet meer in vliegtuigen (1996, red.) en treinen (2004, red.) gerookt mocht worden. We kunnen het ons niet meer voorstellen dat leraren vijftig jaar geleden voor de klas nog rookten en zo zullen we het ons over een aantal jaar niet meer kunnen voorstellen dat er op schoolterreinen gerookt mocht worden."
NUjij: Uitgelichte reacties