Direct naar artikelinhoud
AnalyseAmerikaans hooggerechtshof

Trumps hof van opperrechters is schaamteloos partijdig

Dankzij het vertrek van opperrechter Anthony Kennedy kan Donald Trump dit najaar het Hooggerechtshof nog verder naar zijn hand zetten. Voor conservatief Amerika is zijn presidentschap daarom nu al geslaagd.

Donald Trump in 2017 te midden van de Amerikaanse opperrechters. Rechts naast de president de net benoemde Neil Gorsuch. Vierde van links Anthony Kennedy, die nu vertrekt.

De foto die het team van Mitch McConnell deze week na een besluit van het Amerikaanse Hooggerechtshof rondtwitterde, was veelbetekenend. Daarop zag je de leider van de Republikeinen in de Senaat op het moment dat hij de nieuwe rechter Neil Gorsuch de hand schudde na zijn benoeming vorig jaar. Gorsuch was deze week doorslaggevend in de 5-4-uitslag waarmee de negen rechters het inreisverbod van Donald Trump bekrachtigden.

Dat besluit, zei McConnell met de foto, hebben jullie dus aan mij te danken.

De foto is symbolisch voor misschien wel de belangrijkste lange-termijnontwikkeling in de Verenigde Staten van deze jaren: de onverholen politisering van de rechterlijke macht. Want Donald Trump kon Gorsuch benoemen omdat McConnell een jaar lang de benoeming van president Obama’s kandidaat Merrick Garland had geblokkeerd. De voortdurende vacature bij het Hooggerechtshof was een belangrijke reden voor conservatieven om op Trump te stemmen: hoe veel pussy’s hij ook had gegrepen, hij beloofde tenminste keurige christelijke rechters. En die gaan langer mee dan een president.

De foto die 'Team McConnell' deze week triomfantelijk rondtwitterde.

Woensdag kondigde opperrechter Anthony Kennedy zijn terugtreden aan, en daarmee hebben de Republikeinen opnieuw een mogelijkheid om hun politieke stempel voor decennia op de wetten van het land (en dus het beleid) te drukken.

Natuurlijk, het mechanisme dat de president de hoogste rechters voordraagt en de Senaat daarmee moet instemmen, is al ruim twee eeuwen onderdeel van het Amerikaanse systeem. De rechterlijke macht heeft dus al heel lang een politieke kleur. Rechter Ruth Bader Ginsburg heeft al jaren een foto op haar bureau staan van een omhelzing met Obama na een State of The Union. Wat nou trias politica.

Maar tot voor kort was er nog een drievijfde-meerderheid nodig in de Senaat om een opperrechter goed te keuren. Dat vereist meestal medewerking van de oppositie. McConnell heeft dat in 2017 veranderd: nu is een simpele meerderheid genoeg. Dus kunnen de Republikeinen benoemen wie ze willen, en is het hoogste hof kwetsbaar geworden voor de polarisatie en het tribalisme die in heel Amerika aan een opmars bezig zijn.

Dat McConnell een besluit van het Hof zo flagrant viert, tekent dat elke schijn van onpartijdigheid of onafhankelijkheid nu weg is. Het Supreme Court deed deze week precies waarop McConnell een jaar lang, na het overlijden van opperrechter Antonin Scalia, heeft aangestuurd: besluiten nemen die perfect in het Republikeinse straatje passen. En niet één keer, maar tot vijf keer toe. De opperrechters oordeelden de afgelopen weken in het nadeel van homo’s, in het nadeel van vakbonden, in het nadeel van abortus, in het nadeel van immigratie, en in het nadeel van de Democraten, door partijdige kiesdistricten – gerrymandering – goed te keuren.

Dit zijn stuk voor stuk grote triomfen voor conservatief Amerika. Deze week kan in de Amerikaanse geschiedenisboekjes terechtkomen als de week dat het land structureel naar rechts draaide. Trumps presidentschap is voor conservatief Amerika nu al geslaagd.

Ook voor McConnell persoonlijk is het een triomf. Na enige aarzeling en zelfs een paar beledigingen door Trump vestigde hij de blik op de horizon en zag de potentie van deze president. Hoe wild ook, hij doet precies wat de Republikeinen willen. McConnell en met name christelijke conservatieven offerden wat principes, maar dat offer is een investering gebleken die nu enorm rendeert.

Het Amerikaanse Hooggerechtshof heeft als functie om wetten en presidentiële decreten aan de grondwet te toetsen. Natuurlijk is het mogelijk om de Amerikaanse grondwet conservatief te interpreteren en met harde ratio tot conservatieve conclusies te komen, zoals Scalia soms grandioos deed. Het balanceren met verschillende vrijheden (doet de ene vrijheid van het ene individu afbreuk aan de andere vrijheid van het andere individu?) viel soms naar rechts en soms naar links uit, maar werd altijd als een stap vooruit gezien.

Wat daarom opvalt, in de meeste uitspraken van de afgelopen weken, is de intellectuele lafheid. Veel uitspraken ontwijken de onderliggende vragen. Zowel de taartenbakker die niet voor homo’s wilde bakken als de oneerlijke districtsindelers gingen om procedurele redenen vrijuit. Het hoogste hof stuurde deze grote principiële kwesties terug naar lagere hoven, waarmee het de status quo bekrachtigt. Het was een onbevredigend antwoord, behalve voor degenen die bang zijn voor een verandering van de status quo.

(Overigens was de uitspraak over het inreisverbod wel strak beargumenteerd. Maar een cruciaal onderdeel was het negeren van Trumps vooroordelen over moslims, terwijl de taartenbakker juist vrijuitging vanwege vermeende vooroordelen bij de Commissie die de klacht tegen hem behandelde. Er zit iets ‘cherrypickerigs’ in de uitspraken, wat de schijn van politiek opportunisme vergroot.)

Al die zaken werden met 5-4 in conservatief voordeel beslist. Van de zogenaamde ‘swing vote’ van Kennedy, een conservatief die de afgelopen decennia soms de progressieve kant koos, was de laatste tijd weinig te merken. Om die reden zal zijn vervanging op korte termijn weinig veranderen. Wel kan de conservatieve houding weer voor decennia in beton worden gegoten.

De discussie over de vervanger van Kennedy zal dit najaar plaatsvinden, vlak voor de (Congres)verkiezingen. De vorige keer dat er een nieuwe opperrechter moest worden benoemd, blokkeerde McConnell dat tot na de presidentsverkiezingen, ‘om het volk te laten beslissen’. Nu heeft hij laten weten haast te willen maken. De Senaat is nu nog in Republikeinse handen, en dat zou na de verkiezingen, als het volk heeft beslist, anders kunnen zijn.